Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804 (1804)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804
Afbeelding van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.97 MB)

Scans (43.09 MB)

XML (3.60 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804

(1804)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 256]
[p. 256]

Leven, daden en uiteinde van den beruchten Roover Johannes Bukler, bygenaamd Schinderhannes. Eene Gauwdiefs-Geschiedenis, getrokken uit de Crimineele Procedures van het lyfstraffelyk Geregt te Mentz. Benevens de kenmerkende beschryving (Signalementen) van de meeste leden der bende van Schinderhannes, en verscheiden leden van de nog bestaande Nederlandsche Rooversbende, ten gebruike van alle Policybedienden en ambtenaren by de Lyfstraffelyke Regtbanken. Uit het Hoogduitsch vertaald. Te Groningen en Amsterdam, by W. Wouters en J.F. Nieman, 1804. In 8vo. 169 bl.

Uit de berigten, aangaande deezen booswigt, in de Nieuwspapieren voorhanden, uit den ophef (mogen wy het zoo noemen?) omtrent hem gemaakt, uit eenige mondelinge vertellingen daarenboven, hadden wy ons verbeeld, in johannes bukler, alias schinderhannes, in dit leevensverhaal, een persoon te zullen aantreffen, die met lichaamssterkte eene meer dan gewoone maate van verstand en vernuft paarde; die deeze edele zielsbegaafdheden misbruikte, om door eene soort van beredeneerd overleg, door kunstig en listig bedrog, in 's naasten erf zyne roofzieke handen te slaan; en dan alleen door openbaar geweld na zyn doel streefde, wanneer hy, tot het bereiken daar van, langs een meer bedekten weg, geen open zag. Van dusdanige boosdoeners levert, helaas! de Geschiedenis niet dan te veele voorbeelden op, te gevaarlyker, misschien, in de menschlyke zamenleeving, naar maate het, om in derzelver strikken niet te vallen, dikmaals bezwaarlyker is. Niets van dat alles hebben wy in schinderhannes ontmoet; geen enkelen trek, daarenboven, van die soort van edelmoedigheid, welke, in de verhaalen van berugte Roovers, ons meermaalen voorkwam. Een man des gewelds, des roofs en des moords; een vagebond door land, en stad, en dorp; een onverlaat, die, niet als een hoofdaanvoerder, maar als medgezel van een uitvaagzel van 't menschdom, hem gelyk, door loutere lichaamssterkte in de stille wooningen van niets kwaads vermoedenden zich den toegang baande, of in het bloed van onschuldige natuurgenooten zyne roof- en moordzieke handen verfde: als zodanig staat de aterling hier geteekend, die, tot heil van 't menschdom, in eenen nog geen drieëntwintigjaarigen ouderdom, in de handen des scherpregters, van zyn afschuwelyk leeven het welverdiende einde vondt. In de onderstelling van ginds of elders eenige trekken van vernuft, die, hoewel kwalyk aangewend, immers eenige opmerking verdienen, te zullen aantreffen, hebben wy het schandverhaal doorleezen; doch vonden telkens ons te leur gesteld. Het eenig genoegen, van die lektuure geraapt, was, dat wy, in gevolge der taake, op ons genomen, dezelve ten einde gebragt

[pagina 257]
[p. 257]

hadden. Voor den ophef, door den Schryver van de heilzaame strekkinge zyns Werks, ter uitrooijinge van het Rooversrot, gemaakt, kunnen wy niet veel gronds vinden. Als een daar toe beter berekend middel zouden wy eene talryke gewapende bende ruiters en soldaaten aanzien. Nog ééne aanmerking. Met reden klaagt men, dat voortreffelyke Hoogduitsche Werken, om dezelve in de Nederduitsche taal over te brengen, dikmaals in zeer onbevoegde handen vallen. Ten aanzien van den Vertaaler, welke hier zyne pen heeft geleend, was dit het geval niet. Uit 's Mans taal en styl te oordeelen, bezit hy de noodige vereischten, om op vrugten, in Hoogduitschen grond gewassen, zyne Landgenooten aangenaam te onthaalen. Wy hoopen, indien hy het vertaalen aan de hand houde, dat hy, voortaan, eene gelukkiger keuze doen zal.

In het Voorberigt meldt de Schryver, dat een verhaal van het gedrag van schinderhannes en zyner medepligtigen by het geregtelyk verhoor, geduurende den tyd hunner gevangenisse, en by hunne veroordeeling, alsmede de belangryke Anekdoten, die uit de getuigenis der geenen, welken zy hadden beftolen, genomen zyn, in het Tweede Deel zullen volgen. 't Kan zyn, dat dit een en ander iet veräangenaamends ter leezinge zal aan de hand geeven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken