Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze Taal. Jaargang 76 (2007)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze Taal. Jaargang 76
Afbeelding van Onze Taal. Jaargang 76Toon afbeelding van titelpagina van Onze Taal. Jaargang 76

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.80 MB)

ebook (25.87 MB)

XML (1.73 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze Taal. Jaargang 76

(2007)– [tijdschrift] Onze Taal–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 260]
[p. 260]

Reacties

Zelfvervuller of niet?
Sophia Pauk - student wijsbegeerte, Leiden

In het artikel ‘Vet, elfletterig en faut’ in het juli/augustusnummer bespreekt Lex van Boetzelaer een aantal zogenoemde zelfvervullers: ‘woorden die zelf de eigenschap bezitten waarnaar ze verwijzen’. In de taalkunde bestaat er een officiële term voor zelfvervullend in deze betekenis: autologisch. Deze aanduiding, evenals het tegengestelde heterologisch, miste ik in het artikel.

Ik wil in dit verband wijzen op de zogenoemde paradox van Grelling. Is het woord heterologisch nu heterologisch of autologisch? Als heterologisch heterologisch is, dan beschrijft het zichzelf en is het woord per definitie autologisch. Maar als heterologisch autologisch is, dan beschrijft het zichzelf niet, en is het woord dus per definitie heterologisch.

Textielcamping
Jan van den Ende - Brielle

Matthijs de Winter gaat in het juli/augustusnummer in op de taal van de kampeerder, in het artikel ‘Ligt je tentluier wel goed, buurman?’ Hij noemt daarin onder meer textielcamping als onder naturisten gebruikte term voor niet-naturistische campings. Wellicht is ook de uitdrukking die hiervoor bij ons (en onze naturistische kennissen) al jaren in gebruik is, het vermelden waard: klerecamping. De etymologie zal duidelijk zijn.

Hiaatdelger
Omer Vandeputte - Marke-Kortrijk

De n als hiaatdelger in ‘speelde-n-een’, die in de antwoorden van de Taaltest van juli/augustus toegelicht wordt (‘taalkundige term voor een extra medeklinker die tussen twee klinkers wordt uitgesproken’), doet mij denken aan soortgelijke verschijnselen in andere talen. Het Frans zegt bijvoorbeeld ‘elle marche’ (‘zij loopt’), maar ‘marche-t-elle?’ (‘loopt zij?’). En in het Engels hoor je ‘China-r-and Europe’.

Paardenoog
H.W.M. Op den Camp - Geleen

Henk Spaan signaleert in de juli/augustusaflevering van zijn column dat in het Vlaamse Lier een spiegelei ‘paardenoog’ wordt genoemd. Hij begrijpt niet goed waarom dat zo is.

Ik ben in de jaren 1948-1949 als militair in Indonesië geweest. Een van de weinige Maleise woorden die ik uit die tijd heb onthouden, is mata sapi voor ‘spiegelei’; letterlijk betekent het ‘koeienoog’. Ik vind dit nog niet zo gek, want zo'n glimmend koeienoog heeft toch wel iets van een spiegelei - en een paardenoog waarschijnlijk ook.

Tatjespap
R. Pot - Amsterdam

In zijn column over Vlaamse culinaire termen (Onze Taal juli/augustus) heeft Henk Spaan het over het gerecht ‘taartjespap’ (aardappelpuree met karnemelk en zuring, in het Vlaams ‘zurkel’), maar wat hij bedoelt is ‘tatjespap’, afgeleid van patatjes, volgens Louis Paul Boon in Eten op zijn Vlaams (1972).

Oranje boven [1]: gebroeders De Witt
Jeroen van Leeuwen - Praag



illustratie
Standbeeld van de gebroeders De Witt in Dordrecht.
Foto: Wikimedia Commons


Riemer Reinsma citeert aan het eind van zijn stukje over de uitroep Oranje boven! (Onze Taal juli/augustus) een pamflet uit het rampjaar 1672: ‘Oranje boven, wit onder...’ Hij suggereert vervolgens dat ‘wit’ hier het symbool van de capitulatie is, maar dat is niet juist. Het woord wit verwijst hier naar de gebroeders De Witt, de politieke tegenstanders van de Prins van Oranje, die door het publiek verantwoordelijk werden gehouden voor de situatie waarin de Republiek zich in 1672 bevond. De historicus Luc Panhuysen schrijft in zijn boek De ware vrijheid. De levens van Johan en Cornelis de Witt (2005): ‘Even later wapperden twee wimpels van de toren van de Grote Kerk, boven aan de stok een oranje, eronder een witte. “Oranje boven de Witten onder, wie het anders meent die slaat de donder”, klonk het nu overal.’

Oranje boven [2]: wit staat voor ‘Frankrijk’
Jaap Engelsman - Amsterdam

Riemer Reinsma schrijft over de uitroep ‘Oranje boven, wit onder...’: ‘“Wit” was hier blijkbaar het symbool van de capitulatie (denk aan de witte vlag).’ Dit lijkt mij inhoudelijk niet logisch. Misschien heb ik een oplossing. Mijn encyclopedische Larousse vermeldt onder de historische betekenissen van blanc: ‘Blanc national, couleur nationale et royale de la France d'Ancien Régime.’ De Franse heraldieke kleur zou dan staan voor alle tegenstanders van de Republiek.

Zelfmoord
B.H.C. Panis - Knokke-Heist

Onlangs maakten Puck Kooij (‘Taalergernissen’ aprilnummer) en A. van Herk (‘Taalergernissen’ juli/augustus) ons deelgenoot van hun ergernis over het gebruik van het woord zelfmoord, dat door zelfdoding of suïcide vervangen zou moeten worden. Naar mijn idee is dit het zoveelste voorbeeld van taalverminking, en ook nog om de verkeerde redenen.

Moord is weliswaar een negatieve term, maar bij zelfmoord heb ik die associatie niet. Bovendien, als ik deze wel had, dan zou ik zelfdoding in dezelfde categorie plaatsen, want ook doden heeft geen positieve of neutrale betekenis (zelfs niet in de uitdrukking de tijd doden). Hetzelfde geldt voor het door Van Herk verfoeide abortus plegen. Plegen roept bij mij geenszins de associatie op met misdaad. Wat gedacht van een goede daad plegen? Kortom, associaties zijn vaak persoonlijk, soms ook universeel, maar je verandert ze niet door allerlei eufemismen in te voeren. Het wachten is dan op de eerste misnoegde taalgebruiker die van zelfdoding eigenlevensbeëindiging wil maken.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken