Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nieuwe Testament (Zuidnederlandse vertaling) (1971)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.81 MB)

XML (1.07 MB)

tekstbestand






Editeur

C.C. de Bruin



Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nieuwe Testament (Zuidnederlandse vertaling)

(1971)–Anoniem Nieuwe testament (Zuidnederlandse vertaling)–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

XXV

Hieromme doe Festus comen was in dlant, so ginc hi na III dage op te Iherusalem van Cesarien. Ende de princen der priesteren ende de ierste der Joden quamen te hem jegen Pauwelse ende baden hem gracie, eyscende jegen hem, dat hine bevale te leidene in Iherusalem, ende si maecten verranesse, dat sine in den wege dooden souden. Maer Festus antwerde, dat men seker Pauwelse hielde in Cesarien, maer dat hi tileke derwert tiden soude. Hieromme die in u lieden mechtech sijn, sijn comen te gadere neder, ende heeft de man

[Folio 224v]
[fol. 224v]

enege mesdaet, si wroegenne.

Maer hi en bleef onder hen niet meer dan VIII dage ocht X, ende hi ginc neder te Cesarien wert, ende sanderdages sittende ten vonnesse stoele beval hi Pauwelse daer te bringene. Die, doe hi voert geleidt was, so stonden omtrent hem die Joden, die van Iherusalem neder comen waren ende leiden hem vele swarre saken op, die si niet en hadden mogen geproeven, maer Pauwels gaf redene, dat hi niet gesondecht en hadde, noch in de wet der Joden, noch in den tempel, noch in den kyser. Maer Festus, willende den Joden gracie verleennen, seide hi, Pauwelse antwerdende: Wiltu te Iherusalem opgaen ende daer van desen saken gevonnest werden voer mi? Maer Pauwels seide: Ic sta vore tskeysers vonnesse setel, daer mi behoert gevonnest te werdene. Icken hebbe den Joden niet genoest alsoestu bat bekint heefs. Want eest dat ic hen genoest hebbe ocht yet gedaen, dat der doot wert es, so en ontseggic niet te stervene, maer eest dat negeen dier dinge en es, daer mi dese af wroegen, so en mach mi niemen hen geven. Ic appellere ten keyser. Doe sprac Festus met rade ende antwerde: Du heefs ten keyser geappelleert, du sels ten keyser gaen.

Ende doe een deel dage leden

[Folio 225r]
[fol. 225r]

waren, so quamen neder te Cesarien Agrippa de coninc ende Bernice, Festusse te gruetene. Ende doe si daer vele dage duerden, so seide Festus den coninc van Pauwelse, seggende: Eenrande man es hier gevaen gelaten van Felixe, van welken, doe ic te Iherusalem was, so quamen te mi de princen vanden papen ende de ouders der Joden ende eysceden verwisen jegen hem. Toten welken ic antwerde: Want en es niet gewoente den Romeinnen enegen mensce te verdoemene, eer de gene die gewroeget wert, jegewerdech hadde sine wroegers ende stat ontfaen hadde te bescuddene ende te suverne die mesdade, die hem op geleet werden. Hieromme, doe si hier comen waren sonder enege beide, satic sanderdages ten vonnesse setelle ende geboet den man daer te leidene, vanden welken, doe die wroegers daer stonden, en geene sake voert en brachten, vanden welken ic quaet waende, maer si hadden enege questien jegen hem van harre wisen of wet ende van eenrande Ihesu, die doot es, den welken Pauwels bewijst levende. Maer ic twivelende van dusdanen questien seide ic, ochte hi gaen woude te Iherusalem ende daer gevonnest werden van desen dingen. Maer Pauwels appelleerde dat

[Folio 225v]
[fol. 225v]

hi gehouden worde tot Augustus kinnessen, soe hietickene houden tote dat ic hem ten keyser sonde. Maer Agrippa seide tot Festum: Ic woude ic selve den mensce hoerde. Ende hi seide: Margen seltune hoeren.

Maer sanderdages, alse Agrippa ende Bernice comen waren met vele gesinds ende si comen waren in de dinge sale metten tribuun ende metten heerlecsten mannen der stat, so bevaelt Festus, dat Pauwels daer geleidt worde. Ende Festus seide: Agrippa coninc ende gi alle, die hier sijt manne met ons, gi siet desen mensce, vanden welken alle de menechte der Joden te Iherusalem mi clagede, eyscende ende roepende: En es niet behoerlec, hem meer te levene. Maer ic hebbe vonden, dat hi niet gedaen en heeft datter doot wert was, maer om dat hi geappelleert heeft ten keyser, so hebbic gevonnest, dat ickene ten keyser senden sal, vanden welken ic niet sekers en hebbe, dat ic den here scriven mach. Overmids dat hebbickene voert tot u geleidet ende aldermeest tot di, o coninc Agrippa, op dat ic yet hadde, dat ic screve als de vrage gedaen ware. Want mi dunct, dat

[Folio 226r]
[fol. 226r]

menne sonder redene gevangen sendt ende sine sake niet te bewisene.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken