Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2 (1885-1886)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (60.12 MB)

Scans (1363.93 MB)

ebook (52.94 MB)

XML (2.92 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2

(1885-1886)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Wetenswaardigheden.

Kamer-ooftboompjes.

Het is niet onaardig eens kennis te maken met de wijze waarop men aan gene zijde van 't Kanaal ooftboompjes in potten kweekt en dat zoowel in prachtige Chineesche vazen als in gewone aarden potten. Die boompjes tieren welig in hun enge cel en ook de vruchten, die ze voortbrengen, zijn uitmuntend en heerlijk. Zoo heeft men perzik-, abrikoze- en kerseboompjes ter hoogte van 25 à 100 centimeters, wier bekoorlijke vruchten zich met de lippen laten plukken. Men plaatst die dwergboompjes op een bloemtafeltje of in een bloemenmand; spoedig daarop verspreiden hunne bloesems reeds een welriekenden geur door het salon en na een paar maanden kan men hunne zoetsappige vruchten plukken.

De voornaamste voorstander dezer cultuur is van gevoelen, dat die dwergboompjes bestemd zijn om een groote rol te gaan spelen bij het dessert, en onze goede huismoeders, die zoo gaarne pronken met hare kristallen vruchtschalen en ooftmandjes, zullen daartoe spoedig niet meer in de gelegenheid zijn als zij ten minste, zooals het heet, met den tijd willen meegaan.

Het heeft ook inderdaad wel iets verlokkends en aautrekkelijks de vruchten te zien opgedischt op haar eigen stam. Voor elken gast kan men een perzik- en abrikozeboompje of een paar andere plaatsen, want ieder boompje draagt zoo gemiddeld drie à vijf vruchten, die frisch en heerlijk als zij er uitzien, ongetwijfeld aftrek zullen vinden.

En is het daarenboven niet een aardig gezicht, als men die boompjes onder zijne oogen ziet groeien en bloeien en ten laatste vruchten dragen. Zoo kan voortaan ieder liefhebber een boomgaard hebben en zelfs in het prachtigste salon peren, kersen en abrikozen kweeken.

Doch hoe die boompjos te kweeken, zal men vragen? O dat is al heel gemakkelijk en met een weinig goeden wil is men daar weldra van pp de hoogte. Men ontdoet een jongen ooftboom van de groote wortels en plant hem vervolgens in een pot of vaas. ‘Maar dan zal hij sterven,’ hoor ik mompelen. Tot geruststelling kan al aanstonds gezegd worden, dat men die bezorgdheid kan laten varen, want de vezelworteltjes nemen nu het noodige voedsel op, en de pot, hoe klein hij ook zij, bevat aarde genoeg om tot de ontwikkeling van zoo'n dwergboompje bij te dragen. Volgens de Moniteur industriel heeft de heer Ingram, oppertuinier van de koningin van Engeland, door het toepassen van dit systeem waarlijk verbazende uitkomsten verkregen. Wijnstokken in een pot gekweekt en nauwelijks achttien maanden oud, dragen tusschen het frissche groen zes purperen trossen. Het mag dus wel de moeite waard heeten, ook eens de proef op de som te nemen, te meer daar de nieuwe cultuur zoo eenvoudig is dat ze zich laat samenvatten in drie woorden: gauw, goed en gemakkelijk.

Kostelijke roos.

Een der meest besproken rozensoorten is tegenwoordig de ‘5000 dollars roos’ van den Engelschen kweeker, W.F. Bennett, te Shapperton. Deze donkerroode theeroos wordt aldus genoemd, omdat in 1883 de Amerikaan Evans voor 5000 dollars (350,000 fr.) van Bennett de helft van zijnen voorraad van de bloem kocht, onder verplichting, vier jaren lang geen stekje of loot van deze rozeboomen te verkoopen, of anderszins te verspreiden, en niets anders dan de afgesneden bloemen te leveren. Eene andere nieuwe rozensoort van Bennett is de lichtroode ‘remontantroos’ Her Majesty (Hare Majesteit), welke eene middellijn van 15 centimeters heeft en, volgens kenners, niet alleen de grootste, maar ook de beste en fijnste roos in die kleur is.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken