Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (Statenvertaling 1637) (2008)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.00 MB)

ebook (11.07 MB)

XML (23.68 MB)

tekstbestand






Editeur

Nicoline van der Sijs



Genre

non-fictie

Subgenre

vertaling
non-fictie/theologie
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (Statenvertaling 1637)

(2008)–Anoniem Statenbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Het iij. Capittel.

Godt wil Israel straffen, om hare ondanckbaerheyt, vers 1, etc. bewijst dat sijne dreygementen ende straffen rechtveerdich zijn ende seker gaen, 3. verwijt van hare onbeweeglickheyt tegen alle waerschouwingen, 6. Godt roept de Heydenen tot getuygen tegen Israel, 9. seyt haer des vyants komste aen, 11. wiens gewelt seer weynige met groot perijckel sullen ontkomen, 12. voorseyt de uytroeyinge harer afgoderye, ende pracht, 13.

1

HOoret dit woort, dat de HEERE tegen ulieden spreeckt, ghy kinderen van Israël: namelick tegen het gantsche geslachte, dat ick uyt Egypten-lant hebbe opgevoert, seggende:

2

Uyt alle geslachten des aerd-bodems heb ick ulieden alleen Ga naar margenoot1 gekent: Daerom sal ick alle uwe ongerechticheden over ulieden besoecken.

3

Ga naar margenoot2 Sullen twee te samen wandelen,

[Folio 116v]
[fol. 116v]

Ga naar margenoot3 ten sy datse by een gekomen zijn?

4

Ga naar margenoot4 Sal een leeuw brullen in den woude, als hy geenen roof en heeft? sal een jonge leeuw uyt sijn hol sijne stemme Ga naar margenoot5 verheffen, ten zy dat hy [wat] gevangen hebbe?

5

Sal een Ga naar margenoot6 vogel in’t strick Ga naar margenoot7 op de aerde vallen, alsser geen strick voor hem en is? Salmen het strick vanden aerdbodem opnemen, Ga naar margenoot8 alsmen Ga naar margenoot9 gantschlick niet en heeft gevangen?

6

Sal de basuyne in de stadt geblasen worden, dat het volck niet en Ga naar margenoot10 zittere? Salder een Ga naar margenoota Ga naar margenoot11 quaet in de stadt zijn, dat de HEERE niet en doe?

7

Ga naar margenoot12 Gewislick de Heere HEERE en sal geen dinck doen; ten zy dat hy sijne Ga naar margenoot13 verborgentheyt aen sijne knechten, de Propheten, Ga naar margenoot14 geopenbaert hebbe.

8

De Ga naar margenoot15 leeuw heeft gebrult, wie en soude niet vreesen? de Heere HEERE heeft gesproken, wie en soude niet propheteren?

9

Ga naar margenoot16 Doetet hooren in de palleysen te Asdod, ende in de palleysen in Egypten-lant: ende segget; Versamelet u op de Ga naar margenoot17 bergen van Samaria, ende siet de groote Ga naar margenoot18 beroerten in’t midden van haer, en de verdruckte, binnen in haer.

10

Want sy en Ga naar margenoot19 weten niet te doen dat recht is, spreeckt de HEERE: die in hare palleysen schatten vergaderen [door] Ga naar margenoot20 gewelt ende verstooringe.

11

Daerom, soo seyt de Heere HEERE; De Ga naar margenoot21 vyant! Ga naar margenoot22 ende dat, rontom het lant: die sal Ga naar margenoot23 uwe sterckte van u nederstorten, ende uwe palleysen sullen uytgeplundert worden.

12

Alsoo seyt de HEERE; Gelijck als een herder Ga naar margenoot24 twee schenckelen, ofte een Ga naar margenoot25 stucxken van een oore uyt des Leeuwen muyl reddet: alsoo sullen de kinderen Israëls gereddet worden; die daer Ga naar margenoot26 sitten te Samaria, in den hoeck van Ga naar margenoot27 ’t bedde, ende op de Ga naar margenoot28 sponde vande koetze.

13

Ga naar margenoot29 Hooret, ende betuyget in den huyse Iacobs: spreeckt de Heere HEERE, de Godt der heyrscharen;

14

Dat ick, ten dage als ick Israëls overtredingen over hem besoecken sal; oock besoeckinge sal doen over de Ga naar margenoot30 altaren van Ga naar margenoot31 Beth-El: ende de hoornen des altaers sullen worden afgehouwen, ende ter aerde vallen.

15

Ende ick sal het Ga naar margenoot32 winter-huys met het somer-huys slaen: ende de Ga naar margenoot33 elpenbeenen-huysen sullen vergaen, ende de groote huysen een eynde nemen, spreeckt de HEERE.

margenoot1
D. tot mijn volck uytvercoren ende aengenomen, bysonderlick lief gehadt ende besorgt. Verg. Hos. 13. vers 5. ende siet Psal. 1. op vers 6.
margenoot2
Godt stelt hier sijnen volcke door verscheydene gelijckenissen voor, dat de Propheten recht hadden om haer te straffen, dreygen, ende allerleye plagen te voorseggen: ende dat tot waerschouwinge, om het aenstaende quaet door bekeeringe t’ontgaen: also het geene ydele dreygementen en waren.
margenoot3
And. ’T en zy datse over-een gekomen zijn. Ick ende mijne getrouwe dienst-knechten, (wil Godt seggen) wy zijn het eens, (siet Hose. 9.8. Malach. 2.6.) ende ghy sult met my ende mijne Propheten moeten eens worden, so ghy wilt dat ick u vrient ende leytsman zy, anders sal ick u moeten verlaten.
margenoot4
Godt ende sijne Propheten en straffen noch dreygen niet sonder groote reden, ende aenstaende noot: daerom behoorden de Israeliten by tijdts op te waken, eer Godt haer den vyant tot eenen roof overgaf: welcx haer soo sekerlick was nakende, als het gewis is, dat de leeuw wat gevangen heeft als hy brult.
margenoot5
Hebr. geven.
margenoot6
De minste ongelucken ende tegenspoeden worden door Godts voorsienicheyt geregeert. Daer om behoorden de Israeliten in allen desen op Godt te sien, met welcken sy te doene hadden, ende wiens netten ende stricken sy niet en souden konnen ontgaen, so sy haer niet en bekeerden.
margenoot7
Ofte, strick der aerde. D. dat op de aerde geleyt ofte gestelt is.
margenoot8
Ofte, als het, T.w. strick.
margenoot9
Hebr. vangende niet sal gevangen hebben.
margenoot10
Ende ghy en ontsettet u niet over alle de dreygementen ende straf-predicatien, die ick u laet voor-dragen! And. zitterende, ofte, haestelick aenkome, toeloope. gelijck Hos. 3. vers 5. ende 11.11.
margenoota
Iesa 45.7. Thren. 3.37, 38.
margenoot11
Der straffe. siet Genes. 19. op vers 19. ende vergel. Ies. 45.7.
margenoot12
De twee volgende versen dienen tot verklaringe ende toepassinge van de voorgaende gelijckenissen.
margenoot13
D. sijnen raet van bysondere oordeelen ende lant plagen.
margenoot14
Om sijn volck te vooren te doen waerschouwen.
margenoot15
De Heere heeft sijnen toorn te kennen gegeven, ende sijnen knechten gelast daer van te propheteren. Siet bov. 1.2. ende Hose. 11.10.
margenoot16
Hier geeft de Heere te kennen, dat Israels boosheyt ende ondanckbaerheyt soo groot ende schandelick was, dat selfs de Heydensche natien, daer over, als Richters, geroepen zijnde, de selve souden verfoeyen, ende Godt in sijne straffen recht geven, vergel. Mich. 1.2, etc.
margenoot17
Dieder vele, dichte by den berch, daer Samaria op lach, in’t Oosten, Noorden ende Suyden gelegen waren: van waermen (om soo te spreken) als hooren ende sien konde, watter in Samaria omginck.
margenoot18
Ofte, woelingen, rumoeren, disordren.
margenoot19
Vergel. Ierem. 4.22.
margenoot20
Verkregen door gewelt, overlast ende rooverye.
margenoot21
Een afgebroken reden, gelijckmen ter tijt, wanneer de vyant onversiens ende haestelick aenkomt ende alles besett, pleecht te roepen; Vyant, vyant, overal, rontom. ofte, verstaet daer op: sal der komen, ende hy sal, etc. T.w. Salmanassar de Coninck van Assyrien, siet 2.Reg. 17.5, 6. ende vergel. Hose. 8.1.
margenoot22
Siet van sulcken gebruyck der Hebr. letter, Vau, voor, ende dat, selfs. Ier. 17. op vers 10. Ioel 2.12, 32, etc.
margenoot23
ô Samaria.
margenoot24
Met dese gelijckenisse geeft Godt te verstaen, datter seer weynige, ende dat met groote swaricheyt ende perijckel, ontkomen sullen.
margenoot25
Het Hebr. woort wort hier alleenelick gevonden.
margenoot26
Dit verstaen sommige van de wellustige ende bancketterende Israeliten, die sorgloos leefden ende Godts dreygementen van de aenstaende elenden in den wint sloegen. Siet ond. 6.4. andere verstaen ’t van krancke, die te bedde mochten liggen, ofte de gene die sich hier ende daer in hoecken ende verborgene plaetsen mochten versteken, waer op de vyant in ’t moorden ende plunderen somtijts weynich achts geeft, sulcx datse wel ontkomen.
margenoot27
Ofte, bed-stede.
margenoot28
Ofte, voet, in de zijde. Hebr. Demeschek, dat nergens meer in de heylige schrift gevonden wort. sommige nemen ’t voor dammeschek. D. Damascus, ende setten ’t over, in eene koetse van Damascus, ofte, eene Damascener, ofte, Syrische prachtige koetze.
margenoot29
Hier spreeckt Godt sijne Propheten ende geloovige aen, dieder noch in Israel overich waren.
margenoot30
Neffens het volck, sal ick alles wat sy tot afgoderye ende superstitie verordineert hebben, doen uytroeyen: al haer afgodisch tuych ende gereetschap.
margenoot31
Siet Hose. 4.15. ende 10.15. met d’aenteeck.
margenoot32
Alles wat sy tot playsier ende pracht gebouwt ende gebruyckt hebben, sal ick vernielen. Dit siet op de gewoonte der Grooten, die alomme in den lande schoone ende kostelicke vertreck ende lust-huysen, item Conincklicke palleysen, gebouwt hadden, om in den somer sonder belet van hitte, ende in den winter sonder belet van koude in allerley wellust onverhindert te bancketteren. Vergel. Iudic. 3.20. Ierem. 36.22. met d’aenteeck.
margenoot33
Siet 1.Reg. 22. op vers 39.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken