Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (1657)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

ebook (11.10 MB)

XML (24.25 MB)

tekstbestand






Editeurs

Hans Beelen

Nicoline van der Sijs



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/theologie
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments

(1657)–Anoniem Statenbijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Het iij. Capittel.

Godt wil Israël straffen, om hare ondanckbaerheyt, vers 1, etc. bewijst dat sijne dreygementen ende straffen rechtveerdigh zijn ende seker gaen, 3. verwijt van hare onbeweeghlickheyt tegen alle waerschouwingen, 6. Godt roept de Heydenen tot getuygen tegen Israël, 9. seyt haer des vyants komste aen, 11. wiens gewelt seer weynige met groot perijckel sullen ontkomen, 12. voorseyt de uytroeyinge harer afgoderije, ende pracht, 13.

1

HOoret dit woort, dat de HEERE tegen u-lieden spreeckt, ghy kinderen van Israël: namelick tegen het gantsche geslachte, dat ick uyt Egyptenlant hebbe opgevoert, seggende:

2

Uyt alle geslachten des aerdbodems heb ick u-lieden alleen Ga naar margenoot1 gekent: Daerom sal ick alle uwe ongerechtigheden over u-lieden besoecken.

3

Ga naar margenoot2 Sullen twee te samen wandelen, Ga naar margenoot3 ’ten zy datse by een gekomen zijn?

4

Ga naar margenoot4 Sal een leeuw brullen in den woude, als hy geenen roof en heeft? Sal een jonge leeuw uyt sijn hol sijne stemme Ga naar margenoot5 verheffen, ’t en zy dat hy [wat] gevangen hebbe?

5

Sal een Ga naar margenoot6 vogel in’t strick Ga naar margenoot7 op de aerde vallen, als’er geen strick voor hem en is? Sal men het strick van den aerdbodem op nemen, Ga naar margenoot8 als men Ga naar margenoot9 gantschelick niet en heeft gevangen?

6

Sal de basuyne in de stadt geblasen worden, dat het volck niet en Ga naar margenoot10 tsittere? Salder een Ga naar margenoota Ga naar margenoot11 quaet in de stadt zijn, dat de HEERE niet en doe?

7

Ga naar margenoot12 Gewislick de Heere HEERE en sal geen dingh doen; ’t en zy dat hy sijne Ga naar margenoot13 verborgentheyt aen sijne knechten, de Propheten, Ga naar margenoot14 geopenbaert hebbe.

8

De Ga naar margenoot15 leeuw heeft gebrult, wie en soude niet vreesen? de Heere HEERE heeft gesproken, wie en soude niet propheteeren?

9

Ga naar margenoot16 Doetet hooren in de palleysen te Asdod, ende in de palleysen in Egyptenlant: ende segget; Versamelet u op de Ga naar margenoot17 bergen

[Folio 112v]
[fol. 112v]

van Samaria, ende siet de groote Ga naar margenoot18 beroerten in ’t midden van haer, ende de verdruckte, binnen in haer.

10

Want sy en Ga naar margenoot19 weten niet te doen dat recht is, spreeckt de HEERE: die in hare palleysen schatten vergaderen [door] Ga naar margenoot20 gewelt ende verstooringe.

11

Daerom, soo seyt de Heere HEERE; De Ga naar margenoot21 vyant! Ga naar margenoot22 ende dat, rontom het lant: die sal Ga naar margenoot23 uwe sterckte van u neder storten, ende uwe palleysen sullen uytgeplundert worden.

12

Alsoo seyt de HEERE; Gelijck als een herder Ga naar margenoot24 twee schenckelen, ofte een Ga naar margenoot25 stucksken van een oore uyt des leeuwen muyl reddet: alsoo sullen de kinderen Israëls gereddet worden; die daer Ga naar margenoot26 sitten te Samaria, in den hoeck van Ga naar margenoot27 het bedde, ende op de Ga naar margenoot28 sponde van de koetse.

13

Ga naar margenoot29 Hooret, ende betuyget in den huyse Iacobs: spreeckt de Heere HEERE, de Godt der heyrscharen;

14

Dat ick, ten dage als ick Israëls overtredingen over hem besoecken sal; oock besoeckinge sal doen over de Ga naar margenoot30 altaren van Ga naar margenoot31 Beth-El: ende de hoornen des altaers sullen worden afgehouwen, ende ter aerden vallen.

15

Ende ick sal het Ga naar margenoot32 winterhuys met het somerhuys slaen: ende de Ga naar margenoot33 elpenbeenen huysen sullen vergaen, ende de groote huysen een eynde nemen, spreeckt de HEERE.

margenoot1
D. tot mijn volck uytverkoren ende aengenomen, bysonderlick lief gehadt ende besorght. Vergel. Hose. 13.5. ende siet Psalm 1. op vers 6.
margenoot2
Godt stelt hier sijnen volcke door verscheydene gelijckenissen voor, dat de Propheten recht hadden om haer te straffen, dreygen, ende allerleije plagen te voorseggen: ende dat tot waerschouwinge, om het aenstaende quaet door bekeeringe t’ontgaen: alsoo het geene ydele dreygementen en waren.
margenoot3
And. ’t en zy datse over een gekomen zijn. Ick ende mijne getrouwe dienstknechten, (wil Godt seggen) wy zijn het eens, (siet Hose. 9.8. Malach. 2.6.) ende ghy sult met my ende mijne Propheten moeten eens worden, soo ghy wilt dat ick u vrient ende leytsman zy, anders sal ick u moeten verlaten.
margenoot4
Godt ende sijne Propheten en straffen noch dreygen niet sonder groote reden, ende aenstaende noot: daerom behoorden de Israëliten by tijts op te waken, eer Godt haer den vyant tot eenen roof over gaf: welcks haer soo sekerlick was nakende, als het gewis is, dat de leeuw wat gevangen heeft als hy brult.
margenoot5
Hebr. geven.
margenoot6
De minste ongelucken ende tegenspoeden worden door Godts voorsienigheyt geregeert. Daerom behoorden de Israëliten in allen desen op Godt te sien, met welcken sy te doen hadden, ende wiens netten ende stricken sy niet en souden konnen ontgaen, soo sy haer niet en bekeerden.
margenoot7
Ofte, strick der aerde, D. dat op de aerde geleyt ofte gestelt is.
margenoot8
Of, als het, T.w. strick.
margenoot9
Hebr. vangende niet sal gevangen hebben.
margenoot10
Ende ghy en ontsettet u niet over alle de dreygementen ende straf-predicatien, die ick u laet voordragen! Anders, tsitterende, ofte, haestelick aenkome, toeloope. Gelijck Hose. cap. 3. vers 5. ende cap. 11. vers 11.
margenoota
Iesa. cap. 45. vers 7. Thren. cap. 3. versen 37, 38.
margenoot11
Der straffe. Siet Genes. cap. 19. op vers 19. ende vergelijckt Iesa. 45.7.
margenoot12
De twee volgende verssen dienen tot verklaringe ende toepassinge van de voorgaende gelijckenissen.
margenoot13
Dat is, sijnen raet van bysondere oordeelen ende lantplagen.
margenoot14
Om sijn volck te voren te doen waerschouwen.
margenoot15
De Heere heeft sijnen toorn te kennen gegeven, ende sijnen knechten gelast daer van te propheteeren. Siet boven 1. vers 2. ende Hose. cap. 11. vers 10.
margenoot16
Hier geeft de Heere te kennen, dat Israëls boosheyt ende ondanckbaerheyt soo groot ende schandelick was, dat selfs de Heydensche natien, daer over, als Richters, geroepen zijnde, deselve souden verfoeijen, ende Godt in sijne straffen recht geven. Vergelijckt Micha 1.2, etc.
margenoot17
Dieder vele, dichte by den bergh, daer Samaria op lagh, in het Oosten, Noorden ende Zuyden gelegen waren: van waer men (om soo te spreken) als hooren ende sien konde, watter in Samaria omgingh.
margenoot18
Ofte, woelingen, rumoeren, disordren.
margenoot19
Vergel. Ier. 4. vers 22.
margenoot20
Verkregen door gewelt, overlast ende rooverije.
margenoot21
Een afgebroken reden, gelijck men ter tijt, wanneer de vyant onversiens ende haestelick aenkomt ende alles besett, pleeght te roepen; Vyant, vyant, over al, rontom. Of, verstaet daer op: sal der komen, ende hy sal, etc. T.w. Salmanassar de Koningh van Assyrien. Siet 2.Reg. 17.5, 6. ende vergel. Hose. 8.1.
margenoot22
Siet van sulcken gebruyck der Hebr. letter, Vau, voor, ende dat, selfs, Ier. 17. op vers 10. Ioël 2.12, 32, etc.
margenoot23
O Samaria.
margenoot24
Met dese gelijckenisse geeft Godt te verstaen, datter seer weynige, ende dat met groote swarigheyt ende perijckel, ontkomen sullen.
margenoot25
Het Hebreeusch woort wort hier alleenlick gevonden.
margenoot26
Dit verstaen sommige van de wellustige ende bancketteerende Israëliten, die sorghloos leefden ende Godts dreygementen van de aenstaende elenden in den wint sloegen. Siet onder 6. vers 4. Andere verstaen het van krancke, die te bedde mochten liggen, ofte de gene die sich hier ende daer in hoecken ende verborgene plaetsen mochten versteken, waer op de vyant in ’t moorden ende plunderen somtijts weynigh achts geeft, sulcks datse wel ontkomen.
margenoot27
Of, bed-stede.
margenoot28
Of, voet, in de zijde. Hebr. Demeschek, dat nergens meer in de Heylige Schrift gevonden wort. Sommige nemen ’t voor Dammeschek, D. Damascus, ende setten ’t over, in eene koetse van Damascus, ofte, eene Damascener, ofte, Syrische prachtige koetze.
margenoot29
Hier spreeckt Godt sijne Propheten ende de geloovige aen, dieder noch in Israël overigh waren.
margenoot30
Neffens het volck, sal ick alles wat sy tot afgoderije ende superstitie verordineert hebben, doen uytroeijen: al haer afgodisch tuygh ende gereetschap.
margenoot31
Siet Hose. cap. 4. vers 15. ende cap. 10. vers 15. met de aenteeckeninge.
margenoot32
Alles wat sy tot plaisier ende pracht gebouwt ende gebruyckt hebben, sal ick vernielen. Dit siet op de gewoonte der Grooten, die alomme in den lande schoone ende kostelicke vertreck ende lusthuysen, item Konincklicke palleysen, gebouwt hadden, om in den somer sonder belet van hitte, ende in den winter sonder belet van koude in allerley wellust onverhindert te bancketteeren. Vergel. Iudic. cap. 3. vers 20. Ierem. cap. 36. vers 22. met de aenteeck.
margenoot33
Siet 1.Reg. cap. 22. op vers 39.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken