Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 151(2006)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 480] [p. 480] Jan Baeke Gedichten Zoals het is gemaakt Een steen valt van een steiger. Verspilde zwaartekracht. Als het zo simpel was, hadden we de kinderen allang voor het eten binnengeroepen. Verhaal rond. De werklui echter hangen verspreid door de straat in hun eigen zwijgen vastgelopen. Luister. Hagel op een leeg vat ergens waar gewerkt wordt. Niet hier. Geen veld geen windstilte. Een harde knak verpest het lekkere briesje. Verderop winnen de gesprekken, hier het nagelbijten. Wat moeten ze anders eeuwig doen? Zo is het iedere avond. De bazen komen langs, fluitend tussen de tanden. Ze hadden onze sigaretten maar onze sigaretten hadden het te druk met kinderen tellen, wilden nog een vuurtje. Te laat. Dieren dringen het huis binnen. Wekken grensverkeer. Slaap komt niet voor ze op komt voor niemand. We zoeken zware beelden al wat ons verlamt en neerslaat. Hoe moeilijk morgen ook de zon zal werken, wij zullen er wederom zijn. [pagina 481] [p. 481] Kinderspel De jongens verhuisden het slagveld naar de voorkamer lieten de meisjes achter in het bos, tussen de gesprongen stoelen. Ik had middagstilte besteld maar vertraging alom. Brak bij de buren de radio uit, ik schreeuwde links en rechts door de minuten heen kan de dag ook in zo'n doodstille seconde? We moeten een vader schieten riep ik de troepen bijeen in de hoop op veel tong uit de mond en geen woorden meer maar voor er geschoten kon lieten zij merken moest nog iets stuk. We gingen alles kopen wat in onze vingers kon verpulveren en te eten was ons makend dat we groter worden. Werden we groter? De kruimels wezen alle kanten op. Het waren net hersenen die wij niet langer konden horen in ons hoofd. Schatjes waren het, vingerkootjes buigend tot konijnen op de witte muren en voorop de modder in alle plooien proppend luid zingende piraten. Ik wilde graag geloven dat ze gelijk hadden. Vorige Volgende