Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ons Erfdeel. Jaargang 25 (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ons Erfdeel. Jaargang 25
Afbeelding van Ons Erfdeel. Jaargang 25Toon afbeelding van titelpagina van Ons Erfdeel. Jaargang 25

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ons Erfdeel. Jaargang 25

(1982)– [tijdschrift] Ons Erfdeel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Publikaties

J.B.C. Verlooy, vooruitstrevend jurist en politicus uit de 18de eeuw (1746-1797).

Sinds K. Angermille in 1912 op grond van de Verhandeling op d'Onacht der moederlycke Tael in de Nederlanden Verlooy als ‘de eerste flamingant’ bestempelde, heeft de figuur van de Brabantse advocaat de Vlaams-gezinden en de historiografen van de Vlaamse Beweging geboeid. Tal van auteurs hebben - overigens vrij eenzijdige - beschouwingen aan hem gewijd; historiografisch van groter waarde waren de onderzoekingen die A. Boni, A. Jacob, J. Smeyers, Y. vanden Berghe aan hem hebben gewijd. In het levensverhaal van Verlooy intrigeert vooral de samenhang van het hartstochtelijk pleiten voor het gebruik van de moedertaal met de ideeën van de Franse Revolutie. In het flamingantisch denkschema blijft hij hardnekkig doorgaan als een apostaat.

Was hij inderdaad een afvallige? Dat blijkt dan toch niet uit de zopas verschenen biografie van de hand van Jan van den Broeck, verwonderlijk genoeg de eerste werkelijk grondige studie die aan Verlooy werd gewijd.

Jan Baptist Crysostomus Verlooy was afkomstig uit een familie van dorpsnotabelen uit Houtvenne/Oosterwijk. Onder invloed van familietradities studeerde hij te Leuven waar hij in 1774 een licentie behaalde in Romeins en canoniek recht. Dat jaar nog werd hij te Brussel advocaat bij de Raad van Brabant en stagiair bij de vermaarde Philippe Guillaume Malfait, een man van de ‘nieuwe gedachte’. Het debuut bij de balie blijkt de professioneel ambitieuze en veelzijdig geïnteresseerde Kempenaar niet al te zwaar gevallen. In 1781 reeds verscheen zijn belangrijkste rechtsgeleerde publikatie, een codex van het Brabantse wettenrecht: die Codex Brabanticus benadert dichter dan welk ander werk ook in de Zuidelijke Nederlanden van vóór 1789 de moderne opvatting van het wetboek.

 

Geïnteresseerd bekeek Verlooy de gerechtelijke hervorming die Jozef II wilde doorvoeren. Als democraat koos hij in die bewogen weken van april-mei 1787, ofschoon in zijn hart een voorstander van de voorgestelde hervormingen, de zijde van degenen die zich gekrenkt voelden door de psychologisch en politiek foute aanpak van Jozef II. Dit is een keerpunt: na een beloftevol begonnen juristenloopbaan belandt hij in een wereld van politieke strijd en revolutionair geweld.

Vanaf 1788 behoort hij met Vonck tot de oppositie. Dat jaar verscheen ook zijn bekende Verhandeling op d'Onacht, een protest tegen ergerlijke toestanden, waarbij de kritiek zich zowel richt tegen de Oostenrijkse gezagdragers als tegen de eigen standenvertegenwoordiging, de Staten. De taalproblematiek is volgens hem niet te scheiden van de ruimere culturele en sociaal-economische aangelegenheden. Verlooys democratische nationale gezindheid maakt wezenlijk deel uit van de toenmalige progressieve denkwereld. Van den Broeck noemt Verlooys Grootnederlandse gerichte nationale gezindheid ‘volksnationalisme’, niet gericht op het verwezenlijken van een politieke of territoriale ordening, maar op zorg voor eigen taal en cultuur. Taal is voor hem het middel om de nieuwe gedachte te verspreiden.

In 1788 was Verlooy, met Vonck en andere tegenstanders van het Ancien Régime, de grondlegger van de geheime groepering ‘Pro Aris et Focis’ en auteur van pamfletten, in het Frans en in het Nederlands. Maar wanneer einde 1789 de Brabantse Omwenteling slaagt, blijken de vooruitstrevenden tegenover de Statisten een machteloze minderheid. Opnieuw worden zij tot clandestiniteit, later zelfs tot

[pagina 143]
[p. 143]

ballingschap gedwongen. Verlooy vestigt zich te Rijsel. Bij de Oostenrijkse restauratie einde 1790 stellen de nieuwe gezagdragers zich niet vijandig op t.o.v. de Vonckisten. Terug te Brussel belandt Verlooy opnieuw in de politieke arena. Weer behoort hij tot de oppositie tegen de dubbelzinnige, dra reactionaire politiek van de Oostenrijkers, zodat voor hem de komst van de Fransen na de slag bij Jemappes een bevrijding betekent. Hij wordt medestichter van de (tweetalige) ‘Société des amis de la liberté et de l'égalité’, een club tot verspreiding van de revolutionaire gedachte. Het college der Provisoire Representanten verkiest hem tot secretaris. Meer dan ooit staat hij aldus in het centrum van het politiek leven, zeer tot schade van zijn verzwakte gezondheid. Ongetwijfeld heeft hij zich met zijn geestesgenoten in die periode erg onbegrepen gevoeld. Zij verwachten, in tegenstelling tot de overgrote meerderheid van hun landgenoten, tegen de Staten-gezinde dreiging heil van Frankrijk.

 

Het verklaart waarom hij, ofschoon oorspronkelijk voorstander van Belgische zelfstandigheid, in een zich snel ontwikkelende internationale politieke context uiteindelijk resoluut koos voor aanhechting bij Frankrijk.

 

Over de lotgevallen van Verlooy tijdens de Tweede Oostenrijkse Restauratie (18 maart 1793 - 26 juni 1794) is niets bekend. Alhoewel de Fransen na Fleurus meer optraden als veroveraars ijverde hij ook nu, ditmaal zelfs samen met sympatisanten van het Ancien Régime, voor annexatie. Hij werd schepen, burgemeester en in 1795, tenslotte eerste maire van Brussel, een functie waaruit hij nauwelijks een maand later ontslag nam: blijkbaar niet alleen om gezondheidsredenen, maar ook uit groeiende onvrede met het nieuwe bewind. Zijn laatste openbaar optreden is een protest tegen de benoemingspolitiek van de Fransen.

Verlooy komt over als een jurist-politicus van het type dat de negentiende-eeuwse politiek beheerst. In geschriften verdietst hij de ‘moderne’ ideeën: constitutionele gedachte, volkssoevereiniteit, strijd tegen het despotisme, scheiding der machten, representatie, verkiezingen, centralisering van het bestuur, gelijkheid en vrijheid. Historisch gezien is hij aldus een ‘vooruitstrevend’ figuur, die zich voor zijn overtuiging geëngageerd heeft ten koste van gezondheid, gezinsleven en welstand. Op te merken valt dat de beruchte beslissing van de Conventie om de wetten en besluiten in onze gewesten voortaan in het Frans mede te delen pas viel nadat Verlooy van het politieke toneel was verdwenen.

Van den Broecks met sympathie en indringend begrip voor de complexiteit van de historische context geschreven verhaal werpt een verrassend nieuw licht op een figuur die in Vlaanderen al te lang op grond van één ‘geschrift’ werd geëvalueerd.

 

Joris Dedeurwaerder.

Jan van den Broeck, J.B.C. Verlooy, vooruitstrevend jurist en politicus uit de 18de eeuw, 1746-1797, Standaard Wetenschappelijke Uitgeverij, Antwerpen / Amsterdam, 1980, 370 blz.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Joris Dedeurwaerder

  • over Jan Baptist Chrysostomus Verlooy

  • over Willem van den Broeck