Politiek
Begrip en erbarmen
JOS DE MAN
Roeselare 31.3.1933
Doctor in de Rechten
Rijksuniversiteit Gent.
Journalist. Benelux Journalistenprijs 1966. Onlangs teruggekeerd van een rondreis in Griekenland, waarover hij relaas uitbracht in Het Laatste Nieuws en De Nieuwe Gazet.
‘...laten wij de dictators de eer geven die hen toekomt; sommigen onder hen zijn bijna zo deugdzaam als Satan.’
Wanneer Aldous Huxley met deze woorden van ‘After many a summer’ de absolute heersers op de spits van een schitterende paradox vangt, en ze daar even laat spartelen, heeft de lezer weer eens de ontmoedigende indruk dat elke waardenschaal vervalst is.
Want Huxley verwijst meer bepaald naar de Satan van Milton: ‘Dapper, sterk, grootmoedig, trouw, voorzichtig, matig, zichzelf opofferend’.
Zijn besluit: je kan al de deugden hebben en een door en door slecht man zijn. Alle deugden, behalve dan de enige twee waar het werkelijk op aankomt: begrip en erbarmen.
Nu is het bijzonder hachelijk de gewezen kolonels die in Griekenland de kazernetucht hebben ingesteld met de bovenmenselijke drager van het kwaad te vergelijken.
Toch gaat zo'n ekwatie op, als men maar de verhoudingen in acht neemt.
Papadopoulos en zijn collega's sabelslepers zijn ook allemaal erg deugdzaam.
Zijn de kwaliteiten van Satan van een hogere orde, dan spreiden de junta-leden de deugdzaamheid van schoolmeesters en onderpastoors ten toon.
Ze hebben de mond vol van moraal, kerk en vaderland. Ze durven zelfs naar waarheid, recht en eer verwijzen. En hun einddoel is - waarom ook niet - de ware vrijheid.
Alleen over begrip en erbarmen reppen zij met geen woord.
Begripsverwarring en misbruik van waarden zijn in deze tijd machtige politieke wapens.
Het schoolvoorbeeld voor de geschiedenis - indien er na ons nog een geschiedenis komt - zal wel de Amerikaanse strijd in Vietnam zijn, ‘voor vrijheid en democratie’.
Met democratie zijn overigens, vooral in het Oostblok, zo'n verbijsterende manipulaties gebeurd dat woord en begrip volkomen uitgehold zijn.
We zien dit helaas ook in het eigen, welvarende Westen.
De macht van sommige volksvertegenwoordigingen is nog slechts te verwaarlozen. Het komt er voor de partijen en - vooral - voor de pressiegroepen die erachter staan, en waarvan de rechtse zoals leger, kerk, trusts, eigenlijk ondemocratisch op oligarchische besluitvorming gericht zijn, nog enkel op aan een parlementaire meerderheid te scharen achter een programma dat breed en vaag genoeg is. Dan kan het echte regeren beginnen, buiten de burger om.
De evolutie in Griekenland nu is zo tekenend, omdat ze aantoont, hoe gemakkelijk een democratie van de kaart wordt geveegd, en hoe weinig deining dit verwekt.
De Raad van Europa protesteert wel, maar wat is dat, de raad van Europa?
Zweden en Denemarken zijn erg pijnlijk getroffen. Die Scandinaven toch, altijd en overal progressief.
Maar het Westen is voor het overige niet zo erg met dat nieuwe Griekenland van de concentratiekampen en het ‘Heleens-christelijk erfgoed’ geplaagd.
Dit land is een lid van NATO, nietwaar, het schild en betrouwen van het Westen. Een clubje dat toevallig ook standregelen heeft waarin o.m. bepaald wordt dat de leden zich aan de beginselen van vrijheid en democratie zullen houden. Maar moeten we zo nauw kijken?