Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 2 (1900)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 2
Afbeelding van De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 2Toon afbeelding van titelpagina van De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (27.02 MB)

Scans (90.03 MB)

ebook (29.05 MB)

XML (2.30 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 2

(1900)– [tijdschrift] Huisvriend, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 372]
[p. 372]

Pompeï in den tegenwoordigen tijd.
Met illustratiën.
(Vervolg en slot van blz. 365.)

Deze herinneringen aan Pompeï op het oogenblik, dat het verwoest werd, zouden veel talrijker zijn, als van den beginne af de opgravingsmethode van signor Fiorelli in practijk ware gebracht. In het huis van Diomed bijvoorbeeld, dat een van de eerste gebouwen is dat in de laatste eeuw werd opgegraven, werden achttien personen - Diomed zelf, zijn vrouw en kinderen benevens slaven - gevonden, die omgekomen waren in een diep gewelf, dat men waarschijnlijk als een veilige wijkplaats beschouwd had tegen den aschregen.

Gedurende de laatste twintig jaar zijn er zoo ongeveer een veertigtal gebouwen uitgegraven, waarvan sommigen in vele opzichten niets waard zijn.

De laatste aschlaag

illustratie
slachtoffers der uitbarsting. (museum van pompeï.)


van verschillende huizen werd op één dag tegelijk verwijderd (25 Sept. '79) toen de Napolitaners, met de luchthartigheid hun eigen, den achttienhonderdsten gedenkdag vierden van de verwoesting van Pompeï met een feest tusschen de ruïnen.

Het ‘Huis van het Eeuwfeest’ was de naam, dien men aan het belangrijkste gebouw der laatste opgravingen gaf. Het is een particulier huis van middelmatige afmetingen, maar een van de best gedecoreerde van heel Pompeï.

Een groote kamer was geschilderd in navolging van een aquarium, en er werden ook ondergrondsche kamers aangetroffen, waarvan men het gebruik slechts kan gissen. Op de muren van andere kamers trof men koddige figuren aan van op stelten loopende dwergen, en in de peristyle (ronde zuilengalerij), in welks midden men een vischvijver aantrof, werd het bronzen beeld gevonden van een dronken boschgod.

Een winkel, op denzelfden dag uitgegraven, houdt men voor dien van een vogelhandelaar en zaadkoopman. Men trof er aan: kooitjes met drinkbakjes, geraamten van verschillende vogels en versteende overblijfselen van zaad.

Het huis van een lakenkoopman, dat men later blootlegde, bevestigde slechts het vermoeden, bij vroegere ontdekkingen opgedaan, dat de lakenindustrie toen in de Romeinsche steden in een tijdperk van bloei verkeerde.

In het huis van een bankier heeft men aangetroffen de eenige geschreven documenten, die niet verbrand zijn door de heete asch ten tijde der uitbarsting. Op het eerste gezicht werd het verkoolde papier slechts als houtskool beschouwd, maar het oog van een deskundige bracht eerst de waarde aan het licht. Er werden 132 geteekende quitanties gevonden, afgegeven aan Caecilius Jucundus den bankier; na veel moeite en inspanning heeft men er 127 geheel of gedeeltelijk ontcijferd.

Het huis van Jucundus, dat, hoewel verondersteld wordt dat het in een armoediger deel der stad gelegen is, vertoont toch teekenen van welvaart en rijkdom. Het bevat een fresco, Orpheus voorstellende, die door zijn heerlijke muziek wilde beesten, boomen en rotsen om zich vereenigt; dit moet een navolging zijn van een fresco in de catacomben van Rome. Het bevat ook een of meer inscripties op de muren, maar deze schijnen niet zoo belangrijk te zijn als anderen die men reeds wereldkundig gemaakt heeft. De beste dezer inscripties, evenals de meeste dingen in Pompeï, hebben betrekking op de liefde; zoo bijvoorbeeld luidt er een: ‘Mocht ik sterven, als ik wenschte een god te zijn zonder u.’ Een ander is overgezet in de volgende woorden: ‘Victoria, ik wensch u geluk, en waar ge ook moogt gaan, hoop ik dat ge prettig zult kunnen niezen.’ Toen reeds schijnt men in Zuidelijk Europa de grappige gewoonte gehad te hebben, elkaar bij het niezen geluk te wenschen.

Het huis van de Vettiï - de naam werd evenals in vele andere gevallen afgeleid naar de inscripties op de muren - is een van de belangrijkste der laatste ontdekkingen.

Het werd beschouwd als een uitstekend model van een weelderig ingericht Pompeïaansch huis met zijn atrium of familiesalon, peristyle of zuilengalerij, en triclinia of eetkamers, allen zonder uitzondering voorzien van met marmermozaïek ingelegde vloeren en rijk versierde wanden.

In dit huis werden, behalve een aantal mooie teekeningen en beelden, aangetroffen twee bronzen koffers en een aantal koperen keukengereedschap en andere huishoudelijke artikelen.

In de onmiddellijke nabijheid van dit huis bevindt zich een ander, waaraan de ex-koningin van Italië Margaretha haren naam gegeven heeft. Dit is voornamelijk merkwaardig om zijn schilderij, voorstellende Narcissus badende met nimfen en godinnen, en waarbij Narcissus zich niet in het water spiegelt. Het aangrenzende huis is van veel waarde, omdat het op verschillende paneelen een compleet schilderij bevat, voorstellende een Romeinsche eetkamer. Een derde gebouw in dezelfde nieuw uitgegraven wijk werd waarschijnlijk

[pagina 373]
[p. 373]

gerepareerd op het oogenblik dat de uitbarsting plaats had. Te midden van het puin lag een hoop kalk, waar middenin een zuppa (spa) van een werkman stak.

Het geheele oppervlak van het eigenlijke Pompeï is het eigendom van den Italiaanschen Staat, en buiten die grenzen is er weinig of niets uitgegraven, want voor particulieren zijn er aan de blootlegging te veel kosten verbonden, en bestaat er te weinig kans iets goeds te vinden.

Toch werd een grondeigenaar, die in 1885 voor eigen rekening buiten de Stabiaansche Poort gravers aan het werk zette, beloond met de ontdekking van een kostbaren, antieken ketting van paarlen en smaragden, dien hij voor een aanzienlijke som aan het Museum te Napels verkocht.

De ketting werd gevonden op een van de tweehonderd lijken, die op deze plaats ontdekt werden.

Het is evenwel zeer goed mogelijk dat de opdelving van de voorsteden van Pompeï een zeer loonende onderneming zou zijn voor den een of anderen rijkaard, die voor dit doel geld overhad. Buiten de Nucerische Poort bijvoorbeeld heeft men een aantal graven gevonden,

illustratie
zuilengalerij in het huis der vettiï, in 1895 ontdekt.


die waarschijnlijk bestemd waren de asch te ontvangen van minder rijke Pompeïers, en een interessante gelijkenis vertoonen met de lange straat van graven, die een even indrukwek kend als naargeestig entree vormt naar de begraven stad. Zij zijn van steenen gemaakt en daarna bepleisterd en geschilderd.

Wat de laatste opgravingen aangaat, hiervan heeft men veel minder laten verhuizen naar de toch reeds overvolle zalen van het Napelsch Museum. Fresco's, mozaïeken enz. zijn gebleven op de plaats waar zij gevonden zijn, voor zoover zij althans niet aan regen en wind zijn blootgesteld, daar, volgens de meening van signor Fiorelli, Pompeï zelf veel interessanter en leerrijker is dan eenig ander museum zou kunnen zijn.

Bij een vroegere periode zijn er helaas vele fresco's en mozaïeken, die men niet weggenomen had, verloren gegaan, en het zachtere pleisterwerk is geheel verdwenen.

Tegenwoordig evenwel is men er op uit om de oude stad zooveel mogelijk in haar vroegere gedaante te herstellen - zooals bijvoorbeeld de bloemen en fonteinen die men in de peristyle in het huis der Vettiï heeft aangebracht.

De best geslaagde poging die men in deze richting aanwendde is evenwel door zeer velen afgekeurd; namelijk de viering van het achttiende eeuwfeest van de verdwijning der stad, waarvan hierboven reeds sprake was, toen Napelsche schoonen ververschingen uitdeelden in de kleederdracht van Pompeïaansche jonge dames. Ook verhieven zich stemmen tegen een ander feest, dat in 1884 in Pompeï plaats had; er werden namelijk Romeinsche spelen uitgevoerd in het oude Amphitheater, waarvan de opbrengst moest dienen ter ondersteuning van slachtoffers bij een aardbeving.

Het interessantste wat de bezoekers evenwel zien kunnen, is, wanneer de gravers aan het werk zijn en een mozaïek of fresco opdelven, die bijna twee duizend jaar begraven zijn geweest.

Maar of er te Pompeï gewerkt wordt of niet, het heeft toch altijd voor de bezoekers veel aantrekkelijks, dat men in ieder andere plaats ter wereld tevergeefs zoekt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken