Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Esdras vertelt die grote wercken Gods, ende hi heeft eenen vrientliken twist met God, om dat hy die Babiloonsche laet ouer haer heerscappie hebben.

Dat .iij. Capittel.

1

Ga naar margenoot+INt dertichste iaer der verstoringe der stadt, was ic te Babilonien, ende ic wert verscrict op mijn bedde nederliggende, ende mijn ghedachten stegen op, ouer mijn herte,

2

want ic sach die verwoestinghe Zions, ende haer oueruloedicheit die in Babilonien woonden,

3

ende mijnen geest is alte zeer opgescut inden wint, ende ic begonst beureesde woorden totten alderhoochsten te spreken ende ic seyde. Ga naar margenoot+

4

O heerscapper HERE ghi hebt geseyt van beginne, doe ghi die aerde planteste, ende dat alleene, ende geboot den volcke,

5

ende gauet Adam een doot lichaem, mer dat was ooc dat scepsel uwer handen ende ghi inbliest in hem den gheest des leuens

6

ende hi is leuende geworden voor v, Ga naar margenoot+ ende ghi leyde hem int paradijs dat v rechte hant hadde geplant eer dat die aerde toequam.

7

Ende desen beuaelt ghi uwen wech lief te hebben ende hi ginc voorbi, Ga naar margenoot+ ende terstont insettede ghi die doot in hem, ende in zijn geslachten, ende daer zijn heidenen, ende stammen ende volcken, ende maeschappen gheboren dyer gheen getal en is.

8

Ende elc volc wandelde na sinen wille, ende si deden wonderlijcke dingen, ende si versmaden v geboden.

9

Ga naar margenoot+Mer ghi brocht die diluuie weder ouer die gene die de werelt bewoonden, ende ghy verdeetse. Ende in elcken van hen is geseit

10

ghelijc Adamen, Ga naar margenoot+ dat steruen also is in desen die diluuie.

11

Mer ghi liet comen eenen van desen Noe met sinen huyse, ende wt hem alle rechtuerdige.

12

Ende het is geschiet, doen si begontsten te vermenighen, die opter aerden woonen, vermenichfuldichden si die kinderen, Ga naar margenoot+ ende die volcken, ende vele heydenen, ende si begonsten weder ongodlicheit te doen meer dan die eerste.

13

Ende het is gesciet als si boosheyt voor v deden, so vercoort ghi eenen man wt desen, wiens naem was Abraham,

14

ende ghi hadt hem lief, ende ghi vertoondet hem alleen uwen wille,

15

ende ghi bescicte een eewich verbont, ende ghi seyt hem dat ghi zijn zaet nemmermeer verlaten en sout Ga naar margenoot+

16

Ende ghi gaeft hem Isaac, ende Isaac gaeft ghi Iacob, ende Esau, ende ghi hebt v Iacob wtuercoren, maer Esau schiet ghi af van dy. Ga naar margenoot+

Ende Iacob is tot een grote menichte geworden

17

Ga naar margenoot+Ende het is geschiet doe ghi zijn saet wt Egipten leideste so bracht ghijt opten berch Sina.

18

Ende ghi neychdet den hemel, ende steldet die aerde, ende ghi beroerde die aerde, ende ghi deet die afgronden beuen, ende ghi verscricte die werelt,

19

ende v glorie doorginc vier vierige poorten, dat viere ende aertbeuinge ende den wint ende den vorst, op dat ghi Iacobs saet die wet sout geuen ende tgeslachte Israel neersticheyt,

20

Ende ghi en naemt dat quade herte niedt wech van hen, dat v wet in hen hadde vrucht gedaen,

21

Die eerste Adam dragende dat quade herte ouertrat ende werdt verwonnen, ia ende oock alle die van hem gheboren sijn.

22

Ende daer is bliuende broosheit gheworden, ende die wet met des volcx herte, metter boosheyt der wortelen, ende dat goet is, dat is wech ghegaen, ende dat boose is ghebleuen. Ga naar margenoot+

23

Ga naar margenoot+Ende die tijden zijn doorgegaen ende die iaren zijn geeynt ende ghi verwecte v eenen knecht geheeten Dauid,

24

ende ghi seit hem te timmeren dye stadt ws naems, ende daer te offeren in die selue wieroock, Ga naar margenoot+ ende offerhanden Ende dat is veel iaren gesciet

25

ende si misdeden alle gader die de stadt bewoonden,

26

in allen dingen dat doende ghelijc Adam dede, ende alle sine leden. Want si selue besichden ooc een boos herte,

27

ende ghi leuerdet v stadt inden handen uwer vianden. Ga naar margenoot+

28

Doen si ooc beter dingen dye te Babilonien wonen Ende daer om sal Zyon heerscappen

29

Het is gebuert als ic hier quam ende sach die ongodlicheden dier geen getal en is, ende mijn siele sach vele misdoende dit dertichste iaer, ende mijn hert ginck wt

30

want ic sach hoe ghise sondigende lijdt, Ga naar margenoot+ ende ghi spaerdet die ongodliken deden, ende ghi verdeet v volc, ende behielt uwe vianden, ende ghi en gaues niet te kennen, ic en ghedencke niet hoe desen wech gelaten sal werden Ga naar margenoot+ Doet Babilonien ooc beter dingen dan Zion,

31

of heeft di ander volc gekent dan Israel?

32

oft welc geslachte heuet uwe verbont gelooft ghelijc Iacob? Ga naar margenoot+ Der welcker loon niet gecocht en heeft, noch den arbeyt en heeft gheen vrucht ghedaen.

33

Want doorgaende ginc ic door in die heydenis, ende ic sachse oueruloeyende, ende uwer geboden niet gedenckende.

34

Nv dan weecht dan onse ongerechticheit in een scale, ende der gheenre die inder werelt woonen ende uwen name en sal niet geuonden werden dan in Israhel,

35

oft wanneer en hebben si niet gesondicht, die de aerde bewonen? oft welc volc heeft v geboden also ghehouden?

36

Israel suldy bi namen vinden v geboden gehouden te hebben, maer die heidenen en sult niet vinden.

margenoot+
A vers 1

margenoot+
Ge. i. ij.

margenoot+
Ge. iij.

margenoot+
Gen. vi eph. ij iij

margenoot+
B vers 9

margenoot+
gen. viij

margenoot+
Ge. vij.

margenoot+
Ge. xij. Gal. iij

margenoot+
Ge xxij Deu. iij iudic. v.

margenoot+
C vers 17

margenoot+
rom. vij ende .viij.

margenoot+
D vers 23

margenoot+
i.pa xxi

margenoot+
deu. viij

margenoot+
le. xxvi Deute. xxviij. iudi. vi. Heb. xij
margenoot+
E vers 30

margenoot+
de. xxxi


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken