Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8 (1891-1892)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (46.63 MB)

Scans (716.27 MB)

ebook (39.26 MB)

XML (2.82 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8

(1891-1892)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

Weinig hoop. -

Wat al onoverzienbare ellende in die twee woorden! Wein[i]g hoop, verklaart de dokter; dat wil zeggen dat naar alle waarschijnlijkheid de zieke het niet lang meer maken zal, dat zijn arme vrouw morgen, vandaag misschien al weduwe, zijn kinderen weezen zullen zijn! Aan de liefhebbende echtgenoote heeft de geneesheer dat zoo niet in ronde woorden gezegd, maar wat zij uit zijn hoofdschudden en schouderophalen begrepen heeft, is toch voldoende om haar in tranen te doen uitbarsten en zuchtend leunt ze tegen den post van de deur. De onnoozele kleine schreit omdat moeder bedroefd is en vader niet meer tegen hem spreken wil; dat vader over een paar dagen wellicht als een doode de deur zal worden uitgedragen, daarvan heeft het kind nog geen begrip.

Met de zorg op het goedig, eenvoudig gelaat hoort grootmoeder de laatste woorden van den geneesheer aan; de menschlievende man kan niet beter doen, dan haar aanbevelen, haar dochter maar voorzichtig op het uiterste voor te bereiden, opdat de slag haar niet te onverwacht treffen moge, want - herhaalt hij met weemoedigen blik - er is weinig hoop!

De kleine telephonist. -

Na de beschouwing van het treurig tooneel, hierboven beschreven, is het een verademing dit vroolijk en gezellig binnenhuisje aan te zien. ‘Veel hoop’ zou het kunnen heeten in tegenstelling met het vorige: hier toch dartelen drie veelbelovende telgen om de gelukkige moeder, en vooral op den schranderen oudste mag zij gegronde verwachtingen bouwen.

‘Wat moet je worden?’ heeft zij den deugniet gevraagd.

‘Telephonist, moeder,’ heeft de bengel geantwoord, die misschien eens in zijn leven met de nieuwmodische uitvinding heeft kennis gemaakt, en zich al aanstonds geroepen voelt ze voor zijn beroep te kiezen. Met de voortvarendheid der jeugd wil hij zich al op staanden voet oefenen met het oog op zijn toekomstigen werkkring. Een paar blikken busjes, door een draad verbonden, zijn voldoende om in de gauwigheid een compleete telephonische geleiding aan te leggen, en onmiddellijk begint een druk telephoon-verkeer tusschen den deugniet en zijn moeder, die met de kleintjes aan het ander eind der kamer gezeten, een gretig oor leent aan het blijkbaar heel belangwekkende nieuws.

Europa's jongste potentaat. -

Hij ziet er parmantig genoeg uit, het kleine zesjarige koninkje, en als men hem daar zoo kranig en vergenoegd op de steenen balustrade ziet zitten, zou men niet zeggen dat de last der kroon hem bijzonder neerdrukt.

Toch ondervindt de kleine schepterdrager dikwijls dat het leven van een koning heel wat onaangenaams meebrengt. Zoo heeft hij kort geleden iets zeer vreeselijks voor hem beleefd. Hij werd namelijk van Madrid naar San Sebastian overgebracht en moest scheiden van een wezen, dat hem boven alles dierbaar was, namelijk zijn goede minne Al te lang reeds had men hem aan de zorgen der brave vrouw overgelaten, die door haar toegevendheid den jongen heerscher in den grond dreigde te bederven. Het koninkje was ontroostbaar toen hij zonder zijn ama vertrekken moest, maar in zijn nieuw verblijf vergat hij al spoedig zijn droefheid door de groote pret, dat hij nu met zijn zusjes vrijelijk aan het strand in het zand kon ploeteren.

Het is een lichte koningsfamilie, die zich van den zomer daar te San Sebastian ophield; daar de moeder met haar zoontje en twee dochtertjes gezamenlijk niet meer weegt dan 117 kilo, waarvan er maar 15 voor den kleinen koning komen, terwijl zijn grootmama, de voormalige koningin Isabella alleen 117 kilo weegt. Moge Alfonsus XIII in de weegschaal der geschiedenis zwaarder wegen dan in die van San Sebastian!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken