Varia.
Nieuwe catalogi.
Het is alweer geruimen tijd geleden dat de uitgave der ‘Alfabetische regels’ van de Vereeniging van bibliothecarissen aanleiding gaf tot het maken van eenige opmerkingen over catalogiseeren. Daarom doet het me genoegen dat de inleidingen der pas verschenen catalogi van de Goethe-verzameling en van de Fransche taal- en letterkunde der Koninklijke Bibliotheek gelegenheid geven weer eens enkele losse opmerkingen te maken, te meer daar hierover nooit of bijna nooit in onze vaktijdschriften geschreven wordt. Alvorens hiertoe over te gaan, een kleine emotie-vermelding. Een lichte schrik beving me bij het zien van den Goethe-catalogus. Een Duitsche cultuur-verschijning! Waar blijft Rijksneutraliteit? Ter geruststelling bracht de Bibliothecaris spoedig daarop de Fransche cultuur in het vuur en wel met een geheele divisie - de geheele Taal- en Letterkunde. In mijn verbeelding had ik reeds een navolging van den edelen klassieken tweekamp: Goethe-Shakespeare bijgewoond. Weliswaar verscheen er jaren geleden een beknopte Engelsch-drama-catalogus, doch de zorg, besteed aan de Engelsche wapenrusting van toen, valt in 't niet bij die der Duitsche van heden. Maar ter zake.
De inleiding van den Goethecatalogus begint met een vergelijking tusschen den filologischen en catalogus-arbeid. Vooropstellende dat twee dingen op dit ondermaansche nooit volkomen aan elkaar gelijk zijn en vergelijkingen dus steeds min of meer mank gaan, gaat in dit geval de vergelijking toch manker dan noodig is. De inleider zegt o. a: ‘Wanneer ge een auteur hebt te verklaren, zorg dan vóór alles dat ge een zuiver geordenden tekst hebt om te interpreteeren’. Dus eerst ordenen en daarna interpreteeren. Verder lezen wij ‘Een rechtgeordende catalogus moet wezen de interpretatie van een boekerij’. Hier vallen dus ordenen en interpreteeren samen. De vergelijking zou zuiverder zijn, indien er gezegd was ‘Een beredeneerde catalogus’. Een rechtgeordende catalogus doet mij meer denken aan den lexikografischen arbeid met dit verschil, dat de rangschikking in den catalogus systematisch, in het lexikon alfabetisch is. De beredeneerde catalogus daarentegen geeft eerst den zuiveren titel (= tekst van den philoloog) daarna tekst-analytische, ook wel tekst-critische opmerkingen (= interpretatie). Hij behoort met de bibliografische catalogi tot de categorie der speciale catalogi. Maar, zooals gezegd, vergelijkingen gaan steeds min of meer mank, dus ook deze.
Mijn tweede opmerking betreft de opvatting van den systematischen catalogus, zooals deze uit den Goethe-catalogus blijkt. In den eigenlijken zin des woords is deze geen systematische (= samenhangende) maar een groep-catalogus. In een zuiver systematischen catalogus toch, waar Goethe een onderdeel is van den Letterkundigen catalogus en deze weer een deel van den geheelen catalogus, zou b.v. G.'s werkzaamheid als natuurkundige niet vermeld behoeven te worden. Hoogstens zou een verwijzing naar den catalogus der Natuurkunde plaats kunnen vinden. De G.- catalogus vermeldt echter G. in al zijn uitingen en is daardoor een groep-catalogus. M.i. de beste en meest practische vorm. Het euvel bij het systematiseeren zijn de te groote indeelingen, b.v. Geschiedenis, Letterkunde, Aardrijkskunde, Staatswetenschappen, enz. Gevolg hiervan is, dat men vrijwel den geheelen catalogus moet doorzoeken om volledig van een onderwerp op