Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Der IX quaesten (1528)

Informatie terzijde

Titelpagina van Der IX quaesten
Afbeelding van Der IX quaestenToon afbeelding van titelpagina van Der IX quaesten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.65 MB)

ebook (7.73 MB)

XML (0.15 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Der IX quaesten

(1528)–Anoniem IX quaesten, Der–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende


illustratie

[Folio G2v]
[fol. G2v]

¶Hoe Borre claechden ouer Iudam tot Pilatum dat hi haren man verslagen hadde

Als Borre die kijuinge hoorde so gincse inden boomgaert om sien na haren man Ruben, ende als si quam onder den appelboom so vant si daer haren man door ligghen des si groot misbaer maecte, ende seyde o wee o lazen ouer my arm wijf, dat mijn man dus deerlijck vermoort is vanden valschen verrader ende Iudas liep wten boomgaert ende hi bracht Pilato de appelen Ende corts hier na quam Borre seer crijtende en weenende ende claechde pilato ouer Iudam hoe dat hi verslaghen hadde haren man Ruben. maer pilatus hadde Iudam seer lief, so dat hy luttel hoorde nae haer claghen. Maer niet te min Pilatus dede Iudam bi hem comen ende vraechde hem oft dat waer was dat die vrouwe seyde. Doe vertelde Iudas alle die ghelegentheyt voor Pilatum hoe en wat daer geschiet was, ende seyde dattet waer was, maer Ruben haer man versochtet eerst op mi ende hi wilde mi slaen, so weerde ic mi na mijn beste, maer ic en begheerde hem ooc niet doot te slaen al ist qualijck gheuallen. dat is mi leedt ghenoech. Doe nam Pilatus die vrouwe bi hem alleen ende sprack met haer suetelijck ende seyde O lieue vrouwe ghien muecht v aldus nyet verslaen, noch so groten druck niet maken, ghi en muecht dus niet weenen en schreyen, ghi soudt v selue verderuen ende een siecte gecrijghen, want ghy weet oock wel, een dinck dat gheschiet ende ghedaen is, en can men niet maken onghedaen ende wilt volghen dat oude spreeken Men sal die dooden metten leuende vergheeten.

[Folio G3r]
[fol. G3r]

Daerom doet wel, ende wilt niet meer soe seer bedroeft sijn noch oock so deerlijck claghen, maer ick soude v raden dat ghy soudt nemen eenen anderen man daer ghi troost ende raet af hebben mochte. ende dat ghy soudet trouwen mijnen dienaer Iudam, dye verstant heeft van als, ende watmen inder heeren houen behoeft om daer rentmeester te werden ende weet ooc wel wat totten huyshouwen behoort. Doe seyde Bore, om alder werelt goet en wildic dat niet doen. Doe seyde pylatus, vrouwe ghy en sult niet kiesen, dus gaet wat tot huys, tot dat ick v weder ontbiede, want ic hebbe nv sonderlinghe dinghen te doen. Doe scheyde Bore van dair, ende pilatus sprack heymelijc met Iudam ende seyde. Ghi en hebt rijcdom, noch, erfnis, landt, noch sandt, ende dese vrou is rijck van poscessien, van lande, ende is ooc rijck van ander goeden, van gout, siluer, ende van grote vrienden, dus wil di haer hebben tot v wijf so en derfdy nemmermeer ghebreck hebben. Doe seyde Iudas Heer soe veel als uwer gracien daer af belieft, ende mi daer toe raet des ben ic te vreden. Daer na dede Pilatus Bore weeder tot hem halen, ende seyde, vrouwe wilt niet meer dus weenen en claghen, en laet die sware melancolie varen dat ghi in gheen siecte en valt, ende ic sal v so grote vrienschap doen al waerdy mijn eyghen moeder. Dus moet ghi v seluen wat bedwinghen ende v weesen eerbaerlijck houwen also een eerbaer goede vrouwe toebehoort, ende ghi moet dincken dat v goede man doot is ende v droefheyt, v weenen, v claghen, en can hem niet weder leuende maken.

[Folio G3v]
[fol. G3v]

Ende Iudas is mijn dienaer den ic beminne, daerom en can ic hem niet veriagen, daerom neemt hem voor uwen man ende trouwet hem om mijnen wille, want hi is een ionck man, ende cloeck in allen dinghen, Ick seg v voorwaer ghy sulter an hebben eenen beteren man dan ghi ghehadt hebt. Ende eest dat ghijt doet, ic sal v vrientschap doen, ende helpen v in allen dinghen dat v van noode is, ende so lange als ic leue sal ic doen al dat v belieuen sal. Ende Pilatus seyde haer so veel dat si hem ten laetsten consenteerde, ende sy troude Iudam voor haren man, maer Bore en wiste niet dat hi haer sone was, noch hi datse sijn moeder was.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken