Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Hier beghint dye Propheet Micha.

Hi berispt dat volck Israels ende Iuda, om haerder boosheit ende afgoderie, Hi voorseyt haer die straffinghe met een claghe.

Dat .I. Capittel.

1

Ga naar margenoot+DIt is dat woordt des HEREN welcke gheschiede tot Micha van Maresa inder tijdt Iothan, Ga naar margenoot+ Ahas, ende Iehiskia, der coninghen Iuda, dwelcke hy gesien hadde ouer Samaria ende Hierusalem

2

O alle ghy volckeren hoort toe, O ghy aertrijck, ende alle wat in v is, aenmerckt, want God die HERE heeft met v te spreken, Ia die HERE wt sinen heylighen tempel.

3

Want siet, die HERE sal wtgaen

[pagina *]
[p. *]

wt zijnder plaetse, ende heyr af varen, ende treden op dye hoochten der aerden,

4

dat die berghen onder hem smelten, ende dye dalen splijten sullen, ghelijc als dat was vanden viere smelt, ende ghelijck dye wateren dye daer onderwaerts vlieten,

5

Ende dit alle om dye ouertredinge wille Iacobs, ende om der sonden wille des huys Israels.

Welcke is die ouertredinghe Iacobs? En ist Samaria nyedt? Welcke zijn dye Hoochten Iuda, En ist Hierusalem nyedt?

6

Daeromme wil ick Samaria tot eenen steenhoope inden velde maken, diemen om die wijngaertackers leydt, Ende ic wil haer steenen int dal afruysschen, ende dat fundament opbreken,

7

Alle hare beelden sullen in stucken gebroken worden, ende alle haer Godekens wil ick verwoesten, Wandt si zijn Ga naar margenoota van hoeren loon vergadert, Ende si sullen oock weder tot hoeren loon ghekeert worden.

8

Daeromme moet ic claghen ende huylen, bloot ende naeckt gaen, Ick moet Ga naar margenootb clagen als die draken, ende trueren als die ionghe Struyssen,

9

Wandt haerder plagen en is gheenen raet, die tot Iuda toe ghecomen is, ende al tot mijns volcx poorte tot Hierusalem toe reycken sal,

10

En laedt v weenen doch nyedt hooren, datment tot Gad nyedt en wete,

11

Mer gaet in dye truercamere, ende sidt inde asschen, ende int stof, O du schone stadt ghi moet wech met alle schande, Dye stoute en sal niet meer houaerdich zijn, van droefheden,

12

Want die na ghebuer sal van haer nemen, so wat hi heeft, Die ongehoorsaem stadt hoopt, dattet so quaedt niedt worden en sal, Maer dat ongheluck sal vanden HERE comen, oock al tot aen dye poorten Hierusalems,

13

Du stadt Lachis spant aen dye Dromedarien, ende vaert wech, wandt du bist dye dochter Zyon een exempel ende oorsake gheweest tot sonden, Ende ghy hebt dye afgoderie Israhels ghehouden,

14

Ghy sult v moeten gheuangen gheuen soo wel als Gad, Der stadt Achsib sal dat verbont metten Coninghen Israhels faelgeren,

15

O Maresa, ick wil v eenen rechten erfgenaem ende besitter brenghen, Ende dat heerlicke Coninckrijck Israhels sal een hol worden, Laedt v dat hayr afscheeren, ende gaet caluwe, ouer dijne teere ende vertaerde kinderen,

16

Maeckt v ghansch caluwe, ghelijck als een Arent, Wandt si zijn van di gheuangen wech gheuoert.

margenoot+
A vers 1
margenoot+
iiij.Reg xv. ij.para. xxvij.

margenoota
Van hoeren loon vergadert, dat is door dat ongelooue ende versakinghe des woorts Goods, afgoderie ende vreemden Goodsdienst opghericht is. Ose. i.b

margenootb
bi dat claghen als dye draken, etc. wort alle dye schrift door beteekent den ouer grooten grouwele, verwoestinge, straffinghe, ende wrake dye ouer dye godlose comen sal Esa. i.d


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken