Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nieuwe Testament (Zuidnederlandse vertaling) (1971)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.81 MB)

XML (1.07 MB)

tekstbestand






Editeur

C.C. de Bruin



Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nieuwe Testament (Zuidnederlandse vertaling)

(1971)–Anoniem Nieuwe testament (Zuidnederlandse vertaling)–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

XXIII

Maer Pauwels, merkende de concilie, seide hi: Manne brueders, ic hebbe gewandelt vore Gode met alre goeder consiencien tote in den dage van heden. Maer Ananias, de prince van den papen, beval dien die bi hem stonden, sinen mon te slane. Doe seide Pauwels tot hem: Gewitte wandt, de Here moet di slaen. Ende du sittende vonnest mi na de wet, ende jegen de wet gebieds du mi te slane. Ende dier bi stonden seiden: Vloecstu Gods overste pape? Maer Pauwels seide: Bruedere, icken wiste niet, want hi prince es vanden papen. Want het es gescreven: Du en sels niet vloecken den prince van dinen volke. Maer wetende Pauwels, want de ene partie was vanden Saduceen ende dandere Phariseeuse, so riep hi in de consilie: Manne brueders, ic ben een Phariseeus ende sone der Phariseeuse, ende ic wer\

[Folio 220v]
[fol. 220v]

de gevonnest van hope ende vander op verstennesse der doodere. Ende doe hi dat geseget hadde, so wert twist tusscen den Phariseen ende den Saduceen, ende de menechte sciet [Pauwels mercte den twist in den raet ende hi ontsach dat de Joden hem op geloepen souden hebben, ende om dat deen partie Phariseen waren, so seide hi vore allen dat hi van harre secten geboren ware, om dat hi daer mede haren peys gecrigen soude]. Want de Saduceen seggen dat negeene opverstennesse en es, noch ingel noch geest, maer de Phariseen belient beide. Maer daer wert groet geroep. Ende op staende enege der Phariseeuse vochtensere omme, seggende: Wi en hebben niets quaets in desen mensce vonden, al eest dat hem de geest ocht een ingel gesproken heeft. Ende doe de twijst groet wert, so ontsach de tribuun dat si Pauwelse heimelec wech steken mochten van hem, ende hi beval ridders neder te comene ende hem te nemene van midden hen lieden ende hem weder te leidene in den casteel.

Maer op den nacht daer

[Folio 221r]
[fol. 221r]

na soe stont de Here bi hem ende seide: Pauwels, sijt gestedech, want alsoe gi te Iherusalem georcont heefs van mi, also behoert di te Roeme te orcondene.

Maer alst dach worden was, vergaderden hen enege vanden Joden ende si vergichten hen, seggende dat si noch eten noch drinken en souden, tote dat si Pauwelse gedoodt souden hebben. Maer het waren meer dan XL manne die dese besweringe daden. Die gingen toten princen vanden papen ende toten ouders ende seiden: Met devocien hebben wi beloeft dat wi niet gesmaken en selen tote dat wi Pauwels gedoodt hebben. Daeromme doet nu gi den tribuun cont met rade, dat hine voert leide tot u als ochte gi yet sekers van hem weten souts, maer wi selen gereet sijn, eer hi naken sal, hem te doodene. Doe dat Pauwels suster sone gehoert hadde dese verranesse, so quam hi ende ginc in den casteel ende hi boetscapet Pauwelse. Maer Pauwels roepende te hem enen uten hondert heren seide hi: Leidt desen jongelinc toten tribuun, want hi heeft hem yets wat te seggene. Ende hi nammene ende leiddenne toten tribune ende seide: De gevangen Pauwels badt mi roepende desen jongelinc te di te

[Folio 221v]
[fol. 221v]

leidene, die di yet te seggene heeft. Maer de tribuun, begripende sgeens hant, ginc hi achter wert met hem ende hi vragede hem: Wat es, dat ghi mi hebdt te seggene? Ende hi seide: De Joden comen te gadere di te biddene, dattu maergen in den dage Pauwelse voert leiden sels in de consilie alse ochte si yet sekerlecs van hem vragen souden, maer du en geloef hen niet, want meer dan XL man spien na hem uut hen lieden, die hen vergichtet hebben, niet tetene noch te drinkene, tote dat si hem gedoodt hebben, ende si sijn nu gereet, verbeidende uwe belofte. Hieromme liet de tribuum den jongelinc gaen, gebiedende dat hi niemene en seide, want hi hem dese cont gedaen hadde. Ende hi riep II hondertheren ende hi seide hen: Bereidt IIC ridders, die tote Cesarien gaen ende LXX geredenne ende IIC gelavi dragers, dat si bereet sijn vander derder uren vander nacht, ende bereidt de beesten, op dat gi Pauwelse op settet hem behouden geleiden moget tote Felixe den rechtere [Hi hiet perde gereiden, daer Pauwels ende sine gesellen op riden souden, want sine jongeren bleven altoes bi hem]. Want hi ontsach hem, dattene de

[Folio 222r]
[fol. 222r]

Joden bi avonturen gegripen souden ende dooden ende dat hier namaels omme soude ver\driet gedoegen als ocht hi penninge ontfaen hadde. Scrivende een lettere met desen waerden:

Claudius Lysias [De tribuun en hielt de maniere van scrivene niet, die wi houden, want hi was onder Felixe den rowaert van Syrien, nochtan sette hi sijns selfs name vore] den alte goeden Felix den rowaert saluut. Doe dese man begrepen was van den Joden ende sine begonsten te doodene, so quamicker over met eenre scaren ende verloeste hem, want ic bekinde dat hi Romein was, ende willende weten de sake de welke si hem op woerpen, so leiddic hem in hare consilie. Den welken ic vant gewroeget van questien harre wet, maer dat hi niet en hadde dat der doot werdech was ocht oec mesdaet, daer menne omme gevaen houden soude. Ende doe mi voer comen was van verranessen die si hem gereidden, so sandic hem te di, boetscaepende den wroegers, dat sijt voer di seggen die dingen die si jegen hem hebben. Blijft gesont.

Hieromme namen de ridders Pauwelse op na dat hen bevolen was

[Folio 222v]
[fol. 222v]

ende leiddene bi nachte in Antipatridem. Ende sanderdages sonden si de geredene wech, op dat si met hem souden gaen, ende si sijn weder gekeert ter borch wert. Alse die te Cesarien comen waren ende si den rechtere de lettere gelevert hadden, soe setten si oec Pauwelse voer hem. Maer doe de rowaert de lettere gelesen hadde ende hi hem gevraget hadde van welker provencien hi ware, ende bekinnende want hi van Cisilien was, so seide hi: Ic sal di horen als dine wroegers comen selen. Ende hi bevalne in Herodes dingehuus te huedene.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken