ons af, of zij met de middelen, waarover zij om de drie jaren beschikt, niets praktischer, niets doeltreffender zou kunnen aanwenden dan hetgeen zij tot nu deed?
Onzes inziens bestaat daartoe de mogelijkheid.
Te recht of ten onrecht wordt door sommige artisten, en ook wel door het publiek, geklaagd, dat door de commissie van aankoop gedurende de driejaarlijksche tentoonstellingen niet altijd zonder aanzien des persoons van wien men koopt wordt te werk gegaan; dat nog al vaak zij, die aangemoedigd dienden te worden, over het hoofd worden gezien, en dat aan sommige aankoopen door de commissie gedaan, hier te veel en daar te weinig wordt besteed; in een woord, dat de commissie al te veel voor hare vrienden ingenomen is en al te weinig voor hen, die niet op het goede boekje staan aangeteekend.
Wij weten wel, dat het moeielijk of liever onmogelijk is voor eenieder wel te doen, er zijn altijd misnoegden; doch, hoe meer men het misnoegen en den schijn van partijdigheid tracht te voorkomen, hoe beter.
Met het doel om de taak der commissie van aankoop te vergemakkelijken, namen wij de vrijheid deze regels te schrijven en de volgende wijziging voor te stellen aan het bestuur der K. Maatschappij tot aanmoediging der schoone kunsten.
Namelijk:
1o De afschaffing der aankoopen voor de Tombola, ten voordeele der leden en der bezitters van aktiën.
2o De inrichting van een Tombola met geldpremiën.
Tot toelichting van hetgeen wij voorstellen, diene het volgende:
Dezelfde voorrechten, die de Leden thans bezitten, blijven behouden.
Het bestuur zal aktiën afleveren zooals voordezen.
Eenige dagen voor de sluiting der tentoonstelling zal de trekking der geldpremiën plaats hebben.
De geldpremiën zullen aan kunststukken, op de tentoonstelling aanwezig, moeten besteed worden.
De premiën zullen slechts uitbetaald worden tegen de schriftelijke verklaring van den artist, wiens werk aangekocht is.
De winner eener premie mag wel meer, maar niet minder besteden dan het bedrag der premie.
Het laagste bedrag der premie zal van 200 francs, het hoogste van 2000 francs wezen.
Met dit stelsel zouden, meenen wij, én artisten én publiek vrede hebben. De artisten zouden meer kans hebben hunne werken aan den man te helpen dan bij vroegere tentoonstellingen, en de winners eener geldpremie zouden vergenoegd zijn een kunststuk naar hunne keuze te verkrijgen.
Wij geven ons voorstel in ernstige bedenking aan alwie het aangaat.
Emm. Rosseels.