o.a. van Gustav Mori zijn artikelen te dezer zake in die duitsche letterproef opgenomen.
Het is hier natuurlijk niet de plaats nader op de argumenten van zijn betoog in te gaan. Trouwens, het zoude niet wel mogelijk zijn. Immers, de basis van zijn bewijsvoering is, wat ik reeds zeide, typenvergelijking en nog eens typenvergelijking. Dat is waarlijk niet ieders werk. Alleen een technicus of een lettergieter kan dat; geen drukker, nog veel minder een bibliograaf is daartoe in staat. Alleen iemand grondig bekend met de techniek, kan beoordeelen waaraan vervormingen van letter-afdrukken zijn toe te schrijven: aan onvoldoenden stempelafslag, aan incorrecte matrijzen, aan onvolmaakt gieten, aan slijtage van de letter of aan slechten druk. Ieder dezer dingen kan reeds oorzaak zijn van beeldvervorming zoozeer, dat letter-afdrukken, die schijnbaar geen onderlinge gelijkenis laten zien, door den technicus toch herkend kunnen worden als afkomstig van den zelfden stempel. De faculteit om uit lettervergelijking conclusies te trekken kan alleen verkregen worden door langdurige practisch-technische beoefening van en in het bedrijf, niet door redeneering van bibliofielen of historici alleen.
Hoewel, voor zoover ik mij herinner, tot dusver niet te voorschijn gekomen is een direct documented bewijs, zijn er in het sedert verschenen boek van Kleerkooper en Van Stockum over den amsterdamschen boekhandel, inderdaad allerlei aanduidingen te vinden, dat de toedracht van zaken inderdaad zoo is geweest als door Enschedé door typen-onderzoek feitelijk reeds bewezen was.
Het geschiedkundig belang van de Luthersche lettergieterij te Frankfurt voor de kennis van ons zeventiende-eeuwsch drukkerijwezen is daardoor onbetwistbaar. Het is van overgroot belang kennis te nemen van wat over deze gieterij gaandeweg bekend wordt. Een eerste-rangs document dienaangaande is onlangs publiek gemaakt.
In September l.l. werd te Frankfurt een vergadering gehouden van den Verein Deutscher Schriftgiessereien. Bij die gelegenheid deed de lettergieterij Stempel A.G. aldaar in 150 exemplaren gereedmaken een folio-druk: Eine Frankfurter Schriftprobe vom Jahre 1592. Studie zur Geschichte des Frankfurter Schriftgiesser-Gewerbes von G. Mori.
Mori geeft hier een kort geschiedkundig overzicht van de Luthersche lettergieterij. In 1530 heeft Christian Egenolff aan zijn drukkerij-bedrijf een uitgebreide lettergieterij verbonden, die in 1629