Het Boek. Serie 2. Jaargang 22
(1933-1934)– [tijdschrift] Boek, Het–
[pagina 181]
| |
Een Deventer editie van Murmellius' De Latina constructione praecepta, (1515)Een beschrijving van deze Deventer postincunabel, onlangs aangekocht voor de Kon. Bibl., zoekt men nog tevergeefs in de Nederlandsche Bibliographie en de drie aanvullingen. Een reeds jaren geleden door Reichling gezochte ‘editio princeps’ schijnt met dit boekje teruggevonden te zijn. In zijn bibliographie van MurmelliusGa naar voetnoot1) vinden wij als no. XLI De latina constructione oder Grammaticae Regulae beschreven, met toevoegsels van de Treptowse rector Johannes Bugenhagen anno 1518 gedrukt bij V. Schumann te Leipzig, onder de titel Grammaticae Regulae; Reichling tekende aan, dat de oorspronkelike uitgave onbekend was en waarschijnlik De latina constructione praecepta had geheten; hij vermoedde, dat de tekst in 1516 zou zijn ontstaan. Dit vermoeden was mis, de tekst werd niet eerst, zoals Reichling dacht, in de edities Pappa puerorum van na 1519 opgenomen, maar is reeds, als hoofdstuk 5, in een druk van 1514Ga naar voetnoot2) te vinden. En bovendien beschreef P. Bahlmann in Eine Ergänzung der Bibliographie des Münsterischen Humanisten MurmelliusGa naar voetnoot3) een vroegere uitgave van de Grammaticae Regulae afzonderlik, zonder jaartal, zonder naam van plaats of drukker, maar met de datum Kal. Februariis 1515 onder Bugenhagen's tot Boldewan en Crummenhuss gerichte brief, die aan het werkje voorafgaat. Bahlmann wil nu ook de druk op 1515 dateren; hij gelooft niet aan een door Murmellius zelf bezorgde editie getiteld De latina constructione praecepta. Een | |
[pagina 182]
| |
boek met die titel is nu echter te voorschijn gekomen; het verscheen, 1515, anonym, te Deventer bij Th. van Borne, specialiteit in schoolboekjes, zoals we in de Art Typographique kunnen lezen. Vol zelfvertrouwen kondigen de Praecepta zich aan met een ‘Libellus ad Lectorem’: Trado rudimentis aptam puerilibus artem
Parvus hic ex magno rivulus amne fluit
Nunc alabandiacos consumat flamma libellos
Florebat auspiciis lingua latina meis.
Met die ‘grote stroom’ moet de Pappa puerorum zijn bedoeld; het versje, niet te vinden in de Grammaticae Regulae van 1518, zal misschien van Murmellius zelf zijn, de uitdrukking ‘alabandiaci libelli’ is bijna te mooi voor van Borne; Murmellius kan deze wat precieuse term voor barbaarse boeken hebben gevonden bij Hermolaus Barbaras, die hij bewonderde, en wiens Castigationes in C. Plinii naturalis historiae libros hij aanpreesGa naar voetnoot1). Wat is nu eerder verschenen, de Deventer uitgave van 1515, of de ongedateerde editie door BahlmannGa naar voetnoot2) beschreven? Bahlmann's argument, dat uit de ‘dialogus tetrastrophus’ in de Grammaticae Regulae (niet overgenomen in de editie van 1518) zou blijken, hoe er niet een door Murmellius zelf bezorgde druk der Praecepta aan kan zijn voorafgegaan, lijkt me niet steekhoudend. Ik neem hier de samenspraak nog eens van Bahlmann over:
Murmel.
Cur mea das aliis? Bugen. non ut mea sed tua doctis Dedico: quo inter nos nomen habere queas.
Murmel.
Infima cur doctis? Bugen. ut tutent, infima nec sunt Quis sine maiora frustra adit ipse puer.
Murmellius had de Pappa puerorumGa naar voetnoot3) en dus ook deze Praecepta voor elementair onderricht bedoeld, we lezen op folio 1b van dit laatste werkje ‘latine locutionis precepta et varia et multa sunt verum in hoc libello non fuit nobis cure universa complecti, sed ea solummodo que primitive puerorum institutioni magis visa sunt idonea perbrevi tradere compendio’Ga naar voetnoot4); Bugenhagen had de Prae- | |
[pagina 183]
| |
cepta aangevuld met eigen werk, wil echter Murmellius de eer van zijn schepping laten en beveelt het eenvoudige boek nog eens als een practies hulpmiddel bij Latijns onderricht aan. Meer valt er, lijkt me, uit het versje niet te halen. Van heel veel belang, aan welke uitgave de prioriteit toekomt, is het niet; wel meende ik, dat deze onbekende editie van een Nederlands humanist (‘Münsters’ humanist zeggen Bahlmann en Bömer) in Het Boek moest worden beschreven.
R. Pennink
In 4o; 6 bll; A6; bl 1b 31 rr; 2 goth. typen, lomb. init. rubr. tekens; houtsn.
Bl. 1a: DE latina conftructione vi ∥ gintiquin |
|