Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biekorf. Jaargang 37 (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van Biekorf. Jaargang 37
Afbeelding van Biekorf. Jaargang 37Toon afbeelding van titelpagina van Biekorf. Jaargang 37

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.74 MB)

ebook (4.19 MB)

XML (0.80 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biekorf. Jaargang 37

(1931)– [tijdschrift] Biekorf–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 284]
[p. 284]

Uit den ouden taalschat

Pypie = Papeye = Zyppe-Pyppe.

De ziekte der slijmvliezen bij hoenders en andere vogels, het snot, het slijm, fr. pépie, heette in het Middelnederlandsch pip, pippe, pipeye, pipse; zie het Mnl. Wdb., Kiliaan en Plantijn.

Een paar afwijkende vormen van dit woord vinden we in de twee volgende uittreksels. In beide wordt gewezen op het geneesmiddel tegen die ziekte ‘een penne door den beck steken.’

In zijn Confutatie oft Wederlegginghe vanden Biencorft (Leuven, 1598) laat pastor Jan Coens, sprekende van Marnix, den Herder zeggen: (f. 201).. hy [Marnix] crayet ghelijck de hinnen die de papeye hebben.’ En het Schaepken antwoordt; ‘Alsulcken plachtmen een penne door den beek te steken, en daer met plachten sy te ghenesen.’

Jan David in zijn Christelijcken Bie-corf (Antwerpen, 1600) schrijft op bl. 341 als volgt: ‘Maer het is meer dan tydt, dat wy wat vant zeghel-was ende bulle-was spreken, daer de brieven ende bullen mede gheseghelt worden. Het welcke de heretijcken, ocharme, zoo in de hersenen climpt, dat zy iaer uut, iaer-in, als eenen gheduerighen snuf ende pypie hebben: zoo dat het noodt doet de selve, uut medelijden, te helpen, midts mijne penne wat deur haerlieden neuse te steken: ghelijck men de hinnen een veder door den beck steect als zy met die zyppe-pyppe ghequelt zijn.’

Pater David heeft een voorliefde voor paarwoorden: zijn taal, in al zijne werken, is er mede doorspekt. Dit blijkt hier eens te meer: snuf ende pypie, zyppe-pyppe. Die laatste vorm, hij weze van het volk afgeluisterd of door den schrijver zelf gesmeed, is alleszins treffend van klank en uitdrukking.

A.V.



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken