Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 94 (1990)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 94
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 94Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 94

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 94

(1990)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 170]
[p. 170]

Cultuurpolitiek

Culturele identiteit

André Fontaine, hoofdredacteur van Le Monde publiceerde begin deze zomer een hoofdartikel, waarin hij de ontwikkelingen in Europa op de korrel nam. Daarin somt hij een aantal ‘vanzelfsprekende zaken’ op, negen in getal, waaronder:

‘Er moet niets worden gedaan wat de indruk zou wekken dat de Europeanen in wat voor opzicht dan ook wordt gevraagd om afstand te doen van hun nationale identiteit die eerst en vooral - en dat kan niet genoeg worden gezegd - een culturele identiteit is. Vooringenomenheid, wantrouwen, minachting - in één woord egocentrisme - moeten worden bestreden. Maar men verloochent niet de ene gemeenschap wanneer men eveneens deel uitmaakt van een andere. Men kan immers heel goed Algerijn, Marokkaan of Tunesiër zijn en zich tegelijkertijd Maghrebijn, Arabier, Mohammedaan, Afrikaan of bewoner van de Derde Wereld voelen en zich als zodanig profileren.’

Herziening cultureel verdrag

Het Nederlands-Belgisch cultureel verdrag (zie Neerlandia 1990-3) zal wellicht worden herzien. Daartoe is begin juli jl. een bijzondere commissie in het leven geroepen, die de Nederlands-Vlaamse culturele samenwerking aan een herbezinning zal onderwerpen. Aanleiding daartoe vormde o.a. een reeks van incidenten, die dit voorjaar veel wrevel wekten, zoals ongelukkige uitspraken van bewindslieden (ministers Ritzen en d'Ancona), het niet verschijnen van ministers op bijeenkomsten, waar zij geacht werden aanwezig te zijn (ministers d'Ancona en Dewael) en het opheffen van de gezamenlijke Nederlands-Vlaamse stichting voor vertalingen.

De commissie bestaat uit zes personen. Er zijn twee co-voorzitters, de Nederlandse oud-minister dr. C. van der Klaauw en de Belgische oudambassadeur J.R.L. Vanden Bloock. De twee andere Nederlandse leden zijn prof. dr J. Sperna Weiland en prof. H. van den Bergh. Namens de Vlaamse gemeenschap zitten in de commissie A. Everaert en W. Lerouge. De commissie zal de doelstellingen, het werkterrein, de werkwijze en de werkingssfeer van het cultureel verdrag tussen Nederland en

[pagina 171]
[p. 171]

België bestuderen en aanbevelingen doen over mogelijke verbeteringen in de Vlaams-Nederlandse samenwerking.

Het verdrag over de culturele samenwerking met België dateert van 1946. De bestaande samenwerking betreft podiumkunsten, taal (vertalingen in het Nederlands, bezetting van leerstoelen in Nederlands in het buitenland) en samenwerking op het gebied van onderwijs en wetenschap, alsmede welzijnsaangelegenheden. Verantwoordelijk voor de uitvoering van het verdrag is een gemengde commissie.

Culturele attaché's

Het ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur WVC heeft een Buitenlandse Zaken, culturele attaché's in het buitenland. Zo werd dit voorjaar de heer M.M. van Erkel geplaatst bij de Nederlandse permanente vertegenwoordiging bij de Europese Gemeenschappen te Brussel. Hoewel de EG niet bevoegd is voor culturele zaken, is genoegzaam bekend hoezeer de louter economische behandeling van cultuurprodukten het nationale cultuurbeleid beïnvloedt.

Dit najaar zal de heer R. van der Lugt medewerker voor culturele betrekkingen in de Verenigde Staten worden. Hij zal voor het gehele Verenigde Staten een bemiddelende rol gaan spelen ten aanzien van de vraag naar en het aanbod van Nederlandse kunstuitingen en hij zal fungeren als informatie- en adviesinstantie. Zijn werkzaamheden vormen een aanvulling op en een versterking van de activiteiten van de culturele afdelingen van de Nederlandse ambassade in Washington en de Nederlandse consuls-generaal in de Verenigde Staten. De heer Van der Lugt wordt gedetacheerd aan het Nederlandse consulaat-generaal te New York.

Loslaten vaste boekenprijs

Het loslaten van de vaste boekenprijs is de belangrijkste oorzaak van de verzwakking van de infrastructuur van de boekenhandel, van de vermindering van de dienstverlening en van de verarming van het aanbod in Vlaanderen. Dat is de conclusie van een onderzoek van de heer C. van Baelen, dat onder de titel Ontbreken van een vaste boekenprijs: gevolgen voor het Vlaamse boekenvak zojuist is verschenen als aflevering 28 van de reeks Voorzetten van de Nederlandse Taalunie.

De heer Van Baelen, docent en publicist over aangelegenheden die het boek in Vlaanderen en Nederland betreffen en sinds 17 jaar bedrijvig in het boekenvak, komt tot zijn conclusie op grond van een vergelijkende analyse van het Nederlandse en het Vlaamse boekenvak in de afgelopen twintig jaar. Hij pleit voor een nadrukkelijke uitspraak van de Vlaamse en Waalse Gemeenschapsregering ten gunste van de vaste boekenprijs en voor een gemeenschappelijke actie vanuit Vlaanderen en Nederland, respectievelijk Wallonië en Frankrijk naar de Europese Commissie toe.

Het pleidooi voor een dergelijke gemeenschappelijke actie vanuit Vlaanderen en Nederland sluit aan bij het Advies aan de Nederlandse Taalunie inzake de EEG-rechtelijke aspecten van een vaste boekenprijs van prof. mr. M. van Empel, dat is verschenen als aflevering 25 van de reeks Voorzetten. In dat advies beveelt prof. Van Empel aan zulk een gemeenschappelijke actie in het kader van de Nederlandse Taalunie te ondernemen (zie Neerlandia 1990-3).

Het Comité van Ministers van de Nederlandse Taalunie beraadt zich over de conclusies van beide studies.

Het idee voor het onderzoek van de heer Van Baelen is afkomstig van de Vereniging ter Bevordering van de Belangen des Boekhandels en de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen. Nadat zowel het Overleg Nederlandstalige Uitgeverij en Boekhandel (ONUB) als de Raad voor de Nederlandse Taal en Letteren een positief advies hadden uitgebracht werd door de Algemeen Secretaris van de Nederlandse Taalunie de opdracht verstrekt. Het onderzoek werd begeleid door een Commissie van de Raad voor de Nederlandse Taal en Letteren bestaande uit mr. S.P. Berger, A.J. Heinen, H.J.M. Nelissen, mr. G.J. van Roozendaal, prof. dr. L. Simons, mr. M. van Vollenhoven en A. Wouters.

Leenrechtregeling

Nederland is van plan de leenvergoedingsregeling van 1987 om te zetten in een leenrechtregeling, samen met een voorstel om de Auteurswet van 1912 inzake verhuur, bruikleen e.d. met betrekking tot werken van letterkunde, wetenschap of kunst te wijzigen. Het leenrecht is een recht dat schrijvers kunnen laten gelden op het uitlenen door openbare bibliotheken van hun boeken.

Vlaanderen beschikt niet over een dergelijke regeling. Nu in Nederland deze regeling wordt herzien, heeft de Vlaamse minister voor Cultuur P. Dewael de wens geuit, dat de nieuwe regeling gezamenlijk met Vlaanderen zou worden opgesteld en ook in Vlaanderen van kracht zou worden.

In Vlaanderen is de invoering van een leenvergoeding op een aantal moeilijkheden gestuit die ten dele te maken hebben me de nieuwe federale structuur van België. Nadat Dewael aanvankelijk had gepleit voor een vergoeding die naar rato van het aantal uitleningen rechtstreeks aan de auteur ten goede zou komen, heeft de Vlaamse Commissie van

[pagina 172]
[p. 172]

het Boek, na protesten uit de bibliotheeksector over het drempelverhogende effect van een dergelijke regeling, de minister geadviseerd om zowel de auteur als de uitgever van de leenvergoeding te laten profiteren.

Aanpassing geschiedenisboeken

In een ‘open brief aan de Nederlandse en Vlaamse ministers van Onderwijs en Cultuur’ vragen achtentwintig Nederlandse en Vlaamse hoogleraren dat er afspraken worden gemaakt, opdat de wederzijdse vooroordelen uit de geschiedenishandboeken verdwijnen. ‘Pas wanneer vanuit een werkelijk gemeenschappelijke kulturele achtergrond gedacht, gehandeld en opgetreden zal worden, zullen Nederland en Vlaanderen ophouden elkaars “eigen buitenland” te zijn.’

 

De ondertekenaars bestrijken diverse disciplines en komen uit bijna alle universiteiten. Enkele van de meest bekenden zijn goeverneur en historicus Herman Balthazar, pedagoog Maurits De Vroede, neerlandicus Marcel Janssens, ingenieur Herman Pauwels, bibliotheekspecialist Ludo Simons, historicus Adriaan Verhulst en zijn kollega en voorzitter van de raad van bestuur van de BRT Els Witte. Het initiatief ging uit van de Gentse bioloog en moralist Hendrik Gysels.

De 28 hoogleraren reageerden op de resultaten van de recente enquête ‘Nederland-Vlaanderen’ onder studenten, waaruit een groot gebrek bleek aan kennis over elkaars geschiedenis, geografie en maatschappelijk leven. Ze noemen die onwetendheid ‘verbijsterend’, hoewel ze ook vaststelden dat we steeds meer naar elkaars tv kijken en de samenwerkingsinitiatieven in Benelux-verband almaar positiever worden gewaardeerd.

‘Gevraagd om een rangorde van verwantschap aan te duiden, met elkaar, met Franstalige landgenoten en Luxemburgers, en met buiten-Europese taalgenoten en Zuidafrikanen, kwamen Vlamingen en Nederlanders voor elkaar onbetwistbaar als eersten uit de bus.’ Dit leidt professor Gysels tot de konklusie dat er bij Vlamingen en Nederlanders wel een verschillend identiteitsgevoel, maar ook een latent samenhorigheidsgevoel bestaat.

 

‘De echte controverse ligt in het feit dat Nederlanders en Vlamingen met ongeduld op de Europese integratie wachten, maar kennelijk vooralsnog niets gezamenlijk ondernemen om in dat nieuwe Europa samen de eigen identiteit te beleven.’

 

De professoren stellen daarom voor zich niet langer blind te staren op de stereotiepe Noord-Zuid-verschillen, maar resoluut aan te knopen bij de sterke tendens om de kulturele verbondenheid verder vorm te geven. ‘Dit zal een vereiste zijn om in het eenwordende Europa ons gezicht te bewaren.’ Maar precies daarom is het noodzakelijk dat we veel meer van elkaar afweten.

 

elkaar kennen

Met enkele voorbeelden illustreren zij dat er iets fout loopt met de handboeken aardrijkskunde en geschiedenis in het secundair onderwijs in Vlaanderen en Nederland. Zo reppen de meeste geschiedenisboeken van het Vlaamse secundair onderwijs met geen woord over de geschiedenis van Nederland na de Tachtigjarige Oorlog tot vandaag.

 

De 28 hoogleraren dringen bijgevolg aan bij de vier betrokken ministers - Coens, Ritzen, Dewael en d'Ancona - dat er afspraken worden gemaakt, opdat de vooroordelen uit de handboeken worden weggewerkt. Diezelfde gemeneschappelijkheid moet ook worden beoogd voor moedertaal, aardrijkskunde en maatschappijleer. ‘Zolang dit niet is gebeurd, kent men elkaar blijkbaar maar heel oppervlakkig, en ontbreken ook belangrijke elementen voor het gezamenlijk naar buiten treden.’ (De Standaard)

Buitenlands cultuurbeleid

De reeds jaren bestaande interdepartementale Coördinatiecommissie voor Internationale Culturele Betrekkingen CICB is op nieuwe leest geschoeid. De Nederlandse ministerraad is op 17 juli akkoord gegaan met een nieuwe instellingsbeschikking, waarbij een groot aantal ministeries is aangewezen aan de ambtelijke besluitvorming ten aanzien van het Nederlandse buitenlandse culturele beleid deel te nemen. Naast de departementen van Buitenlandse Zaken (voorzitterschap), Cultuur en Onderwijs en Wetenschappen hebben voortaan ook in de commissie zitting Algemene Zaken, (ministerie van de minister-president), Financiën, Economische Zaken, Landbouw, Natuurbeheer en Visserij alsmede Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

De CICB heeft tot taak de vaststelling en uitvoering van dit beleid te waarborgen en concrete activiteiten te toetsen aan de vastgestelde beleidslijnen. Voorts coördineert de CICB culturele manifestaties inclusief de afstemming daarvan op handelsprojecten. De jaarverslagen en beleidsplannen van de culturele instellingen in het buitenland worden door de commissie getoetst.

De instellingsbeschikking van de CICB nieuwe stijl vloeit voort uit het WRR-advies ‘Cultuur zonder grenzen’, nr. 31, 1987 en de reactie van de regering op dit advies van juni 1987.

Noord-Frankrijk - Nederlanden

Het Franse Gewest Maubeuge-Avesnes, met ongeveer 250.000 in-

[pagina 173]
[p. 173]

woners net ten zuiden van het Waalse Bergen gelegen, toont intensieve belangstelling voor Nederland. Als eerste in Frankrijk voert de Kamer van Koophandel van deze Noordfranse streek een actieve campagne om bedrijven uit Nederland aan te trekken. De bouw van de Kanaaltunnel is de feitelijke aanleiding. Het gebied ligt op het kruispunt van de lijnen Amsterdam-Parijs en Engeland-Duitsland via de Kanaaltunnel. De opening van de tunnel in 1993 zal de verkeers- en vervoersstromen danig beïnvloeden. De streek die in het verleden tot 20% werkloosheid kende, voert thans een vestigingsbeleid met aantrekkelijke rentetarieven en andere gunstige voorwaarden.

 

Frans-Vlaanderen laat zich echter in noordelijke richting ook niet onbetuigd. Het departement Nord-Pas de Calais sluit nog dit jaar een samenwerkingsakkoord met Vlaanderen in het kader van het Europees sociaal fonds. Met het verdwijnen van de Europese binnengrenzen dient niet alleen economisch, maar ook sociaal-cultureel te worden samengewerkt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken