Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Colloquium Neerlandicum 8 (1982) (1983)

Informatie terzijde

Titelpagina van Colloquium Neerlandicum 8 (1982)
Afbeelding van Colloquium Neerlandicum 8 (1982)Toon afbeelding van titelpagina van Colloquium Neerlandicum 8 (1982)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek
lezing / voordracht


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Colloquium Neerlandicum 8 (1982)

(1983)– [tijdschrift] Handelingen Colloquium Neerlandicum–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Verslag van het achtste colloquium van docenten in de neerlandistiek aan buitenlandse universiteiten


Vorige Volgende
[pagina 111]
[p. 111]

Over Poolse vertalingen van Nederlandse realiaGa naar voetnoot*

Stanisław Prędota

 

Onder het begrip ‘Nederlandse realia’ verstaan we woorden en woordgroepen van het Nederlands die geen directe equivalenten hebben in het Pools en die culturele realia aanduiden, zowel materiële als geestelijke, die specifiek zijn voor de Nederlandse taalgemeenschap, bijv. terp, waterschap, prinsjesdag, dolle Mina's. Bij onze overwegingen houden we ons echter alleen met Noordnederlandse realia bezig; Zuidnederlandse zullen we buiten beschouwing laten.

De ruimtelijke en culturele afstand tussen Nederland en Polen is relatief klein, want beide landen maken vanaf hun begin deel uit van de Westerse beschaving en de afstand tussen Amsterdam en de Poolse grens bedraagt nog geen 800 km! Desondanks zijn er talrijke verschillen te constateren tussen de Nederlandse en de Poolse taalgemeenschap die vooral voortvloeien uit andere bestaansomstandigheden en een anders verlopen historische ontwikkeling van beide gemeenschappen. Dit verklaart ook het feit dat er een vrij talrijke groep Nederlandse realia bestaat zonder directe lexicale equivalenten in het Pools.

Voor de Nederlands-Poolse lexicologie, voor de vertaalpraktijk en ook voor het onderwijs Nederlands aan Polen is het wenselijk:

a.een lijst van equivalentloze Nederlandse realia samen te stellen;
b.regelmatigheden op te sporen die het weergeven van deze realia in het Pools betreffen.

Uit eerste observaties is gebleken dat equivalentloze Nederlandse realia vooral te vinden zijn op de volgende gebieden:

1.Landschappelijke bijzonderheden van Nederland: hunebed, terp, wadden, waddeneiland, uiterwaarden, Randstad Holland, Afsluitdijk, IJsselmeer;
2.Historisch politieke en administratieve instellingen, ambten en waardigheden in Nederland: baljuw, beklemde meier, drossard (drost), drostambt, drostenij, grietenij, grietman, landdrost, ruwaard, schout, vroedschap;
3.Tegenwoordig politieke en administratieve instellingen, ambten en waardigheden in Nederland: arrondissementsrechtbank, griffier, heemraadschap, hoogheemraadschap, ingeland, kantongerecht, ombudsman, rechtswinkel, uitzendbureau, vacaturebank, veenschap, waterschap;
4.Specifiek in Nederland uitgeoefende beroepen: beiaardier, maatschappelijk werker, opbouwwerker, pastoraal werker, uitzendkracht, welzijnswerker;
[pagina 112]
[p. 112]
5.Typisch Nederlandse gerechten: blinde vinken, drie-in-depan, groene haring, hangop, hutspot, koffietafel, pindakaas, rolpens, slavinken, stamppot, uitsmijter;
6.Typisch Nederlandse bakkerswaren: amandelbroodje, boterletter, banketstaaf, drop, mokkapunt, moorkop, poffertjes, speculaas, taai-taai;
7.Nederlandse alcoholische dranken: borrel, fladderak, jonge jenever, oude jenever, schilletje;
8.Historische in Nederland gebruikte maten: anker, gemet, hond, kan, last, mud, okshoofd, schepel, stoop, vadem (vaam);
9.Historische Nederlandse munten: blank, braspenning, duit, gouden ridder, halfje, stoter, vierduitstuk, vijfje, willempje;
10.Tegenwoordige Nederlandse munten: dubbeltje, kwartje, rijksdaalder, stuiver;
11.Nederlandse schepen voor binnen-, kust- en zeevaart: blazer, bom, bons, botter, buis, eiker, fluit, hoeker, hoogaars, hulk, kaag, kof, kog, kraak, kwak, pink, pleit, schokker, tjalk.

In deze bijdrage zullen we nagaan hoe equivalentloze Nederlandse realia worden weergegeven in het Pools. Onze uiteenzettingen zijn o.a. gebaseerd op analyses van Poolse vertalingen van Nederlandse literaire en niet-literaire werken, op het leerboek Mówimy po niderlandzku van S, Prędota en L. Stembor, op de taalgids Rozmówki holenderskie van L. Stembor en op Poolse publicaties over Nederland.

Doorslaggevend voor de vertaling van realia is hun synchrone morfologisch-semantische motivatie. Daarbij zijn alle ongelede woorden ongemotiveerd. Onder gelede woorden en woordgroepen kunnen we drie typen onderscheiden:

a)met een volledige motivatie,
b)met een partiële motivatie,
c)zonder motivatie.

Vervolgens zullen we ingaan op de vertaling van realia die ongelede woorden, gelede woorden en woordgroepen zijn.

 

I. Bij de weergave van realia die ongemotiveerde ongelede woorden zijn kan geen morfologisch-semantische analyse worden toegepast, d.w.z. men kan hun betekenis niet afleiden uit hun vorm. Hun betekenis dient men dus op te zoeken in een verklarend woordenboek van het Nederlands. Bij hun vertaling komen twee mogelijkheden in aanmerking: lexicale ontleningen en omschrijvingen.

1.Een lexicale ontlening aan het Nederlands met een toegevoegde verklaring. Deze wordt toegepast bij realia waarvan men moet veronderstellen dat ze onbekend zijn aan de ontwikkelde Pool, waardoor tevens een aanvullende informatie vereist wordt, bijv.
kog > koga (drewniany zaglowiec handlowy lub wojenny) maatjesharing > matiesy (mƚode śledzie poƚawiane przed pierwszym tarƚem).
[pagina 113]
[p. 113]
Dergelijke verklaringen bestaan meestal uit een omvangrijke woordgroep en lijken op een begripsdefinitie. Om stilistische redenen worden ze echter, vooral bij de vertaling van literaire kunstwerken, niet in de doeltekst zelf geplaatst maar in voetnoten. Occasionele Nederlandse ontleningen die vaak gebruikt worden kunnen met de tijd een vertrouwd begrip worden voor de Poolse taalgemeenschap. Veelal betreft dit zgn. internationalismen die ook door andere Europese talen ontleend zijn. Deze ontleningen gaan dus als vreemde woorden deel uitmaken van de Poolse woordenschat en behoeven geen verklaringen meer, bijv. delfts blauw > delfty, elzevier > elzewir, florijn > floren, gulden > gulden, polder > polder.
2.Een omschrijving. Bij de weergave van sommige realia wordt geen gebruik gemaakt van lexicale ontleningen maar van omschrijvingen. (Redenen daarvan dient men nog nader te onderzoeken.) De vertaler moet dus hun betekenis opzoeken in een Nederlands verklarend woordenboek en de daar gevonden verklaring vertalen in het pools, bijv.:

pinda's - aardnoten
  - orzeszki ziemne
drost - rechterlijk ambtenaar op het platteland
  - sędzia na wsi.

Soms vormen dergelijke verklaringen omvangrijke woordgroepen die gelijkstaan aan een begripsdefinitie, bijv.:

fladderak - wódka z cytryna i cukrem
kof - przybrzeżny statek żaglowy.

II. Van belang voor de vertaling van realia die gemotiveerde gelede woorden (samenstellingen en afleidingen) zijn is hun motivatiegraadGa naar voetnoot*. Volgens dit kriterium kan men ze in drie typen indelen:

a.niet geïdiomatiseerde gelede woorden met een volledige morfologisch-semantische motivatie;
b.gedeeltelijk geïdiomatiseerde gelede woorden met een partiële morfologisch-semantische motivatie;
c.geheel geïdiomatiseerde gelede woorden zonder morfologisch-semantische motivatie.

Vervolgens zullen we nagaan hoe Nederlandse realia die tot die drie typen behoren in het Pools worden weergegeven. Binnen die typen zullen we onze aandacht richten op de samenhang tussen de motivatiegraad van de realia en hun vertalingsmogelijkheden in het Pools.

[pagina 114]
[p. 114]

Type 1: Niet geïdiomatiseerde gelede woorden met een volledige morfologisch-semantische motivatie, bijv. dijkbestuur, polderbelasting, waddeneiland, IJsselmeer, dijker, beiaardier. Dankzij de volledige motivatie veroorzaakt hun vertaling in de regel geen moeilijkheden.

In principe worden Nederlandse samenstellingen in het Pools niet als samenstellingen weergegeven, maar vooral als woordgroepen, bijv. het grachtenhuis - dom nad kanaƚem (letterlijk: ‘huis aan gracht’). Bij de vertaling van Nederlandse realia die composita zijn dient men hier dus rekening mee te houden en men kan hier het volgende tweeledige procédé toepassen:

a) eerst wordt bij een morfologisch-semantische analyse de betekenisrelatie vastgesteld die er bestaat tussen de componenten van de samenstelling in kwestie. Het meest geschikt hiervoor blijkt een transformatie te zijn van het compositum in een semantisch equivalente woordgroep, bijv.:

dijkbestuur - bestuur van een dijk
waddeneiland - eiland in de wadden

b) daarna wordt deze woordgroep in het Pools vertaald met een leenvertaling. Men mag veronderstellen dat die vertaling alleen, d.w.z. zonder aanvullende verklaring, de betekenis van het betrokkene begrip weergeeft voor de ontwikkelde Pool, bijv.:

bestuur van een dijk - zarza̧d grobli
eiland in de wadden - wyspa w przybrzeżnych mieliznach

Een analoog procédé kan men ook toepassen bij de vertaling van realia die afleidingen zijn, bijv. dijker, beiaardier.

 

Type 2: Gedeeltelijk geïdiomatiseerde gelede woorden met een partiële morfologisch-semantische motivatie, bijv. pindakaas, koffietafel, rijsttafel, poldergast, polderjongen. Wegens hun partiële motivatie kan men bij het vertalen stuiten op bepaalde moeilijkheden.

Hier kan men van hetzelfde procédé uitgaan als bij het voorafgaande type 1, d.w.z. van een transformatie en een leenvertaling van het getransformeerde begrip. Samenstellingen van type 2 zijn echter gedeeltelijk verholen en daarom slechts beperkt transformeerbaar. Bij hun transformatie in semantisch equivalente woordgroepen dient men dus uit te gaan van hun vorm alsook van hun betekenis zoals die vermeld staat in een verklaren woordenboek, bijv.

pindakaas - kaas van pinda's
    pasta van pinda's
poldergast - gast van (in) polders
    werker in polders

De getransformeerde woordgroep wordt in het Pools vertaald met een leenvertaling. Daarbij mag men aannemen dat een aanvullende explicatie niet noodzakelijk is voor de Poolse lezer, bijv.

pasta van pinda's - pasta z orzesków ziemnych
werker in polders - robotnik na polderach.

[pagina 115]
[p. 115]

Type 3: Geheel geïdiomatiseerde gelede woorden zonder synchrone morfologisch-semantische motivatie, bijv. prinsjesdag, hunebed, boterletter, banketstaaf, heemraad, rederijker; uitsmijter, vroedschap, veenschap, waterschap. Door afwezigheid van motivatie moet men bij hun vertaling rekening houden met ernstige moeilijkheden.

Bij composita van type 3 die volledig verholen zijn kan men geen transformatie toepassen, bijv.:

prinsjesdag - dag van (voor) prinsjes
boterletter - letter van (met) boter

De vertaler ziet zich dus genoodzaakt hun betekenis op te zoeken in een verklarend woordenboek en de daar gevonden verklaring vervolgens in het Pools weer te geven. Daardoor ontstaan omschrijvingen die vaak bestaan uit een omvangrijke woordgroep, bijv.

prinsjesdag - dag der plechtige opening van de zitting der Staten-Generaal
  - dzień uroczystego otwarcia posiedzenia Stanów Generalnych
boterletter - letter van bladerdeeg met amandelspijs
  - ciasto kruche w ksztaƚcie litery, z nadzieniem migdaƚowym.

III. Essentieel voor de vertaling van woordgroepen is hun graad van idiomatisatie. Naar dit kriterium zijn ze - analoog aan de gelede woorden - in te delen in de volgende drie typen:

a.niet geïdiomatiseerde woordgroepen met een volledige lexicaal-semantische motivatie,
b.gedeeltelijk geïdiomatiseerde woordgroepen met een partiële lexicaal-semantische motivatie,
c.geheel geïdiomatiseerde woordgroepen zonder lexicaal-semantische motivatie.

Daarna proberen we na te gaan op welke manier Nederlandse realia die tot die drie typen worden gerekend vertaald kunnen worden. Daarbij zullen we letten op de samenhang tussen de motivatiegraad van de realia en hun vertalingsmogelijkheden in het Pools.

Type a: Niet geïdiomatiseerde woordgroepen met een volledige lexicaal-semantische motivatie, bijv. Eerste Kamer, Tweede Kamer, burgemeester en wethouders, Partij van de Arbeid. Dankzij de volledige motivatie veroorzaakt hun vertaling in principe geen moeilijkheden. Bij hun weergave in het Pools kan men - analoog aan de geleide woorden van type 1 - gebruik maken van leenvertalingen, bijv.:

Partij van de Arbeid - Partia Pracy
burgemeester en wethouders - burmistrz i radni miejscy.

Men mag verwachten dat de leenvertaling zonder aanvullende verklaring de betekenis van de vertaalde woordgroep weergeeft voor de ontwikkelde Pool. Sommige ervan, vooral wanneer ze vaak gebruikt worden, kunnen met de tijd een vast bestanddeel gaan uitmaken van de Poolse woordenschat.

[pagina 116]
[p. 116]

Type b: Gedeeltelijk geïdiomatiseerde woordgroepn met een partiele lexicaal-semantische motivatie, bijv. Antirevolutionaire Partij, commissaris der Koningin, dolle Mina's, Orde van den Prince, Raad van Beroep, Staten-Generaal. Wegens de partiële motivatie kunnen bij hun vertaling bepaalde moeilijkheden voorkomen. Bij hun weergave in het Pools kan men zich bedienen van leenvertalingen, bijv.:

Antirevolutionaire Partij - Partia Antyrewolucyjna
commissaris der Koningin - komisarz królowej (królewski)
dolle Mina's - szalone Wilhelminy

In tegenstelling tot woordgroepen van het voorafgaande type a blijkt echter dat leenvertalingen alleen niet voldoende zijn om de betekenis van de vertaalde woordgroepen volledig begrijpelijkte maken voor de ontwikkelde Pool. Voor hem is dus een aanvullende informatie over deze realia noodzakelijk.

 

Type c: Geheel geïdiomatiseerde woordgroepen zonder lexicaal-semantische motivatie, bijv. blinde vinken, drie-in-de-pan, boompje verwisselen, gouden ridder. Wegens gebrek aan motivatie kunnen ernstige moeilijkheden ontstaan bij hun vertaling. Bij de weergave van dergelijke woordgroepen kan men dus geen gebruik maken van leenvertalingen. De vertaler ziet zich gedwongen - analoog aan de gelede woorden van type 3 - hun betekenis op te zoeken in een verklarend woordenboek om ze daarna weer te geven in het Pools. Daarbij ontstaan soms omschrijvingen die omvangrijk kunnen zijn, bijv.:

blinde vinken - lapjes vlees, opgerold
  - rolada z cienkich pƚatów mięsa
gouden ridder - muntstuk met een ruiter als beeldenaar
  - moneta z wizerunkiem rycerza.

Uit de voorafgaande overwegingen kan men twee conclusies trekken over de vertaalbaarheid van Nederlandse realia:

1.Nederlandse realia, de ongelede en gelede woorden evenals woordgroepen zijn vertaalbaar in het Pools;
2.Er bestaat een samenhang tussen de graad van de morfologisch-semantische resp. lexicaal-semantische motivatie van realia en moeilijkheden bij hun vertaling. Naarmate de motivatiegraad afneemt neemt de graad van translatorische moeilijkheid toe.
voetnoot*
Drs. Frans Jong (Wrocƚaw) en mw.drs. Lisette Stembor (Den Haag) ben ik zeer erkentelijk voor hun waardevolle kritische opmerkingen en aanvullingen op de eerste versie van deze bijdrage.
voetnoot*
Vgl. M.C. van den Toorn, Nederlandse grammatica, Groningen 19764 blz. 236 e.v.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

datums

  • 4 september 1982

  • 3 september 1982

  • 2 september 1982

  • 1 september 1982

  • 31 augustus 1982

  • 30 augustus 1982


Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Stanislaw Predota