Het Boek. Jaargang 19
(1930)– [tijdschrift] Boek, Het–
[pagina 9]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Fragmenten van twee zestiende-eeuwsche leerboekenI. een onbekend Engelsch-Fransch-Nederlandsch boek met tafelmanierenDe schaarsche overblijfselen van deze druk, zeer klaarblijkelijk van Nederlandsche oorsprong, zijn in verre landen terecht gekomen. Het gaafste fragment, één volledig blad, wordt bewaard in de Public Library te Melbourne; het andere, stukken van twee bladen, heeft deel uitgemaakt van de Huth-verzamelingGa naar voetnoot1) en is thans eigendom van de Henry E. Huntington Library te S. Marino (Calif.). Een foto uit Melbourne, ter identificatie naar de Univ. Library van Cambridge gezonden, is mij daar vertoond en heeft me op het spoor van deze curiositeit gebracht. Op een verzoek om verdere inlichtingen vernam ik uit Melbourne tevens het bestaan van de bijbehoorende fragmenten in de Huntington Library. Nu men mij thans, èn uit Australië, èn uit Amerika, met de grootste welwillendheid reproducties van alles, wat er bewaard is, heeft gezonden, leek het mij niet ondienstig hier iets over de fragmenten mee te deelen. Voorzoover ik heb kunnen nagaan, is het leerboekje onbekend. Hoofddoel ervan was natuurlijk talenstudie; de tafelmanieren zijn slechts de nuttige en aangename vorm, waarin de les gekleed werd. Het Engelsch gaat voorop en er is de meeste zorg aan besteed; het bestaat, op een enkele uitzondering na, uit paarswijs rijmende verzen, iets wat door de tusschengevoegde Fransche en Nederlandsche vertalingen misschien niet dadelijk in 't oog valt. Vlekkeloos is de vertaling allesbehalve. Zoo wordt het Engelsch (zie 2e blad, recto? van de Huntington Library): ‘For [the f]ull wombe wythout fay [lure?]-Woteth full lytle what the hon[ger is?]’ op deze wijze in het Nederlandsch vertaald: ‘Voer den vollen buick sonder fa[ulte?] - Weet luttel | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 10]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
wat den hungheren [is?]’. Dus wel aanwijzingen, dat het Engelsch primair zal zijn geweest. Het zou niet ondenkbaar zijn, dat voor dit leerboekje bij een bestaand Engelsch gedicht een Fransche en Nederlandsche vertaling gemaakt was. In Furnivall's aardige collectie van dergelijke gedichtenGa naar voetnoot1) komt het echter niet voor en ook elders heb ik het niet kunnen vinden. Al durf ik de druk niet met absolute zekerheid aan hem toe te schrijven, toch lijkt het mij zeer waarschijnlijk, dat Christoffel van Ruremund de drukker van dit boekje is. In het Missale Traiectense van 22 Juli 1527, door hem gedrukt voor Willem Vorsterman en Govaert van der HaghenGa naar voetnoot2), komt dezelfde type voorGa naar voetnoot3). Daar echter doorschoten en op dezelfde grootte gebracht als de missaaltype, waarmee ze samen is gebruikt, zoodat 20 regels circa 117 mM. meten tegen 95-96 hier. In het Missale is de type klaarblijkelijk nog zeer gaaf, in het leerboekje vertoont ze duidelijke sporen van afslijting. Daaraan durf ik de eenige afwijking van onze type met die in het Missale toeschrijven, de vorm van de s. In het Missale heeft deze twee vlaggetjes aan de uiteinden, in de fragmenten zijn deze niet of ternauwernood meer te zien. Ondanks dit kleine verschil lijkt er mij geen bezwaar in, de druk met groote waarschijnlijkheid aan Christoffel van Ruremund toe te schrijven en met 't oog op de afslijting van de type, omtrent 1530 of 1531 te dateeren. In het kader van zijn uitgaven past het boekje voortreffelijk; geen drukker te Antwerpen, die naar verhouding zooveel voor de Engelsche markt heeft gewerkt als hij. Bij de 38 drukken, die ik van hem ken, zijn er 29, die voor de verkoop in Engeland bestemd waren; hoofdzakelijk missalen, getijboeken, hymnen, brevieren, processionale's voor de Salisbury-dienst en een enkel verboden Nieuw Testament in 't Engelsch. Men kan aannemen, dat eigen ervaring op de reizen in Engeland hem overtuigd had van 't nut eener uitgave als het Engelsch-Fransch-Nederlandsche leerboekje. Mocht soms nog eens blijken dat het boekje iets later gedateerd moet worden dan 1531, het sterfjaar van Christoffel van Ruremund, dan is er alle reden het toe te schrijven aan zijn weduwe, die het bedrijf in dezelfde geest heeft voortgezet. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina *1]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() I. Boek met tafelmanieren in drie talen. (Antwerpen, c. 1530).
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina *2]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() II. Noel van Berlaimont, Vocabulare. (Antwerpen, c. 1530?), blad 5 verso?
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 11]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ik heb gemeend hier te moeten laten afdrukken, wat er van deze uitgave bewaard is (zie Bijlage). Misschien geeft dit aanleiding tot de opsporing van een volledig exemplaar. Geheel onbelangrijk is de inhoud niet. Hoewel het boekje niet, gelijk de Manieren als men over tafel sal hantierenGa naar voetnoot1), uitsluitend als wetboek van Mevrouw Etiquette bedoeld is, toch geeft het ook een inzicht in de tafelmanieren van de tijd, die voor een deel de manieren van alle tijden zijn. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
II. een onbekende uitgave van Noel van Berlaimont's vocabularBij dezelfde gelegenheid heb ik eenige fragmenten leeren kennen eener onbekende uitgave van Berlaimont's tweetalig Vocabulare. Ze zijn eveneens terechtgekomen in verre werelddeelen, ten deele in de Public Library van Melbourne, ten deele in de Henry E. Huntington Library te S. MarinoGa naar voetnoot2). Ook van deze bladen zijn mij uit beide bibliotheken welwillend foto's toegezonden. Het is een poover restje; één bijna volledig blad in Australië, één afgesneden blad in Amerika. Maar dan toch voldoende om uit te wijzen, dat ze tot een onbekende uitgave behooren. De vergelijking met de uitgave van Vorsterman 1540 (Ned. Bibl. 279) kon ik zelf verrichten; voor de collatie met de uitgave Vorsterman 1536, waarvan het eenige exemplaar begraven ligt in de onbereikbare bibliotheek Arenberg, mocht ik mijn inlichtingen dankbaar ontvangen van Prof. Dr. W. de Vreese. Van hem vernam ik ook nog, dat het fragment niet identiek is met de uitgave van Marten Huyssens te Antwerpen in 1599, waarvan hij de collatie bezit (ex. Brit. Mus.). Zelf kon ik in de Bibl. Mazarine te Parijs vaststellen, dat het fragment afwijkt van de Antwerpsche uitgave van Adr. Luberts, ao. 1552. Trouwens, er is geen aanleiding lang stil te staan bij uitgaven na 1550. De type wijst duidelijk op een vroeger tijdstip; het boekje zal tusschen 1525 en 1540 te dateeren zijn. Een zekere uitspraak over de drukker durf ik niet te doen, maar wel is het heel klaarblijkelijk een Antwerpsche druk. De type van de Fransche tekst kennen we van VorstermanGa naar voetnoot3), de Nederlandsche type | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 12]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
is nauw verwant, hoewel niet identiek, met een type van Claes de GraveGa naar voetnoot1). Het feit, dat er twee uitgaven van hetzelfde werkje bij Vorsterman zijn verschenen (in 1536 en 1540), maakt het niet onwaarschijnlijk, dat deze uitgave eveneens uit zijn drukkerij stamt. Wat er bewaard is, beslaat in de editie van 1540 bladen 5 en 8. Typen en zetsel verschillen, maar de indeeling van de bladzijden met 33 regels is precies gelijk, zoodat we op goede gronden kunnen aannemen, dat ook onze uitgave 42 bladen heeft gehad. Het maakt de indruk, dat de uitgave van 1540, en misschien die van 1536 eveneens, naar deze is nagezet. Hier en daar zijn er kleine tekstverschillen tusschen onze uitgave en die van 1540. Ik laat er enkele volgen.
Nog dient opgemerkt te worden, dat de uitgave van 1552 in deze gevallen bijna woordelijk overeenstemt met onze fragmenten en afwijkt van die van 1540. Nadere vergelijking met de uitgave van 1536 zou gewenscht zijn. Mocht nog eens de herdruk der uitgave van 1536, door De Vreese bezorgd, aan het licht komen, dan eerst zal een collatie der spelling van de twee oudste gedateerde uitgaven met ons fragment kunnen geschieden en misschien belangrijke resultaten opleveren. Wat Verdeyen over de collatie der edities van 1536 en 1540 in zijn Colloquia meedeeltGa naar voetnoot2), is te vaag en te onvolledig, om er eenige conclusies uit te durven afleiden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 13]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Reeds meer dan eens is erop gewezen, dat de uitgaven van 1536 en 1540, beide met de mededeeling op de titel ‘van nyeus gheoordineert ende wederom gecorrigeert’, onmogelijk de eerste kunnen zijn. Een verder bewijs voor 't bestaan van een vroegere uitgave zien de heeren Kooiman, Riemens en Verdeyen, die zich allen met het Vocabulare hebben bezig gehouden, in de data van een brief, huurceel, kwitanties van huishuur en schuldbrief, 1 Mei 1530, Kerstmis 1524, 10 April 1523. Terwijl Kooiman en Verdeyen daaruit concludeeren tot een editio princeps van 1530Ga naar voetnoot1), gaat Riemens, die oorspronkelijk deze meening deelde, thans nog verder en gelooft niet alleen aan een uitgave van 1530, maar ook nog aan een vroegere van begin 1525Ga naar voetnoot2). Ik kan niet ontkennen, dat vooral zijn poging de datum 1 Mei 1530 in dit verband te persen mij lichtelijk gewrongen voorkomt. De brief met die datum zou pas aan de uitgave van 1530 door Berlaimont zijn toegevoegd. Van de noodzakelijkheid, dat er aan de beide bekende uitgaven van 1536 en 1540 twee moeten zijn voorafgegaan, ben ik nog niet geheel doordrongen. Riemens redeneert aldus: ‘dat die druk van 1530 nu ook de eerste geweest zou zijn, is op zich zelf wel niet onmogelik, maar er zouden toch zeer positieve gegevens moeten zijn om te doen aannemen, dat een onderwijzer pas een jaar voor zijn dood een schoolboekje schrijft, dat zo'n succes heeft’. Ook deze redeneering kan ik niet overtuigend vinden. Het is, bij al die hypotheses, zeer te betreuren, dat de thans gevonden bladen geen jaar van uitgave bevatten en evenmin de passages met de aangehaalde jaartallen van brief, huurceel, enz. Misschien zouden ze anders de gissingen van de heer Riemens bevestigen of omverwerpen. Hoe het zij, deze verspreide fragmenten, die eenige kans hebben tot de langgezochte editio princeps te behooren, vormen een welkome aanwinst tot onze kennis van de vroegste Vocabulare-uitgaven.
's-Gravenhage, Nov. 1929. M.E. Kronenberg. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 14]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
BijlageBlad te Melbourne, recto-zijde.Englysshe.
Frenche. Dutche. Drynke thou not, but hym abyde
Ne boy point, mais lattens
En drinkt ghi niet, maer beidt after hem
Be it at euen, beidt at noone
Soit a vespre ou soit a nonne
Het si sauens oft sie snoens
Drynke thou not tyll he haue done
Ne boy pas tant quil ait faict
En drinkt ghi niet hi en heeft ghedaen
Upon thy trenchour no fylth thou se
Dessus ton trenchoir nul ordure ne vois
Op v telioer gheen vulnes en siet
It is not honest I tell the
Il nest pas honneste ie te le dictz
Het en is niet eerlick ick segghet v
Ne drynke thou not behynde no mans backe
Ne boy point derriere le dos des gens
Noch and (sic) drinkt niet after niemans rugghe
For yf thou do, thou art to lacke
Car si tu le faictz, tu es a depriser
Ist dat ghit doet, ghi syt te misprisen
And neuer be to gredy ne to hasty
Et iamais ne soies trop aspre ne hatif
Ende nimmermeer en syt te haestich
Caste not thy bones in the floore
Ne iettez pas tes os en laire
En werpt die benen niet inden vloer
But laye them fayre on thy trenchour
Mes couches les beaulx sur ton trenchoir
Maer leghtse properlick op v telioer
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zelfde blad, verso-zijde.Englysshe.
Frenche. Dutche. Kepe clene thy clothes before all
Garde net [em?] ent tes abilemens deuant toy toutz
Holdet schoen v cleren voer v all
And syt thou styll so what thou befall
Et te tiens assis quiconque sourueigne
Ende sit ghi styll wat dat geualt
Tyll grace be sayd vnto the ende
Iusques a ce que les graces soient dictes en la fin
Tot dat die gracie is gheseit totten eynde
Loke that the more worthyer then thou
Regarde que les plus digne que toy
Siet dat die meest waerdigher dan ghi
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 15]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wasshe afore the, and that is thy prowe
Laue deuant toy, et cela est ton preu
Waschet voer v, ende dat is tot v eere
And spyt not in the basyn
Et ne crache point en le bassyn
Ende en spiet niet in dat becken
My swete sonne that thou wasshest in
Mon doulz filz que tu laues dedans
Myn lieue soen daer ghi in waschet
And aryse vp softly and styll
Et te lieue sus en paix et quoy
Ende staet vp seghelick ende stille
And iangle neither wyth Iacke nor gyll
et ne iangle point auec iacquet ne guyllot
en clappet niet teghen hannekin noch willemkin
But take leaue of the lorde louyngly
Mais prens congie de ton seigneur amoureusement
Maer neemt oorlef van v heere minlycken
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Fragment blad Huntington Library, recto-zijde?Englysshe.
Frenche. Dutche. But set it downe fayre and styll
Mais mettes le bas bel et quoy
Maer settet neder schoenkens ende stille
Kepe the clothe fayre the beforne
Garde la nappe necte deuant toy
Holdet dat cleet schoen voer v
And beare the so that thou haue no scorne
Et te porte ainsi que tu naies point de mocquerie
Ende houwet v soe dat ghi niet en wordt begheckt
Byte not thy meate, but cutte it clene
Ne mors point ta viande mais la trenche nette
En bitet v eten niet, maer snytet schone
Be well ware that no droppe be sene
Garde toy bien que nulle goute soit veue
Siet wel voer v dat gheen droppol (sic) en wordt ghesien
[Wh]en thou eatest, gape not to wyde
[....] manges [,]ne baille pas trop large
(rest van het blad ontbreekt)
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zelfde blad, andere zijde.Englysshe.
Frenche. Dutche. Beware the or thou art not wyse
Garde toy ou tu ne pas sage
Wacht v daer voer oft ghi en syt niet wys
Speake no worde styll ne sharpe
Ne parle mot quoy ne aspre
[E]nde spreckt gheen wordt styll noch scharpe
[O]f peace and curtesye loke that thou carpe
[D]e paix et de curtoisie garde que tu parles
[V]an pais ende eerbaerheit siet dat ghi spreeck[t?]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 16]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[...]d at the table make good chere
[...]a la table faictes bon chere
[...] de aen die tafel maeckt vrolick
[A]nd loke thou rowne not in no mans eare
[E]t garde toy descouter en nulles oraille
[E]nde wacht v dat ghi niet en luistert in niemans oreGa naar voetnoot1)
[A]nd wyth thy fyngers thou[touche?] ne taste
(rest van het blad ontbreekt)
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Strook ander blad Huntington Library, Aan de bovenzijde ontbreken eenige regels.
|
|