Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Tijdschrift van het Willems-Fonds. Jaargang 5 (1900)

Informatie terzijde

Titelpagina van Tijdschrift van het Willems-Fonds. Jaargang 5
Afbeelding van Tijdschrift van het Willems-Fonds. Jaargang 5Toon afbeelding van titelpagina van Tijdschrift van het Willems-Fonds. Jaargang 5

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.86 MB)

Scans (603.83 MB)

ebook (4.33 MB)

XML (1.43 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Tijdschrift van het Willems-Fonds. Jaargang 5

(1900)– [tijdschrift] Tijdschrift van het Willems-Fonds–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 98]
[p. 98]

Boekbeoordeeling.

Leiddraad tot de studie van de Geschiedenis der Nederlandsche Letterkunde, door Alb. Bielen, met eene voorrede van Prof. Joz. Vercoullie. - Tongeren: A. Demarteau, uitgever, Hasseltsche straat, 21. - Gr. 8°, 104 blz. Prijs, 2 fr.

Eene blijde verrassing was het ons, pas twee jaar na de eerste uitgave, op een nieuwen druk vergast te worden, die de - voor den schrijver zeer vereerende - melding draagt, dat de eerste ‘door den Verbeteringsraad voor het Middelbaar onderwijs werd goedgekeurd.’ Even gepast had er ook het geijkte ‘aanzienlijk vermeerderd en verbeterd’ mogen nevens prijken; want het werk heeft in hoeveelheid en in hoedanigheid der behandelde stof aanzienlijk gewonnen.

Eene enkele vergelijking tusschen de twee uitgaven moge volstaan, om hetzelve te bewijzen:

Waar de heer Bielen zich in den eersten druk bepaalde tot het bloot opgeven der oudste voortbrengselen onzer Letterkunde, deelt hij thans den korten inhoud eeniger aloude gewrochten mede, zooals het Hildebrandslied, het Nevelingenlied, Goedroen, Caerle ende Elegast, Floris ende Blancefloer, Beatrijs,,en laat ze van eene bondige ontleding of toelichting vergezeld gaan.

De indeeling der Sagenkringen heeft hij gewijzigd en van vier op vijf gebracht, door de bijvoeging van een gansch nieuw hoofdstuk, nl. de Oostersche romans, mitsgaders talrijke aanmerkingen en verbeteringen bij en aan de stof der overige kapittels.

Niet minder waarde hebben de talrijke voetnota's die den lezer naar meer speciale werken verzenden.

[pagina 99]
[p. 99]

Bleven de hoofdstukken over de Didaktiek, de Rederijkerspoëzie en het ‘Derde tijdvak’ onzer letterkundige geschiedenis vrij wel onveranderd, het ‘Vierde tijdvak,’ integendeel, en vooral de ‘Nieuwere Letterkunde,’ werden bijna volledig omgewerkt; eenige figuren, waarover het oordeel der critiek thans gevestigd heeten mag, doen zich nog in hun oud pakje voor; doch ettelijke andere steken gansch in 't nieuw - en velen hebben erbij gewonnen!

Dat is het geval, in min of meer bescheiden mate, voor Bilderdijk, Staring, Van Duyse, Dautzenberg, Van Beers, De Cort, Vuylsteke, Gezelle, Sleeckx vooral, de gezusters Loveling, Hiel, Lod. De Koninck, Am. De Vos, Antheunis (heel bijgevoegd), Hilda Ram (id.), R. Styns (id.), A. Hegenscheidt en H. Melis (id.).

Niet minder talrijk - en gelukkig, onzes dunkens, - zijn de gewijzigde oordeelvellingen omtrent de leiders der ‘Nieuwe School’ in het Noorden: Verwij, Van Eeden, Kloos, Couperus; alsmede de gansch nieuwe §§ en aanteekeningen over Johanna van Woude, Werumeus Buning, Seipgens, Soera Rana, Louisa Stratenus, Catharina Thym, Anna de Savornin-Lohman, Heering, Beunke, enz.

Vermelden wij eindelijk, op het einde des boeks, eene zeer practische en aanschouwelike chronologische tafel van de Geschiedenis onzer Letteren, in verband gebracht met de hoofdfeiten van de politieke geschiedenis der Nederlanden.

Zoo de stof van het geheele werk - wat de schrijver overigens gereedelijk bekent - uit handboeken van Jonckbloet te Winkel, ten Brink, Everts, Hofdijk e.a. geput werd, de vorm, integendeel, en vooral de wijze om de stof samen te vatten en vervolgens aan 't verstand der leerlingen te brengen, behoort den heer Bielen persoonlijk. En daarin ligt de groote verdienste van het boek: 't is niet moeilijk, immers, veel te zeggen, als men véél te zeggen weet; maar 't wordt een heele kunst hetgeen men weet tot zijn geringsten omvang samen te duwen en tevens voor den lezer begrijpelijk te maken.

[pagina 100]
[p. 100]

Daarin is de heer Bielen uitstekend gelukt. Professor Vercoullie stipt het met genoegen in zijne voorede aan en wenscht het werk den bijval, welken het zoo ruimschoots verdient. Zou de recensent dan iets minder durven zeggen, als de schrijver zich in zulke gezaghebbende getuigenis verheugen mag?

Vergeten wij, ten slotte, den uitgever niet: nette druk, schoone letter en kloek papier winnen hem een pluimpje!

M. Verkest.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over Leidraad tot de studie van de geschiedenis der Nederlandsche letterkunde


auteurs

  • Medard Verkest