Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2 (1885-1886)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (60.12 MB)

Scans (1363.93 MB)

ebook (52.94 MB)

XML (2.92 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 2

(1885-1886)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Eene nieuwe zetmachine.

Reeds herhaaldelijk zijn er pogingen aangewend om het tijdroovende werk van het zetten en weder distribueeren der letters op de zetterij door machines te doen verrichten; maar tot nu toe is men daar nog niet ver mee gekomen, en in eene vergadering van drukkers, den 2en December 1885 te Keulen gehouden, werd openlijk de meening verkondigd, dat ‘het eene dwaling is van den menschelijken geest, uitvindingen na te jagen, welke geen ander doel hebben dan het denkvermogen bij den arbeid des zetters onnoodig of overtollig te maken en door behulp van machines het gedachtenwerk geheel te doen ophouden.’

De man, die zoo sprak, bleek er echter al zeer weinig van te begrijpen; geen enkel uitvinder toch zal zich ten doel stellen het denkvermogen bij den zetter overbodig te maken; want voor datgene wat de zetter met zijn denkvermogen verricht, zal wel geen werktuig ter wereld zijn uit te denken. Het is er alleen om te doen het werk der zetters minder tijdroovend te maken.

Een gewoon zetter zet door elkaar gerekend, in een dag van tien werkuren, ongeveer 12000 letters. De nieuwe zetmachine echter, welke wij hier wenschen te bespreken, kan, door twee personen bediend, hetzelfde werk doen in een vijfde van den tijd, namelijk 6000 letters zetten per uur. Dat verschil komt volstrekt niet hieruit voort, dat het denkvermogen van den zetter is uitgespaard. Het is daarin gelegen, dat de zetter met de rechterhand elke letter, cijfer of leesteeken uit een der talrijke hokjes van zijne zetkast moet kiezen en die in den zoogenaamden zethaak, een klein werktuig, dat hij in de linkerhand houdt, moet samenbrengen, welke ingewikkelde beweging de machine oneindig sneller kan verrichten.

Daarentegen heeft eene zetmachine dit nadeel dat zij met slechts ééne lettersoort te gelijk kan werken, zoodat zij in vele gevallen, waar verschillende letters of cijfers moeten gebezigd worden, niet te gebruiken is. Vandaar dat er tot nog toe slechts in groote drukkerijen gebruik van gemaakt is, waar enkele dier machines, o.a. die van Kastenbein te Brussel met uitstekend gevolg zijn aangewend.

Aan de tot heden bekende stelsels lag altijd het denkbeeld van een klavier ten grondslag; er waren namelijk een aantal toetsen aangebracht, die elk, zoodra zij met den vinger werden neergedrukt, eene bepaalde letter uit eene kanaalvormige ruimte met de vorige in ééne rij brachten, die dan door den zetter tot regels en kolommen moest gemaakt worden. De Zweedsche ingenieur Alexander Lagerman heeft echter onlangs eene zetmachine uitgevonden en vervaardigd, die op een geheel ander beginsel berust en volgens het oordeel der vakmannen al hare voorgangsters moet overtreffen.

Het ligt niet op onzen weg eene breedvoerige beschrijving te geven van dit wonder van nauwkeurigheid en vernuftige vinding, zooals het oordeel van den beroemden Stockholmschen professor, baron A.E. Nordenskjöld luidt; dit zij aan de typographische vakbladen overgelaten. Wij zullen er ons slechts toe bepalen, hier, naar aanleiding der afbeelding in dit nummer, eene korte toelichting te laten volgen, die onzen lezers althans eenigermate kan duidelijk maken hoe het toestel is ingericht en werkt.

De eigenlijke machine bestaat uit een vierhoekig raam, dat op een ijzeren onderstel met vier pooten rust. Het raam is van eene rij loodrechte gleuven of geulen voorzien, waarin de kanalen voor de letters zijn aangebracht. Bij gebrek aan eene stoommachine of anderen motor wordt het rad G door het treden der pedalen H en H1 in draaiende beweging gebracht, welke door een drijfriem op het kleinere rad G1 wordt overgedragen. Dit laatste drijft het distribueertoestel. Een dergelijk rad, dat wat lager, doch achter het raam aangebracht en daarom op onze afbeelding niet zichtbaar is, drijft het zettoestel.

Het distribueertoestel D, dat boven aan het raam is aangebracht, laat zich met de hand heen en weer schuiven en dient tot het distribueeren, dat wil zeggen het uit elkaar nemen en sorteeren der letters, nadat het drukken is afgeloopen, en tot het vullen der kanalen met nieuw lettermateriaal. Di is een dwarsbalk met halfcirkelvormige insnijdingen. Met behulp van een klein werktuig, eveneens heen en weer beweegbaar en uit drie ringen bestaande, die de zetter zich aan de vingers steekt, drukt deze met een der ringen op eene bepaalde insnijding en brengt daardoor een soort van grijper in den vereischten stand. Iedere insnijding is driemaal zoo breed als de letterkanalen, en de ringen zijn zoo ingericht, dat, wanneer men met den eersten daarvan op eene insnijding drukt, het verlangde kanaal van het distribueertoestel met zijne opening van onderen zich juist tegen het overeenkomstige letterkanaal der hoofdmachine aansluit; drukt men met den middelsten ring op dezelfde insnijding, dan gaat een ander kanaal open, en bij het drukken met den derden ring op dezelfde a insnijding ook weer een derde kanaal. Daaruit volgt dat een en dezelfde insnijding voor drie verschillende kanalen dient.

De bovenste rij der op den dwarsbalk D1

[pagina 368]
[p. 368]

aangegeven letters duidt de overeenkomstige letterkanalen aan, welke door den ring links in werking moeten gesteld worden; de middelrij duidt de letters of kanalen aan, welke door het drukken met den middelsten ring, en de onderste rij die, welke door middel van den derden ring rechts getroffen worden. Daarenboven zijn de insnijdingen drie aan drie door kleuren gemerkt en gegroepeerd, opdat de zetter ze gemakkelijker overzien en het benoodigde kanaal sneller vinden kunne.

Het zettoestel bevindt zich aan het ondereind van het raam. De opvanger E is op dezelfde wijze ingericht als de distribueerder Den dient om de letters uit de kanalen te nemen en in regels te rangschikken; slechts is de afstand tusschen de ringen en kanalen hier grooter. E1 is een dwarsbalk met insnijdingen evenals D1 en dient tol hetzelfde doeleinde. B wijst de letters aan, die gedistribueerd moeten worden en dienen moeten om de kanalen van het raam opnieuw te vullen. C is het zoogenaamde schip, eene vierhoekige plaat, waarop de afzonderlijke regels tot geheele kolommen en pagina's aaneengeschoven worden. F duidt een klein letterkastje aan, dat op de oude wijze in verscheidene vakjes verdeeld is en dat letters bevat, welke, zooals bij voorbeeld de Y, maar zelden voorkomen en daarom een afzonderlijk kanaal ontberen kunnen ten einde de machine niet te buitensporig breed te maken. Het spreekt vanzelf dat deze letters naar gelang der behoefte met de hand gevat en tusschen den regel ingevoegd moeten worden.

Het rad G werkt bij iedere omwenteling op eene kruk, welke de plaat D2 nederdrukt. Te gelijk zakt daarbij het distribueertoestel en laat de letters in het kanaal der machine glijden. De plaat blijft een oogenblik in dezen stand, terwijl een stift, die aan het vang- of zettoestel bevestigd is, zijwaarts naar buiten treedt, de onderste lettertype dwars uit het distribueertoestel stoot en ze in het overeenkomstige hoofdkanaal drijft.



illustratie
eene nieuwe zetmachine.


Aan het zetmechanisme ligt juist hetzelfde denkbeeld ten grondslag. Door het boven vermelde, op onze afbeelding niet zichtbare rad G wordt eveneens eene kruk in beweging gebracht, die vooreerst de plaat E2 met het letterkanaal van het zettoestel omhoog heft en ten andere een haak op zij schuift, waarop eene letter uit het kanaal te voorschijn springt en zich aansluit bij die, welke reeds in het zettoestel staan en door een klein schuifje met springveer vastgehouden worden.

Ieder kanaal der machine bevat natuurlijk slechts eene enkele soort van letters, die loodrecht boven elkander staan en door kleine plaatjes, welke zich licht tegen de kanaalwanden aandrukken, in het bovengedeelte daarvan worden vastgehouden, tot er van onderen gebrek aan letters ontstaat, waarop kleine gewichten ze weer neerdrukken.

K is een kleine hefboom, die door de pedalen in beweging gebracht wordt, door middel van O het rad I drijft en tegelijk daarmee ook het als winkelhaak dienenden toestel L, dat zich op en neer beweegt en den gezetten regel opneemt. Een andere, hoogst vernuftig geconstrueerde hefboom N, die eveneens door het rad I gedreven wordt, neemt de regels uit den winkelhaak L over en brengt ze op het zetschip C, waarop hij weder in zijn vorigen stand terugkeert. Het gelijkmaken der verschillende regels tot op de vereischte lengte en het samenvoegen daarvan tot geheele bladzijden geschiedt met de hand.

Tot bediening der machine worden twee personen gevorderd. De eene zetter, die voor het distribueeren der reeds gebruikte letters te zorgen heeft, staat links van zijn collega, die er bij zit en bij gemis aan eene andere drijfkracht met zijne voeten de pedalen in beweging brengt. De eerste licht met behulp van den winkelhaak B1 een regel letters van de kolom B af en brengt ze in het kanaal van het distribueertoestel over. Dan steekt hij de drie ringen aan de vingers zijner rechterhand en oefent met den vereischten ring een lichten druk uit op die insnijding van den dwarsbalk D1, welke met de te distribueeren letter geleekend is. Daardoor schiet niet alleen de grijper in den vereischten stand, maar de ring drukt te gelijk op eene stang, die zich onder D1 bevindt en welke bewerkt dat O in den overeenkomstigen tand van het rad grijpt en de onderste letters in het hoofdkanaal schuift.

Het zetten geschiedt op dezelfde wijze. Een druk met den ring op eene der insnijdingen in den dwarsbalk Er leidt de verlangde letter uit het kanaal naar het opvangtoestel. Zoodra de regel de voorgeschreven lengte heeft bereikt, wordt het opvangtoestel naar rechts geschoven en de regel van den winkelhaak L opgenomen, waarna de zetter weer met een nieuwen regel begint.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken