Spreekwoorden en gezegden met bijschrift door Emm. Rosseels
Spreekwoorden zijn de wijsheid des volks en niet zelden het zout zijner gesprekken. In luttele woorden verval, weegt hunne beteekenis vaak op tegen de meeste zedepreeken. Zij ontstaan op het veld der levenservaringen en worden herhaaldelijk bevestigd door menschen die opmerken, nadenken en eenige bewustheid hebben van de dingen, welke dagelijks in de wereld voorkomen. Van alwat men hoort of leest, blijven de spreekwoorden het best en het langst in het geheugen. Dat zij van groot nut zijn, 't zij ter wille hunner pittigheid en gepastheid, 't zij ter wille van de waarheid welke zij bevatten, getuigt het veelvuldig gebruik dat er van gemaakt wordt. Wie waarschuwen of vermanen, wie overtuigen of een kernachtig woord in het midden brengen wil, neemt doorgaans toevlucht tot spreekwoorden. Zij zijn, als 't ware de punten op de i, de bekrachtiging van hetgeen men zegt. Legio zijn ze; geen toestand, geene omstandigheid in het menschelijk leven is gekend, waarop geene toepasselijke spreekwoorden gevonden worden. Niet alleen zijn ze het merg der menschelijke talen, maar tevens leveren zij eene rijke stof tot denken en eene onbedrieglijke vingerwijzing tot handelen.
Een ezel stoot zich geen tweedemaal aan denzelfden steen.
De mensch, die veel wijzer en verstandiger is dan een ezel, of het althans diende te zijn, stoot zich soms wel twintigmaal aan denzelfden steen, zonder er echter iets door geleerd te hebben.
Waar wil is wordt een weg gevonden.
Hiermede wordt bedoeld dat alle dingen, welke niet boven het menschelijk vermogen reiken, kunnen verricht of verkregen worden, wanneer daartoe een vaste wil bestaat. Wil verwekt kracht en doet den weg vinden, langs welken het voorgestelde doel kan worden bereikt.
Wie goed doet, goed ontmoet.
Wie het goede doet uit liefde tot het goede, ondervindt vroeg of laat de waarheid van bovenstaande spreekwoord. Het is waar, er is in de wereld veel ondank, doch, zoowel als elk kwaad zijne straf medebrengt, zoo ook blijft de vergelding eener goede daad niet achter, ofschoon zij niet altijd langs eenen weg komt, langswaar zij kon verwacht worden.
Wie aanhoudt, wint.
Voortzetten wat men met een goed inzicht aanving, is den weg inslaan om ons doel te bereiken. De grootste moeilijkheid wordt op den duur overwonnen wanneer men het maar niet opgeeft haar te bestrijden, en het verste doel is te treffen door het aanhoudend na te jagen. Aanhoudendheid is de eigenschap der beslisten, ontmoediging een bewijs van gebrek aan wilskracht. Wie aanhoudt, wint, moet de leus zijn dergenen, die in de wereld vooruit willen komen of eenen naam verkrijgen.