Muziek en Mens
For one another, though dissimular
Het houdt geen laatdunkende geringschatting in vast te stellen dat het muziekwetenschappelijk arbeidsveld in ons land zich hoofdzakelijk beperkt tot problemen, die de muziekhistorische gebiedsverkenning niet te buiten gaan.
In de mate dat de muziekwetenschappelijke metodiek wordt aangewend om de kennis van het eigenlandse aandeel in de universele muziekgeschiedenis te verdiepen, is die activiteit beslist verdienstelijk te noemen. België is trouwens met enkele muziekhistorici van naam eervol vertegenwoordigd in de internationale academie van de musicologie.
Tot zovele gebieden echter, die buiten het veld van de muziekhistoriografie liggen en die zeker niet minder belangrijk zijn bij de studie van de muziek als verschijnsel: de muziekfilosofie, de muzieksociologie, de muziekestetiek, daargelaten dan nog het systematisch onderzoek van de natuurwetenschappelijke aspecten van de muziek, de fysiologische, de psychologische, etc., voelen onze musicologen zich minder of in het geheel niet aangetrokken.
‘De muziekwetenschap in de meest uitgebreide zin des woords is eer een faculteit dan een vak. Zij verenigt in zich zovele ver uiteenlopende disciplines dat deze onmogelijk door één persoon kunnen worden gegeven’, zei Dr. K.Ph. Bernet Kempers in 1937 in zijn rede bij het aanvaarden van het ambt van lector