Het buitelen van groene jongens maakt het gras vlammend rood van liefde
Het leed in alle groezelige plooien van het grauwe gezicht van de oude vrouw van wee en het buitelen van groene jongens in het vlammend rode gras van liefde.
De van woede overslaande stem van de opgeschoten jongen die snikkend schreeuwde tot de oude man die stervend was.
Het starre silhouet in profiel van een zeer hoge gestalte achter de verlichte vitrine van een glazen terras dichtbij een mantel met hoed gehangen aan een kapstok geworden.
De tuin in mist met als uitgeknipt de donkere stammen van hoge bomen waaraan hij bengelde met zwarte rasters van twijgen en naalden en sterren tegen de mauve lucht bij dageraad opklarend tot parelgrijs.
In het rood rokende poederlicht een rose wolk van jongensbenen als in steen gebeiteld in het nevelige waterspiegelbeeld van een fragment van een poreuze heiligengroep drijvend met de rimpelende kruisboog van de kathedraal over kop gebuiteld.
René Gysen