Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1782 (1782)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1782
Afbeelding van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1782Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1782

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.36 MB)

Scans (40.38 MB)

ebook (4.40 MB)

XML (3.44 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1782

(1782)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

De ryke man.
Oostersche Vertelling.

(Naar het Fransch van Madame de la fite.)

 

Een ryk Man, welke den naam van zuta-zarakGa naar voetnoot(*) droeg, en deezen naam verdiende te draagen, was, door erfopvolging, bezitter van tien mylen gronds in den omtrek; elk noemde hem den ryken Man, en hy bezat alles, wat zyn hart verlangen konde. Het Kasteel, waarin hy zich ter woon nederzette, was op eene verheven rots gebouwd; en de tooren, dien zyne voorvaderen hadden doen oprigten, reikte tot aan de Wolken. In 't middelpunt zyner bezittingen geplaatst, konde hy, met een opslag van 't oog, 'er de helft van overzien. Geen

[pagina 293]
[p. 293]

dag ging 'er voorby, of hy beklom zynen tooren, en van daar liet hy zyn oog gaan over zyne kudden en zyne Slaaven. Deezen arbeid bespiedde hy; en, wen een hunner slegts één oogenblik van zyn werk uitrustte, geraakte hy als van zichzelven, en zyne gramschap kende geene paalen meer.

Vyftig geesselslagen, door eene woedende hand toegebragt, was de straf der geringste mispas, en hy zelf! hy zelf! schepte vermaak in ze toe te deelen. Welk een gedrogt was zulk een Sterveling! - Maar gy, ô myn God! zyt regtvaardig! - Zuta-zarak, die op een zacht dons van zyne vermoeidheid kon uitrusten; die uit Uwe handen tien mylen gronds ontvangen hadt, en een aantal van menschen welken hem voor hunnen Meester erkenden, en wien hy weigerde een Vader te zyn; - Zuta-zarak wierd eensslags van zyn gezigt beroofd. Ondertusschen beklom hy noch al zynen tooren, en voerde daar met zich, behalven de kwelling zyner blindheid, nog den spyt van niet langer zyner Slaaven beul te kunnen zyn. O God! gy zyt regtvaardig: geduurende eene reeks van twintig jaaren kon geene vreugde zich eenigen toegang tot zyn hart baanen. Alle bronnen van vermaak verleenden hem geen enkelen droppel; ze waren voor hem toegestopt. Alle de dagen die hy leefde, indien zulk een bestaan den naam van leven verdiene, kende hy noch gezondheid, noch vrede in zyn binnenste. Hy dronk steeds uit zyne goudene Schaalen de vrugt des zweets, dat van zyner Slaaven aanzicht afdroop; dan, knaagende Smerten verscheurden zyn ingewand. Nimmer weêrgalmde, of zyne wooning, of zyn tooren, van gewyde liederen, die zyne onschuldige en Godvrugtige Slaaven tot uwen troon, ô Schepper! deeden opryzen; en hy genoot den zoeten slaap niet, die den arbeid des Slaafs, nu van zyn tirannisch toezicht bevryd, vergoedde. O! myn God! gy zyt regtvaardig; ik wil het aan alle Uwe Schepselen verkondigen; want zuta-zarak, terwyl hy zich alléén op den hoogsten top des toorens bevond, wierd door een Bliksem, die van Uwe hand uitging, getroffen, en eensklaps voor de voeten zyner Slaaven neêrgestort. Zy schieten in menigte toe, omringen, beklaagen hem, en zenden tot U dit gebed op: ‘Ach! dat de Bliksem, regtvaardig God! zyne ziel geraakt, en in eene betere ziel hervormd hadde.’ Zoo luidde hun gebed. O! mensch, 't is beter in deeze wereld, door God geschaapen, een Slaaf te zyn, als deeze waren, dan met de ziel van eenen zuta-zarak meester van duizend Slaaven te weezen. O! mensch, zo uwe ziel ryk in deugden is, en gy gezondheid geniet, benyd dan eenen zuta-zarak zyn lot niet; daar hy een gedrogt onder de menschen was.

n.

voetnoot(*)
Dat is, ‘die den geessel voert.’

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken