Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Hoe dat menschelijcke geslachte vermenichfuldicht wordt, Adam ende Eua in Cain ende Abel, ende hoe Cain Abel sloech ende Cain vluchtede.

Dat .iiij. Capittel.

1

Ga naar margenoot+ENde Adam besliep sijn wijf Heua, Ga naar margenoot+ ende si ontfinck, ende baerde Kain, ende seyde, Ic heb vercreghen den man des HEREN.

2

Ende noch baerde si Habel sinen broeder, ende Habel wert een schaep-herder, ende Kain een ackerman.

3

Ende het gebuerde na zommige dagen, dat Kain den HERE offer brachte vanden vruchten des velts,

4

ende Habel bracht ooc vanden eersten geborenen der scapen ende van haren vette. Ende die HERE aensach tot Habel ende tot sinen offer,

5

Mer tot Kain ende tot sinen offer en hielt hi hem niet. Doen wert Kain seer gram ende zijn gelaet veranderde hem.

6

Doen sprac de HERE tot Kain. Waerom verstoort ghi v, ende waerom verandert hem v ghelate?

7

ist niet also? waerdi goet, so waert een offer, en sidi niet goet, so sal die sonde liggen totter openbaringen toe, Mer laet haer beweginge onder v zijn, ende sijt ghi haer here

8

Doen sprac Kain met sinen broeder Abel

[afbeelding]

Ga naar margenoot+En tgebuerde, doen si opten velde waren, stont Kain op tegen sinen broeder Habel, ende sloech hem doot

9

Ende die HERE seyde tot Kain. Waer is v broeder Habel? Ende hi antwoorde. Ic en weets niet, sal ick mijns broeders verwaerder sijn?

10

Mer die HERE sprac, Wat hebdi gedaen? Die stemme van ws broeders bloet roept tot mi vander aerden.

11

Nv daerom suldi vermaledijt sijn opter aerden, die opgedaen heeft haren muyl, ende v broeders bloet van uwen handen ontfanghen.

12

Ga naar margenoot+Als ghi den acker bouwen sult, so en sal hi v sijn vermoghen niet voort brenghen, Onstadich ende vluchtich suldi sijn opter aerden.

13

Kain seyde tot den HEERE, Mijn misdaet is meerder, dan dat si mi vergheuen worden mach.

14

Siet ghi drijft mi heden wt den lande, ende ic sal mi voor uwe aensichte verbergen, ende moet onstadich ende vluchtich sijn opter aerden, So salt mi vergaen, dat so wie mi vint sal mi dootslaen.

15

Mer die HERE sprac tot hem. Het sal also sijn dat so wie Kain dootslaet, dat sal seuenfout gewroken werden. Ende die HERE sette een teeken aen Kain, dat niemant hem en versloege, wie dat hem vonde,

16

So ginc Kain vanden aensichte des HEREN ende woonde int lant Nod aen de side Ga naar margenoota Eden tegen den oosten

17

Ga naar margenoot+Ende Kain besliep sijn wijf ende si ontfinc ende baerde Hanoch. Ende hi stichter een stadt, die noemde hi nae sijns soons naem Hanoch,

18

Hanoch wan Irad, Irad wan Mahuiael, Mahuiael wan Methusael, Methusael wan Lemech

19

Lemech nam twee wijuen, die een hiet Ada, dander Zilla

20

Ende Ada wan Isabal, van hem quamen die in tenten woonden, ende vee hadden

21

Ende sijn broeder hiet Iubal, Ga naar margenoot+ van hem quamen die met herpen ende pijpen omginghen

22

Dese Zilla wan ooc (te weten) Tubalkain, Ga naar margenoot+ die wert een constenaer in alle meesterlike stucken van metaelwerc ende van yser. Ende Tubalkains suster hiet Naema Ga naar margenoot+

23

Ende Lemech sprac tot sinen wijuen Ada ende Zilla, Hoort mijn stemme Lemechs wijuen, Laet mijn reden tot uwen ooren comen, Ic heb eenen man verslaghen mi tot eender wonden, ende een ionghelinc tot mijnder plaghen.

24

Kain sal seuenwerf ghewroken worden,

[pagina *]
[p. *]

mer Lemech seuenenseuentich weruen.

25

Ende Adam besliep noch sijn wijf, ende si baerde eenen sone, dien hiet si Seth, want God heeft mi (sprack) si een ander zaet geset voor Habel, den ghenen die Kain ghedoot heeft.

26

Ende Seth wan ooc eenen sone, ende hiet hem Enos. Ter seluer tijt begonstmen den name des HEREN aen te roepen.

margenoot+
A vers 1
margenoot+
heb. xi a

margenoot+
B vers 8

margenoot+
C vers 12

margenoota
Eden dat is tparadijs

margenoot+
D vers 17

margenoot+
Iubal vant dat snarenspel, ende musike

margenoot+
Tubalkain deerste dye metten hamere smede hi fant die manier om iser ende metael metten graefyser te wercken
margenoot+
Naema vant eerste dye draperije want tot dier tijt toe so en gebruyctemen niet dan dye vellen, ende die werelt had ghestaen xi.c. iaer ende .xxij. ende was voor cristus gheboorte .iiij.M.cc. ende xxix. iaren


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken