Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (1657)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

ebook (11.10 MB)

XML (24.25 MB)

tekstbestand






Editeurs

Hans Beelen

Nicoline van der Sijs



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/theologie
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments

(1657)–Anoniem Statenbijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Het viij. Capittel.

1 Paulus stelt den Corintheren voor het exempel der gemeynten van Macedonien, die een milde hantreyckinge gedaen hadden voor de arme geloovige te Ierusalem. 6 ende verklaert dat hy Tito bevel gegeven hadde om dergelijcke oock by haer te bevoorderen. 9 Stelt oock haer voor het exempel Christi, die arm geworden is, om ons door sijne armoede rijck te maken. 10 ende vermaent haer nu wel te voleyndigen ’t gene sy over een jaer wel hadden begonnen. 13 Doch niet alsoo dat sy haer selven souden benauwen, om andere te verlichten, maer om uyt haren overvloet het gebreck der andere te vervullen. 15 gelijck in het versamelen van het manna geschiet was. 16 Betuyght voorder dat Titus om sulcks over te brengen tot haer gereyst was. 18 met noch een ander broeder die van de gemeynten daer toe was verkoren. 20 om alle opsprake voor te komen. 22 ende noch een derde, wiens getrouwigheyt nu meermaels was beproeft, soo wel by hem als by de gemeynten.

1

VOorts maken wy u bekent, broeders, Ga naar margenoot1 de genade Gods die Ga naar margenoot2 in de gemeynten van Macedonien gegeven is:

2

Dat in vele beproevinge der verdruckinge Ga naar margenoot3 de overvloet harer blijdtschap, ende Ga naar margenoot4 hare seer diepe armoede overvloedigh geweest is Ga naar margenoot5 tot den rijckdom harer Ga naar margenoot6 goetdadigheyt.

3

Want sy zijn na vermogen (ick betuyge het) ja boven vermogen gewilligh geweest.

4

Ga naar margenoota Ons met vele Ga naar margenoot7 vermaninge biddende dat wy wilden Ga naar margenoot8 aennemen Ga naar margenoot9 de gave ende Ga naar margenoot10 de gemeynschap deser bedieninge, die voor Ga naar margenoot11 de heylige [geschiet.]

5

Ende [deden] Ga naar margenoot12 niet [alleen] gelijck wy gehoopt hadden, maer Ga naar margenoot13 gaven haer selven eerst aen den Heere, ende [daer na] aen ons, door den wille Godts.

6

Alsoo dat wy Titum vermaenden, dat gelijck hy te voren Ga naar margenoot14 begonnen hadde, hy oock alsoo noch Ga naar margenoot15 dese gave by u Ga naar margenoot16 voleynden soude.

7

Soo dan gelijck ghy in alles overvloedigh zijt, in geloove, ende in woort, ende in kennisse, ende in alle neerstigheyt, ende in uwe liefde tot ons, [siet] dat ghy oock in dese gave overvloedigh zijt.

8

Ick en segge [dit] niet Ga naar margenoot17 [als] gebiedende, maer [als] Ga naar margenoot18 door de neerstigheyt van andere oock de oprechtigheyt uwer liefde beproevende.

9

Want ghy wetet de genade onses Heeren Iesu Christi, Ga naar margenootb dat hy om uwent wille Ga naar margenoot19 is arm geworden, Ga naar margenoot20 daer hy rijck was, op dat ghy door sijne armoede soudet Ga naar margenoot21 rijck worden.

10

Ende Ga naar margenoot22 ick segge in desen [mijne] meyninge. Want dit is u oorbaer, als die niet alleen het doen, maer oock Ga naar margenoot23 het willen van over een jaer te voren hebt begonnen.

11

Maer nu voleyndight oock het doen: op dat gelijck als’er geweest is de volveerdigheyt des gemoedts om te willen, daer oock alsoo zy het voleyndigen Ga naar margenoot24 uyt het gene dat ghy hebt.

12

Ga naar margenootc Want indien te voren de volveerdigheyt des gemoedts daer is, Ga naar margenootd soo is yemant Ga naar margenoot25 aengenaem na het gene dat hy heeft, niet na het gene dat hy niet en heeft.

13

Want [dit en segge ick] niet op dat andere souden verlichtinge hebben, ende ghy Ga naar margenoot26 verdruckinge:

14

Maer [op dat] uyt gelijckheyt, in de-

[Folio 99r]
[fol. 99r]

sen tegenwoordigen tijt, uwen overvloet [zy] om haer gebreck [te vervullen:] Ga naar margenoot27 op dat oock haren overvloet zy om uw’ gebreck [te vervullen,] Ga naar margenoot28 op datter gelijckheyt worde.

15

Gelijck Ga naar margenoot29 geschreven is, Ga naar margenoote Die veel [versamelt hadde,] en hadde niet over: ende die weynigh [versamelt hadde], en hadde niet te weynigh.

16

Doch Gode zy danck, die Ga naar margenoot30 deselve neerstigheyt voor u in het herte Titi gegeven heeft,

17

Dat hy de vermaninge heeft aengenomen, ende seer neerstigh zijnde gewilligh tot u Ga naar margenoot31 gereyst is.

18

Ende wy hebben oock met hem gesonden Ga naar margenoot32 den broeder, die lof heeft in den Euangelio door alle de gemeynten.

19

Ende dat niet alleen, maer hy is oock Ga naar margenoot33 van de gemeynten verkoren om met ons te reysen Ga naar margenoot34 met dese gave, die van ons bedient wort tot de heerlickheyt des Heeren selve, ende Ga naar margenoot35 de volveerdigheyt uwes gemoedts.

20

Ga naar margenoot36 Dit verhoedende, dat ons niemant en moge Ga naar margenoot37 lasteren in desen overvloet, die van ons wort bedient:

21

Ga naar margenootf Als die besorgen het gene eerlick is, niet alleen voor den Heere, maer oock voor de menschen.

22

Wy hebben oock met haer gesonden Ga naar margenoot38 onsen broeder, welcken wy in vele dingen dickmael beproeft hebben dat hy neerstigh is: ende nu veel neerstiger door het groot vertrouwen Ga naar margenoot39 dat [hy heeft] tot u-lieden.

23

Het zy [dan] Ga naar margenoot40 Titus, hy is mijn medegesel, ende mede-arbeyder by u: het zy Ga naar margenoot41 onse broeders, sy zijn Ga naar margenoot42 afgesanten der gemeynten, [ende] Ga naar margenoot43 een eere Christi.

24

Bewijst dan aen haer de bewijsinge uwer liefde, ende onses roems van u, oock Ga naar margenoot44 voor het aengesicht der gemeynten.

margenoot1
D. de weldadigheyt door de genade Godts, die hare herten beweeght heeft om soo milden hantreyckinge te doen aen de arme te Ierusalem, gelijck het volgende vers verklaert.
margenoot2
Ofte, door.
margenoot3
Namel. spruytende uyt het geloove in Christum, niet tegenstaende alle verdruckinge. siet Rom. cap. 5. vers 3.
margenoot4
Dat is, hoewel sy door de groote verdruckingen tot de uyterste armoede schenen gekomen te zijn, nochtans zijn sy overvloedigh geweest in het geven.
margenoot5
D. tot overvloedige mildigheyt, gelijck het volgende vers uytwijst.
margenoot6
Ofte, eenvoudigheyt, oprechtigheyt, namelick, in het geven.
margenoota
Actor. 11.29. Rom. 15.26. 1.Cor. 16.2. 2.Cor. 9.1.
margenoot7
Ofte, vertroostinge.
margenoot8
Dat is, op ons nemen.
margenoot9
Gr. de genade, dat is, de goetwillige gave.
margenoot10
D. de sorge om die collecte wel te bestellen, ende te rechter hant te doen komen, als een teecken van hare gemeynschap met deselve.
margenoot11
Nam. te Ierusalem. siet 1.Cor. 16. versen 3, 4. Rom. 15. vers 26.
margenoot12
D. deden meer als wy gehoopt ofte verwacht hadden.
margenoot13
Nam. noch vlijtelicker ende overvloediger.
margenoot14
Namel. u-lieden tot alle geestelicke deughden te verwecken, gelijck in het volgende vers verklaert wort.
margenoot15
Gr. genade, D. dese gifte der weldadigheyt, gelijck versen 1, 7, 19.
margenoot16
D. tot een goet eynde soude brengen.
margenoot17
Gr. na bevel.
margenoot18
D. door ’t exempel der neerstigheyt ende mildigheyt van de gemeynten in Macedonien.
margenootb
Luce 9.58.
margenoot19
Namelick, wanneer hy hemselven heeft vernietight, de gedaente eenes dienstknechts aennemende, Philip. cap. 2. vers 5, etc.
margenoot20
Namelick, een heere van alle dingen. Siet Hebr. cap. 1.vers 2.
margenoot21
Dat is, aller sijner geestelicke ende hemelsche goederen deelachtigh worden, 1.Corinth. cap. 1. vers 30.
margenoot22
Gr. ick geve: gelijck 1.Cor. 7.25.
margenoot23
Dat is, het doen met vlijtigheyt ende gewilligheyt: Want dat is meer als alleen willen, ofte alleen doen.
margenoot24
Dat is, na de mate van het gene dat ghy hebt.
margenootc
Marc. 12.43. Luce 21.3.
margenootd
Prov. 3.28. 1.Petr. 4.10.
margenoot25
Namelick, Gode, in het uytdeelen van sijne gaven. Siet Marc. cap. 12. vers 43. 2.Corinth. cap. 9. vers 7.
margenoot26
Dat is, op dat andere souden overvloet door uwe gaven verkrijgen, ende ghy gebreck hebben, ofte u te seer benauwen.
margenoot27
Namelick, wannneer ghy in den tijt der vervolginge, ofte andersins, hare hulpe oock soudt mogen van doen hebben. Andere nemen het van den overvloet der geestelicke gaven, die die van Ierusalem den Heydenen te vlijtelicker ende te bequamer souden mededeelen, wanneer sy om den tijtlicken leeftocht haer niet en souden moeten bekommeren.
margenoot28
Namelick, in het geven ofte ontfangen na den noot ende overvloet van een yeder. Ofte, op dat het een lidt niet te seer en overvloeije, ende het ander niet te benauwt en zy: het welck met het volgende vers wel soo wel over een komt.
margenoot29
Nam. Exod. 16. vers 18. in het versamelen van het manna. Want die veel versamelt hadden, en namen daer uyt maer elck een gomer tot haren leeftocht, die weynigh, vervulden dat selve gomer uyt het gene van andere versamelt was, dat yemant meer t’huys bracht, verderf ende gingh verloren.
margenoote
Exod. 16.18.
margenoot30
D. dese sorghvuldigheyt om u oock hier toe te vermanen ende bewegen, gelijck het volgende vers verklaert.
margenoot31
Gr. uytgegaen.
margenoot32
Desen meynen vele oude Leeraers dat Lucas soude geweest zijn, die het Euangelium Christi beschreven heeft: maer alsoo hier niet van het Euangelium te beschrijven, maer van het selve te prediken, gesproken wort, soo is dat onseker: gelijck oock dat het Barnabas soude zijn.
margenoot33
Het Griecks woort beteeckent eygentlick eene verkiesinge die met opstekinge ofte uytreyckinge der handen geschiet: alsoo dat Paulus niet alleen selve desen hier toe en hadde geordineert, maer oock de gemeynten van Macedonien. Siet van dit woort oock Actor. cap. 14. vers 23.
margenoot34
Dat is, weldaet, gifte, weldadige hantreyckinge, gelijck meermaels te voren.
margenoot35
Dat is, tot een bewijs van uwe goetwilligheyt ende mildadigheyt.
margenoot36
Namelick, door het byvoegen van andere, die desen last nevens ons hebben aengenomen, gelijck het volgende verklaert
margenoot37
Ofte, berispen, met quaet achterdencken beswaren, soo wy soodanige overvloedige aelmoesse alleen hadden over gebracht, het welck van de valsche Apostelen, ende andere vyanden des Euangeliums, lichtelick hadde konnen geschieden.
margenootf
Rom. 12.17.
margenoot38
Dese meynen sommige dat Apollos geweest soude zijn. Doch is oock onseker.
margenoot39
Ofte, dat wy hebben.
margenoot40
Gr. van Titus, dat is, wil men weten wie Titus is.
margenoot41
Namelick, die van de gemeynten van Macedonien nevens Titum hier toe zijn verkoren, waer van hy gesproken hadde versen 18, 22.
margenoot42
Gr. Apostelen, gelijck dit woort oock voor allerley Leeraers ende Gesanten somwijlen genomen wort. Siet Rom. cap. 16. vers 7.
margenoot43
Gr. een heerlickheyt Christi, Dat is, sulcke persoonen waer door de eere Christi sonderlinge wort gevoordert.
margenoot44
Dat is, als die tot getuygen van dese uwe liefde ende weldadigheyt sult hebben alle de gemeynten die daer van kennisse sullen krijgen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken