Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

¶ Vander trouwe Simons, ende sijn sonen, ende hoe haer Ptholomeus verradelijc ter doot brachte, ende dat lant verriet.

Dat .xvi. Capittel.

1

Ga naar margenoot+ENde Ioannes tooch op van Gazara, ende seyde Simon sinen vadere, wat dinghen dat Cendebeus dede in sinen volcke,

2

ende Simon riep sijn outste twee sonen, Iudam ende Ioannem, ende seyde hen. Ic ende mijn broeders, ende onse vooruaders hebben altijt verdreuen Israels vyanden, van mijne ioncheydt tot in desen daghe toe. Ende alsulcken tijt hadde voorspoet in onsen handen, Israel te verlossene.

3

Maer nv ben ic oudt gheworden, daerom weest ghi in mijne stadt, ende mijnre broederen, ende trect wt, ende strijdt voor onse volck, ende dye hulpe Gods moet met v wesen.

4

Ende hi koos wten lande twintich duysent mannen te peerde en te voete ende si toghen tot Cendebeum waert, ende si logeerden den eersten nacht in Modin.

5

Ende si stonden des morghens op ende toghen ten velde. Ende siet, hem quam een groot heyr te ghemoete van volck te voet ende te peerde,

6

Ende tusschen haerlieden was een schietende riuiere. Ende hi stelde theyr teghen haer aensichte, hi ende sijn volck.

Ga naar margenoot+ Ende als Ioannes sach dat hem tvolck ontsach ouer die riuiere te swemmen, swam hi eerst ouere Ende die ander mannen saghent, ende swommen hem na,

7

ende hi deelde tvolck dat te voete was, ende dat

[pagina *]
[p. *]

rosuolc. Want der vianden geredenen waren seer vele.

8

Ende si sloegen met heyrhoornen dye heylich waren, ende Cendebeus, ende sijn heyr wert vliedende, ende van hen werter vele gewont, mer die ander vloden in die stadt, ende Iudas Ioannes broeder wert seer gewont.

9

Ende Ioannes volchde den vianden sterckelic, tot dat hi tot Cedron quam, dat Cendebeus gesticht hadde,

10

ende si vloden totten torens die in die velden stonden van Azoten, ende Ioannes ontstacse metten viere. Ende van hen lieden vielender twee duysent mannen, ende hi keerde weder te Iudea waert met vreden.

11

Ga naar margenoot+Ende Ptholomeus Abobus sone die was hooftman gemaect int lant van Iherico, ende hi had vele siluers ende gouts.

12

Want hi was Simons behoude sone,

13

Ende sijn herte verhief hem, ende woude dat lantschap behouden, ende peynsde valscheyt, tegen Simon, ende sinen sonen, dat hijse dooden soude.

14

Ende Simon doorwandelde die steden die int landt van Iudea waren, ende om dat hi sorge hadde, so tooch hi neder in Iherico, hi ende Mathathias ende Iudas sijn sonen Int .C. ende .lxxvij. iaer in die elfste maent, dat was inder maent Sabath. Ga naar margenoot+

15

Ende Abobus sone ontfincken met valsceden in een bewaert stedeken dat Doech hiet, dat hi ghesticht had ende hi maecte hem een groote maeltijt, ende daer verborch hi mannen.

16

Ende doen Simon, ende sijn sonen vol van drancke waren, so stond Ptholomeus op metten sinen, ende si namen haer wapenen, ende quamen in dat weerscap, ende sloegen Simon ende beyde sijn sonen doot, ende eenighe van sinen knapen Ga naar margenoot+

17

Ende hi dede groote bedriegenisse in Israel, ende gaf quaet voor goet,

18

Ende Ptholomeus screef dit ende seyndet den Coninck, dat hi hem een heyr te hulpe seynde, ende hi soude hem tlant leueren, ende die steden ende den tribuyt.

19

Ende hi sant ander in Gazara, om Ioannem doot te slaen, Ga naar margenoot+ Ende hi sandt totten hooftlieden heymelike brieuen dat si tot hem quamen hi soude hen geuen siluer ende gout ende giften.

20

Ende hi seynde ander om Ierusalem te winnen, den tempel in te nemen

21

Ende een lieper haestelijc vore ende seydet Iohanni Simonis sone, in Gazara, dat sijn vader ende broeders dootgeslagen waren, ende dat Ptholomeus geseynt hadde om hem doot te slaen.

22

Ende doen Ioannes dit verhoorde, so wert hy ancxteliken seer veruaert, ende hi vinc die mannen dier ghecomen waren om hem te dooden. Ende hy sloechse doot,

23

Want hi wistet dat si hem dooden wouden. Ende dye ander dinghen van Ians reden van sijn strijden, ende van sinen goeden duechden, dye hy sterckelijck dede, ende die ghestichten vanden mueren die hi stichte,

24

ende die dingen die hi dede, siet si sijn bescreuen inden boeck sijns priesterscaps, vander tijt dat hi wert prince vanden priesteren na Simons sijns vaders doot.

¶ Hier eyndet dat eerste boeck der Machabeen.

margenoot+
A vers 1

margenoot+
B vers 6

margenoot+
C vers 11

margenoot+
Sabath dat is Feburarius.

margenoot+
Iud. xiij

margenoot+
D vers 19


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken