Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Een vriendelijcke eerbiedinghe des conincx Antiochi aenden Ioden, Hi nam sijn lant weder in, Die boden quamen van Roomen, Antiochus verdrijft Triphonem, hi brack dat verbont dat hi met Simon ghemaeckt hadde.

Dat .xv. Capittel

1

Ga naar margenoot+ANthiochus Demetrius soone, seynde eenen brief wten eylande vander zee, tot Symon den oppersten priestere, ende den princen vanden Ioden,

2

ende al den volcke ende si waren inhoudende nae deser manieren. Die coninc Anthiochus ontbiet Symon den oppersten priester ende der Ioden volc saluyt.

3

Want eenighe ouerdadige mannen hebben ingenomen ons vaders rijck, ende ick wilt rijcke wreken, ende settent alsoot te voren was, ende daerom heb ic gemaeckt een wtgecoren heyr van menichten, ende heb gemaect schepen in te strijden. Ende ick wil voort trecken doort lantschap,

4

om dat ick worde gewroken tegen die gene die ons lantschap gecrant hebben, ende die vele steden gedestrueert hebben in mijn rijck.

5

Daerom geue ic v nv al die ghiften die de coningen v verlaten hebben voor mi,

6

ende so wat ander giften si dy verlieten, ende ic orloue v te maken in v lantscappen eenen slach van eygender munten.

7

Ende dat Ierusalem heylich bliue ende geurijt, ende alle die wapenen die gemaect sijn, ende die vaste steden die ghi gesticht hebt die bliuen dijn eygen.

8

Ende men verlaet v alle des conincx schult, ende datmen hier na schuldich sal worden van nv, ende in al den tijt hier na.

9

Ende als wi onse rijc

[pagina *]
[p. *]

sullen hebben ghewonnen, so sullen wi dy ende dijnen lieden, ende den tempel verheffen, ende dien eeren met glorien, so dat v eere vermaert sal werden ouer alle die werelt.

10

Int .C. ende .lxxiiij. iaer, so quam Antiochus in sijns vaders lant, ende al de heyren vergaderden met hem, so datter seer luttel bi Triphon bleuen.

11

Ga naar margenoot+Ende Antiochus die coninc volchde hem na, ende Triphon vloot tot Doram, aen die zee gelegen,

12

Want hi wiste dat hem ongeluc nakende was, ende dat hy van alle man verlaten was,

13

ende Antiochus tooch op Doram met .C. ende .xx. duysent mannen te voete ende acht duysent te peerde,

14

Ende si omleyden die stadt aen alle hoecken te lande, ende die schepen toghender toe vander zee siden, ende streden op die stadt te lande ende ter zee, ende si en lieten daer nyemant wt noch in varen.

15

Ende Numenius, ende die met hem ghesonden waren, quamen vander stadt van Romen, ende hadden brieuen die gescreuen waren aenden coninghen ende lantscappen, daer dinhout aldus luydende was

16

Lucius die borghemeester van Romen Tholomeo den Coninc saluyt.

17

Der Ioden legaten onse vrienden die sijn gecomen tot ons, om te vernyeuwe die eerste vrienscap ende gheselschap, die geseyt sijn van Symon den hoogen prince der priesteren ende der Ioden volck.

18

Ende si brochten ons eenen gulden schilt van duysent dragmen swaer,

19

hierom docht ons goet dat wi screuen den coningen ende lantscappen, ende dat si hen gheen quaet en doen, noch op hen en strijden, noch op haer steden, ende haer landen,

20

ende dat si gheenen succoers en doen, den ghenen die tegen hen strijden, want ons docht goet dat wi van hen den schilt ontfinghen.

21

Ende oft eenighe ouerdadighe van haren lantscappen tot v gheuloden sijn, die leuert Simon den oppersten priestere dat hy daer wrake ouer doe na sijnre wet.

22

Dit selue screefmen Demetrio den coninc ende Actalo, ende Arabe, ende Arsaci, Ende allen anderen steden ende lantscappen,

23

Als Sansane den Sparciaten, ende Delo ende Mido, ende Sicien, ende Carie, ende Samum, ende Pamphiliem ende Liciam, ende Alicarnasum, ende Rodom, ende Facelum ende te Choum, ende te Siden, ende te Arato, ende te Gortinam, ende te Gnidum, ende te Cipres, ende te Cirenen.

24

Ende dat wtscrift al hier af gescreuen, si Simon den oppersten priester, den prince der priesteren, ende den volc vanden Ioden gheseynt.

25

Ende Antiochus die coninck tooch voor Doram anderwerf met sinen heyre, ende streetter altoos op ende maecter scransen voor, ende besloot Triphon, soo dat hi nyeuwers wt trecken en mocht.

26

Ga naar margenoot+Ende Simon sandt hem twintich duysent wtuercoren mannen te hulpe, met siluer ende gout, ende met alderhande gereeschap van wapenen, ende hi en woudese niedt ontfaen.

27

Maer hi brack al dat hi te voren met hem ouer een gedraghen hadde.

28

Ende verureemde hem, van hem, ende sant tot hem Athenobium, een van sinen vrienden, dat hi ouer een dragen soude met hem ende seggen. Ghi hout Ioppen ende Gazera, ende dat slot dat binnen Ierusalem is, die beste steden van mijnen rijcke, ende haer lant hebdy verwoest,

29

ende hebt grote quellingen ghedaen int lant, Ende hebt groote heerschappie gehadt, int lant, tot vele steden binnen mijnen rijcke.

30

Nv dan so gheeft mi weder die steden, dye ghi my ghenomen hebt, ende die tribuyten vanden steden,

31

daer ghi heerschappie bouen hebt ghehadt, buyten den lande van Iudea. Ende en wijldijs niet doen, so ge-uet vijf hondert pont siluers, ende voor die schade die ghi ghedaen hebt, ende voor den tribuyt vanden steden so gheeft noch ander vijfhondert pont.

32

Ende en doedijs niet, so sullen wi comen ende beuechten v.

Ende Athenobius des conincx vrient quam in Ierusalen, ende sach Symons glorie, ende sijn heerlickheyt in gout ende siluer, ende sijn groote ghesinne, verwonderde hi des. Ende hi seyde hem des conincx woorden.

33

Ende Simon antwoorde hem, ende seyde. Wi en hebben gheen vreemt lant ingenomen, dat ons niet en was, noch wi en houden gheen vreemt lant, maer wi houden onser vaderen erfachticheyt die ons een wijle onrechtelijcken onthouden was van onsen vyanden,

34

Maer als wy den tijt hadden, so creghen wi weder onser vaderen erfachticheyt,

35

Want van Ioppen ende Gazara, daer ghi af spreect so deden si daer in onse lantscap groote schaden onder den volcke, van desen gheuen wi hondert pont siluers.

36

Ende Athenobius en antwoorde niet een woort Ende keerde weder totten coninck met gramscappen, ende seyde hem dese dingen, ende Simons heerlicheyt ende al dat hi sach.

37

Ende die Coninck worde herde gram. Ende Triphon ontuloot met een scip te Ortosayda.

38

Ende die coninc maecte Cendebeum leytsman ter zee, ende ghaf hem een heyr van reysenaers ende van voetknechten, ende beual theyr te leyden na Iudea waert

39

Ende beual hem te maken een vaste stede diemen Cedron hiete, ende dat hi die poorten van dier vermaken soude, ende datmen tvolck tonder doen soude met strijt,

40

Ende die coninc volchde Triphon na. Ende Cendebeus quam te Iamniam, ende hi begonste tvolc te bestormen, ende Iudeam te destrueren, ende dat volc te verslane, ende te vanghen, ende Cedron te stichten

41

ende hi leyde daer theyr ende die reysenaers, om datse wt trecken souden, ende doorwandelen Iudea, alsoo die coninck beuolen had.

margenoot+
A vers 1

margenoot+
B vers 11

margenoot+
C vers 26


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken