De Vlaamse Gids. Jaargang 52(1968)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 29] [p. 29] Hiroshima (Gedichten) [I.] Jij weet het niet jij hebt de asse van de nacht niet gezien. Jij weet het niet jij waart van de avond tot de morgen niet in rouw. Jij weet het niet jij hebt de spasmen van de aardschok niet gevoeld. Jij weet het niet jij hebt de uraniumzuil van 8 augustus niet gemerkt. Jij weet het niet jij hebt Hiroshima niet beleefd. Jij weet het niet. Je ogen waren versteend. Je dijen verkoold. En Hiroshima stierf alleen, alleen. II. Rood is het oostervuur Donker zijn alleen de kleren van het bloed. Rood de verzengende winden Rood de vuurwoestijnen, de mesthopen Rood de krengen en de lijken Rood de stervende wonden. Donker zijn alleen de kleren van het bloed. De kampernoeliewolk glijdt over Hiroshima Het Oostervuur splijt het uitspansel Rood. Geen licht geeft nog de westerzon. Hiroshima leeft niet meer. III. De hel van Hiroshima De wolken zijn vies en vuil en vaal en vlees en rot en zwart en grijs In de vlakten zijn de zoutklompen vergaan uraniumstolpen Stomme stenen in de Hel van Hiroshima. De zoutklompen nog organen van walg. Gestold is het lava van het kleurloze zaad aan het grote strand van de levenszee. Hard als vallende keien, de zoutklompen van de radioactieve stammen. Gespleten wonden tegen wolken. De wereld scheurde haar buik wijd open tot de Hel van Hiroshima. Geel is de regen van hallucinaties van kamikazen. IV. Ik heb de waarheid van de pijn gezien Traag als wormen tussen mijn vingers van twijfel kruipen de uren, zwammen van tijd. In de lange akkers van corruptie heb ik bloed gebraakt. Onrecht kleeft aan mijn baarmoeder waaruit nooit kinderen geboren zijn. Ik heb de waarheid van de pijn gezien. Ik heb Hiroshima gezien al over de steppen, de pyramiden, de dode zeeën Het vuur van de radioactieve stralen is niet gedoofd Het licht is uit. Maar Hiroshima wil ik niet meer zien Niet meer zien. Ik heb de waarheid van de pijn gezien [pagina 30] [p. 30] V. De man Neergebogen man. Kwijnende dode die wrede handen traag hebben weggedragen naar onbestaande hospitalen. Geen zaad ontspruit nog uit je zaad Geen levenssap stijgt nog in je bloed. Koud als staal is de schaamte van je dijen Hard als steen je verbrande lenden maar in je hart zingt nog de koorts. Neergebogen man Verminkte blanke stervende... Je liefde is tot koele sneeuw vergramd Begraven in Hiroshima tot opgaat de witte Noorderster De vrouw Ionen-stralen sieren je afgerukte borst Vergaan is het embryo. Wrange brij van vlees kleeft nog aan de gespleten aarde In Hiroshima leeft het leven niet meer. Purperen desolatie eenzame purperen desolatie Jij bent nu voor altijd onvruchtbaar lijf Bevroren meer aan de verlatenheid der aarde. In de schelpen van je liefde ruist de zee niet meer. VI. De tweede morgen De tweede morgen een ander licht Blauw is het licht Nagasaki. Lijken stijgen naar verre nevels aan het al-tijdige nirvana van marihuana en L.S.D. Nagasaki. Duizend zielen zweven in de zon van zeven zonnen anesthesie van sensatiepers en opium-T.V. Doof de rode lichten. Doof de blauwe lichten. Over Hiroshima schijnt de zon niet meer Schijnt de zon van het avondland niet meer. Zonder einde brandt de verzuilde rook de asse voor altijd. VII. De derde dag Gloeiend aan de hemel van de kamikazen zoekt de vuurvogel naar nieuwe ruimten vierde dimensie en kernenergie naar spelen van neutronen en ionen voor onbekende galaxieën. De derde dag. Zwanger van idealen ligt Utopia, de verlaten stad. het gras zal er groeien, de steenzuilen verdwijnen. Eenmaal. Mijn dode handen. Mijn dode ogen. van Hiroshima VIII. Het licht Jij weet het niet Jij hebt niet geloofd. Jij weet het niet Jij hebt om de stilte van de uitgedoofde zon niet geweend. Jij weet het niet Jij hebt de pijn van de waarheid niet verstaan. Jij weet het niet Jij hebt het licht van Hiroshima niet gezien. Jij weet het niet. Je ogen waren versteend. Je dijen verkoold. En Hiroshima stierf alleen, alleen... J. Ramaekers Vorige Volgende