Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar (2004)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar
Afbeelding van Het Antwerps liedboek. Deel 2. CommentaarToon afbeelding van titelpagina van Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.01 MB)

Scans (39.50 MB)

ebook (5.88 MB)

XML (1.57 MB)

tekstbestand






Editeurs

Dirk Geirnaert

Louis Peter Grijp

Hermina Joldersma

J.B. Oosterman

Dieuwke E. van der Poel



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het Antwerps liedboek. Deel 2. Commentaar

(2004)–Anoniem Antwerps liedboek–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 250]
[p. 250]

102 Ic heb om eender vrouwen wille

Dageraadslied. Een minnaar en zijn geliefde bespreken de toekomst. Nadat zij de nacht samen hebben doorgebracht, kondigt de wachter aan dat de minnaar moet vertrekken.

1,3 vroudelinge: vrouw
1,4 Hoe denk je er nu over?
1,5 Och, wil mij toch trouw blijven
2,2 Wijd dan je hart aan mij
2,3 Dan zal iedereen zeggen
2,4 Dat ik jouw liefje ben
3,6 Daar ging de jonge vrouw liggen slapen
3,7 op hoger tinnen: vanaf de toren
3,9 mer: (kan onvertaald blijven)
4,3 Opdat de jaloerse kwaadsprekers hem niet in de gaten krijgen
4,5 morghensterre: de planeet Venus (als voorbode van de dag)
4,6 spruit: ontluikt
5,3 Laat God haar beschermen
5,5 valckenoogen: (de ogen van een valk werden als erg mooi beschouwd)
5,6 huebscen crans: mooie haarkrans
5,7 scheyden: afscheid nemen
6,1 ghecosen: besloten
6,5 laet u gedencken: bewaar de herinnering (?)
6,7 op mi wencken: op mij rusten

Ic heb om eender vrouwen wille stamt oorspronkelijk uit het Hoogduits en is in verschillende gedaantes overgeleverd. De versie in het Antwerps Liedboek is soms moeilijk te begrijpen. Vanaf de vierde strofe zijn er weinig problemen. Het lied volgt een patroon dat heel gewoon is voor een dageraadslied: de wachter waarschuwt de geliefden door middel van een lied (strofe 4), de jongeman probeert uitstel te krijgen, maar neemt uiteindelijk toch afscheid. Opmerkelijk is de rol van de nachtegaal (4,9): deze vogel is dikwijls de vertrouweling en bode van de geliefden (zie bijvoorbeeld al 49: refrein; 96:9,4; 101:2,1), hier is hij echter de aankondiger van de nieuwe dag, en dus een spelbreker, zoals de wachter dat ook vaak is.

De eerste drie strofen zijn echter moeilijker. In de eerste strofe is de minnaar aan het woord: hij komt bij zijn geliefde en probeert haar trouw te laten beloven, omdat hij spoedig moet vertrekken. De tweede strofe lijkt het antwoord van zijn geliefde te bevatten: zij probeert hem nog eens een belofte

[pagina 251]
[p. 251]

van trouw te ontlokken (vs. 1-4). De volgende regels kunnen het beste begrepen worden als een dialoog tussen de minnaar en zijn geliefde: hij zegt dat hij de verering voor haar, die de liefste is (2,6) in stand wil houden, zij lijkt hem niet helemaal te vertrouwen en repliceert met de vraag: ‘En hoe zit het dan met slapen met (andere) mooie vrouwen?’, waarop hij antwoordt: ‘Laat een ander dat maar doen!’ Deze dialoog wordt even onderbroken door de refreinregel (2,8). In strofe 3 zijn de vermeldingen van de plaats van handeling opmerkelijk: hij leidt haar ver, over een smal pad, maar ze komen gewoon bij haar kamervenster uit...

De tekst wordt begrijpelijker als deze vergeleken wordt met varianten uit het Nederrijnse en Duitse gebied. Zo wordt daar in strofe 3 de jonge vrouw meegenomen naar een kämmerlein finster: een duister kamertje (dat ook in het Antwerps Liedboek meer dan eens voorkomt als de plaats waar de geliefden zich verenigen). In de vertaling lijken deze woorden niet begrepen, en alleen op het gehoor omgezet in camerveinster. Verder is in andere versies het verloop van het verhaal eenvoudiger: daar doet de minnaar aanvankelijk alsof hij op weg naar een andere vrouw wil gaan (strofe 1), waarop de vrouw hem wegstuurt en zich voorneemt haar trouwe liefde te bewaren voor iemand die dat wèl waard is (strofe 2). Vervolgens zegt hij dat hij slechts schertste en dat hij wel degelijk in haar hart gesloten wil zijn, waarop zij samen de nacht doorbrengen tot de wachter de nieuwe dag aankondigt. Deze verhaallijn is in de versie van het Antwerps Liedboek nauwelijks meer te herkennen.

 

Er is van Ic heb om eender vrouwen wille slechts één Nederlandstalig contrafact bekend: Souterliedeken 36. De melodie die aldaar wordt gegeven, is sterk verwant met de melodie die in Neurenberg in de jaren 1550 bij dit lied werd afgedrukt (68 Deutsche Lieder). Al met al lijkt de verspreiding van dit lied in de Nederlanden zeer gering te zijn geweest.

Literatuur: Bergmann 1845, p. 237-238; Van Duyse 1903-1908, dl. 1, p. 337-338; Vellekoop en Gerritsen 1972, dl. 2, p. 80-81 en 209-210; Brednich 1976, p. 88-89 en 217-219; Houtsma 1979, p. 91; Joldersma 1982, dl. 2, p. 192-194; Pfeffer 1985; Repertorium 2001, t3252, m0393.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken