De Springers
Kort verhaal
Er is ook nog iets anders.
Iets wat verder weg is, net even buiten het ons bereikbare gestationeerd is, en een toevluchtsoord kan zijn in speciale gevallen.
En het lijkt er nu op, dat het speciale gaat gebeuren, of althans kan gaan gebeuren.
De geleerden weten het te goed.
Alles is in onrust. De mensen lopen door elkaar, er wordt druk geconfereerd en de kranten staan elke dag vol van de vorderingen (zijn het wel vorderingen?) die zogenaamd geboekt worden op dit levensbelangrijke gebied.
De wereld hangt er van af.
Maar ze schieten niet op.
Daarom is dit het bijzondere.
Het bijzondere waarin we zullen moeten vluchten naar ons speciale toevluchtsoord.
Het is echter moeilijk te bereiken.
Je moet er eigenlijk een stapje voor buiten de deur doen. De deur van de aarde wel te verstaan. Voor velen is die stap moeilijk, de deur van de aarde kunnen ze niet vinden, hun voeten durven ze niet te verzetten en springen gaat helemaal niet.
En toch is springen het belangrijkste.
Om het veilige te bereiken moet je namelijk een sprong wagen.
Niet alleen een lichamelijke maar ook een geestelijke. En die laatste is het die de mensen niet op kunnen brengen. Behalve dan degenen die ingewijd zijn, die zichzelf ingewijd hebben, opgewerkt hebben tot die hoogte vanwaar de sprong mogelijk wordt, vanwaar de gedachten het juiste platvorm vormen om je van af te kunnen zetten. Het ligt uiteraard aan je capaciteiten, hoe je er tegenover staat en in hoeverre je erin gelooft.
Daarom is het voor sommigen een stap, voor anderen een grote sprong.
Er is nu dus een reden gekomen.
Er is opschudding.
Op de straten wordt samengeschoold. Er is geen verbod uitgevaardigd hoewel dat misschien beter wél zou kunnen.
De mensen jagen elkaar namelijk op. De waarheid begint tot ze door te dringen. Ze weten nu dat ze al te lang bedot zijn geweest.
Hun tongen komen nu los door de angst, door de geruchten ook.
De kranten, die nog steeds vol staan maar niet met vorderingen werken er ook aan mee.
En de atmosfeer op de conferenties wordt steeds meer gespannen, terwijl de woorden die vallen steeds nietszeggender worden.
Er zijn al afgevaardigden die elkaar openlijk beledigen.
Mensen, eerbiedwaardige diplomaten, die normaal met elkaar dineren en naar de schouwburgvoorstellingen gaan, geraken onder de druk in de met groen fluweel gevoerde zalen hun beheersing over hun diplomatie kwijt en laten zich gaan. Het is hun niet kwalijk te nemen.
Ook zij staan onder een druk, die misschien nog wel ondraaglijker en onmenselijker is dan van de toeschouwers over de hele wereld, omdat zji dichter bij de ontknoping van het lot zitten dan ieder ander.
En de oorzaak van het alles is nog niet genoemd. Wordt uit allerlei overwegingen niet genoemd, uit diplomatie, zelfbedotting en een heleboel andere redenen niet.
Men heeft er een heel stel eufemismen voor gevonden en synoniemen, die het allemaal afzwakken, vergoelijken en omschrijven maar zijn ware gedaante niet helemaal tonen of sluierend verbergen.
(Er zijn bijna zoveel eufemismen en synoniemen gevonden, dat de conferenties wel op congressen van taalkunstenaars begonnen te lijken in plaats van hooggeplaatste mensen, die over het lot moeten beslissen).
Maar noch deze confereerders, deze beslissers over de laatste jaren of dagen, noch het overgrote deel van de mensen die op straat elkaar aanspreken, achter hun papieren informaties hun spreek- en beeldbuizen de ontwikkelingen met niet begrijpende angstgevoelens opzuigen, weten waar het nieuwe oord is.
Ze zouden er dan ook heel ver voor moeten gaan om het te kunnen vinden.
Niet over normale wegen, niet reizend met het steeds minder efficiënt werkende openbare vervoer. (volgens rapporten hierover uitgebracht komt dit door de vermindering van het verantwoordelijkheidsgevoel bij het uitvoerende personeel. Waarschijnlijk wordt dit veroorzaakt door de angst die in de atmosfeer hangt als hardnekkige mist tussen het prikkeldraad in de weilanden).
Een heel klein deel slechts.
Een paar mensen die ingewijd zijn, die door jarenlange onderlinge verbintenis het geheim hebben ontdekt, weliswaar allen afzonderlijk en per ‘toeval’.
Dit kleine groepje heeft voortdurend met het geheim geleefd, het bewust bij zich willen hebben en is daardoor nu in een bevoorrechte positie geraakt.
Zij zijn de enigen die de route hebben opgekregen. Zij alleen maar heb-