Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het Boek. Jaargang 10 (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het Boek. Jaargang 10
Afbeelding van Het Boek. Jaargang 10Toon afbeelding van titelpagina van Het Boek. Jaargang 10

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.84 MB)

Scans (0.00 MB)

Scans (307.65 MB)

ebook (9.01 MB)

XML (1.04 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek
non-fictie/boekwetenschap


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het Boek. Jaargang 10

(1921)– [tijdschrift] Boek, Het–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Uit Noord- en Zuid-Nederlandsche bibliotheken.

De verwoestingen in de Luiksche universiteit.

Les déprédations allemandes à l'université de Liège. Quarante-huit vues des locaux universitaires pillés et saccagés par les Allemands, publiées avec une introduction, par Joseph Brassinne, professeur et bibliothécaire en chef de l'Université. Liège Imprimerie Bénard 1921.

De universiteit van Luik heeft, na die van Leuven, het meest geleden onder den oorlog. Maar het bericht van de verwoesting van Leuven verbreidde zich in enkele dagen over de geheele wereld; wat er te Luik gebeurde, vernam men daarentegen nauwelijks. Toen we in Het Boek onze verbazing en verontwaardiging luchtten over de Leuvensche verwoesting (1914. p. 369), wisten we niet of er te Luik iets gelijksoortigs was gebeurd, berichten en afbeeldingen toonden ons zeer ernstige oorlogsschade aan de Place de l'Université; het bleek later, dat de verwoeste gebouwen particuliere huizen waren geweest tegenover het universiteitsgebouw gelegen, en dat dit nog overeind stond. Wat daar voor schade geleden is, werd veel later meegedeeld door den Rector Eug. Hubert in zijne openingsrede op 21 Jan. 1919, en een rechtstreekschen kijk er in geeft ons nu het door den Bibliothecaris uitgegeven album van 48 photographische afbeeldingen, waarvan de titel hierboven staat.

De keerzijde van den titel geeft het opschrift van een in den gevel ge-Plaatsten gedenksteen: ‘du vii aout mcmxiv au xi novembre mcmxviii les locaux de l'université ont été occupés par les allemands qui violant la convention de la Haye ont dévasté les amphithéatres, saccagé les laboratoires, pillé la bibliothèque et les collections.’ Er volgt een opdracht aan de ondertekenaars van het ‘manifeste des intellectuels allemands’ en de volgende verklaring van een duitsch officier: ‘nos soldats ne sont pas des voleurs, mais ils aiment bien à emporter des petits souvenirs.’

Aan de korte inleiding (p. 7-16) ontleenen we het volgende, Op den dag zelf, waarop de duitsche troepen Luik binnenrukten, 7 Aug. 1914, namen ze bezit van de universiteitslocalen, en verjoegen de bewakers. Sommige localen werden slechts kort bezet, andere langer of bij herhaling. In 1917

[pagina 208]
[p. 208]

had eene inspectie plaats door het duitsche civiele bestuur; in het hiervan opgemaakte rapport, dat tegen de bedoeling later in handen van de Belgen is gevallen, wordt geconstateerd, dat de Belgen alles opzettelijk laten zooals het is, om later als bewijs te strekken voor de duitsche barbaarschheid. Men moet dus door bevoegde personen den toestand nauwkeurig vaststellen, en daarna wat orde brengen. De civiele administratie wilde dus eenerzijds niet aansprakelijk zijn voor wat de militairen hadden gedaan, anderzijds overdreven voorstellingen van Belgische zijde tegengaan.

De ambtenaar Ernest Jäger, met 't een en ander belast, stelde een uitvoeriger rapport met photographische afbeeldingen op, dat later bij de overhaaste ontruiming is achtergelaten, en een elftal van deze photo's zijn nu door Brassinne in de grootere reeks opgenomen. De overige zijn in November 1918 na het vertrek van de bezetting gemaakt door den heer Le Paige, voordat het universiteits-personeel weer in het gebouw werd toegelaten.

Wat men ziet, wordt in weinige woorden aldus beschreven: geledigde kasten, verscheurde boeken en papieren, verstrooide verzamelingen, gebroken en beschadigde instrumenten, sporen van zinnelooze vernieling en van handige diefstal en roof. Voorts overal leege flesschen en een onbeschrijfelijke massa vuiligheid van de ergste soort. De stank in al die zalen moet zoo ontzettend zijn geweest, dat zij, die ze het eerst geinspecteerd hebben, er een afschuwelijke heugenis van hebben en zich afvragen, hoe daar menschen zich in hebben kunnen ophouden; nog is die lucht niet geheel verdwenen. In de kamer van den ‘professeur de travaux graphiques de la faculté technique (pl. 13), vormde het vuil en de rommel een laag van 50 cm. hoogte. Overal, ook in de niet voortdurend bezette localen, waren deurenen vensters ingeslagen, zoodat er toch te allen tijde soldaten uit de omgrenzende gebouwen konden binnendringen en plunderen. En behalve door soldaten - dit kan de Bibliothecaris bewijzen - zijn opzettelijke inbraken en plunderingen verricht door het Lazaret-personeel van Dusseldorf en door den directeur daarvan, die o.a. zijn ingebroken in de zaal Wittert, een museumzaal, en daar stelselmatig tal van kunstvoorwerpen, tapijten, schilderijen, aardewerk, meubelen, antiquiteiten hebben ontvreemd, en de kleinere penningenkast hebben opengebroken; bij het forceeren van de grootere zijn ze gestoord. Ook aan den heer Jäger zelf, die in 1917 orde moest brengen, worden verdere ontvreemdingen ten laste gelegd; zijn eigen photographie en die van 1918 geven hier een zekeren grondslag voor vergelijking.

Voor ons zijn de afbeeldingen van de bibliotheeklocalen, de museumzaal in 1917 en 1918, de penningkasten, en het bureau van den Bibliothecaris van belang. Jäger's photo toont wel sterk, hoe onhebbelijk de indringers diens papieren dooreen gesmeten hebben; uiterlijk is dit in 1918 weer een beetje in orde gebracht.

De volgende afbeeldingen toonen de zalen van physiologie, die, lang gespaard waren, maar nog kort voor de ontruiming door de soldaten vernield zijn.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken