In dat kasteel komt men binnen langs eene prachtige en ruime voorhal, welker versiering mevrouw de Kerchove thans doet voltrekken door het plaatsen van geschilderde panneelen. Er zijn zes vakken in te vullen.
De eigenares had de gelukkige gedachte, voor de versiering copiëen te verkiezen naar de beroemdste schilderijen der Nederlandsche school, welke werken geheel of bij fragmenten zouden worden nageschilderd, naar gelang der beschikbare ruimte; en zij droeg dit werk op aan den Gentschen schilder Lodewijk Tydtgat, een onzer knapste coloristen, die thans reeds grootendeels de hem opgedragen taak heeft volbracht, en dit wel op de schitterendste wijze.
De voorhal prijkt reeds met het hoofdfragment van het Schuttersstuk van Frans Hals, uit Haarlem, waarvan Fromentin, in zijn werk les Maîtres d'Autrefois, getuigde dat het een wonder van coloriet was; - met Van Dycks Karel I, de beroemde schilderij uit den Louvre; - met een fragment uit Govert Flincks Inneming van Utrecht; - en een stuk van Vanderhelst.
Dezer dagen noodigde de heer Tydtgat ons uit om in zijn werkhuis te komen zien naar een nieuw panneel, dat hij pas in het Rijks-Museum te Amsterdam had geschilderd, namelijk de hoofdgroep uit Rembrandts Nachtwacht. Dit stuk is door Tydtgat met eene verbazende juistheid nagebeeld. Al de kracht en den gloed van het oorspronkelijke, al dit licht, al dit lommerspel, al die diepte, waaruit de groote Hollandsche meester een tafereel optooverde, welks weergâ men nog zoekt en die er misschien nooit meer komen zal, vindt men trouw in de copie terug.
De heer Tydtgadt heeft hier wezenlijk een tour de force bedreven, die zijn talent tot eere verstrekt.
Nog een panneel blijft er te schilderen. Naar wij vernemen, zou de keuze thans op een werk van Rubens vallen. Immers, nevens Rembrandt, Frans Hals, Van Dyck, Govert Flinck en Vanderhelst, mag de naam van den Antwerpschen reus niet ontbreken.
Willem Rogghé.