(Deán als titel aan de universiteit van Alcalá hoeft ons hier niet op te houden).
II. DECANO: El más antiguo de una communidad, cuerpo, junta, etc. El que con título de tal es nombrado para presidir un consejo, tribunal o facultad universitaria, sin embargo de no ser el más antiguo. = De oudste van 'n raad, korps, bestuur, enz. Hij die onder deze titel wordt benoemd tot voorzitter van 'n vergadering, rechtbank of universiteitsfakulteit, ook al is hij niet de oudste (naar dienstjaren).
Tot zover het woordeboek van de Spaanse akademie (druk van 1914). Gildo's Dictionnaire Espagnol-Français (Mexico, 1901) geeft:
I. Deán: Doyen, titre de dignité ecclésiastique.
II. Decano: Doyen, le plus ancien d'une assemblée, d'un corps, d'une communauté.
En nu de term gobernador. Hiervan geeft de Spaanse Akademie de definitie: Jefe superior de una provincia, ciudad o territorio, que, según el género de jurisdiccion que ejerce, toma el nombre de GOBERNADOR CIVIL, MILITAR o ECLESIASTICO = opperbestuurder van 'n provincie, stad of grondgebied, die naargelang van het soort gezag dat hij uitoefent, de naam aanneemt van BURGERLIK, MILITAIR of GEESTELIK GEZAGVOERDER.
Dus men spreekt van gobernador in verband met grondgebied, van deán en decano in verband met colleges. Jaen is de hoofdstad van de provincie van die naam, een van de acht provincies van Andaloezië. Het heeft 'n beroemde kathedraal (ter plaatse van 'n vroegere moskee); er is dus 'n kapittel met deken. Er is dus m.i. geen reden om niet te denken, dat the Dean of Jaen = El Deán de Jaén. En de aanteekening in ‘A Primrose Path’, blz. 86): A Dean is a high-placed clergyman, dient gehandhaafd te blijven totdat mogelik idiomaties gebruik dat nog geen herberg heeft gevonden in de bestaande woordeboeken, en dat alsdan de opvatting El Decano de Jaén aannemelik zou maken, zou blijken uit Spaanse romans als van Alarcón, Galdós, Baroja of Palacio Valdés. The Dean of Jaen behoort als uitdrukking bij de Pastoor van Schermbeek en de Bisschop van Breda.
W. VAN DOORN.