De landschappen van Anna de Weert herinneren sterk - te sterk misschien - aan de stippeldoeken van Emiel Claus. Maar dit komt wel voor 'n groot deel hieruit voort, dat beiden presies hetzelfde groene Leieland schilderen, met z'n heel eigenaardige atmosfeer, die nergens anders dan dáár aan de Leie te zien is, en die andere artiesten dan ook niet kennen. Maar in de keus, in de opvatting van haar schilderijen, - zo niet heel en al in de tekniek - blijft Anna de Weert meestal buiten elke vreemde invloed. Biezonder hebben ons getroffen stukken als Zonnevlekken, Lelies, Middaghitte, Hoekje in de Lochting, Vroege Morgen, Blonde Dag, Rode Appels, Een Begijntje (pastel), en de reeks zeer eigenaardige tekeningen ‘uit het Begijnhof.’ In al deze doeken is dat biezonder goed getroffen, waarvan we hoger spraken, n.l. die lucht en die kleur, die zon, die zo vrolik lacht op de Leieboorden, die doorzichtige wasem die alles hult als in een trillend gaas, dat als 'n schier tastbare substansie vóor het oog hangt.
Karel Doudelet had een aantal nieuwe werken, waaronder o.a. een reeks onuitgegeven illustrasies voor een boek van Mauclair, die we tot de beste rekenen, die hij voortgebracht heeft. Ook was daar het grote portret van Johannes Ruysbroeck. Ik begrijp, dat dit schilderij velen, zelfs bewonderaars van Doudelet niet simpatiek zijn kan. Het werk heeft, dunkt me, gebreken, die hadden kunnen vermeden worden, zonder aan de uitdrukking te schaden. Waarom moet b.v. dat gele kleed zulke zware, onfraaie plooien hebben? Waarom moet dat pelsen kraagje daar als een effen, zwarte vlek hangen, waarom moet dat handje, dat men eventjes ziet, zo plat en breed zijn? Het hoofd echter, dat sterk bestudeerd is, heeft grote kwalieteiten en is onbetwistbaar heel intens van uitdrukking.
Het komt ons voor, dat Doudelet zich in een periode van algehele evolusie bevindt. Zijn eerste, italianiezerende richting heeft hij verlaten - hij is teruggekeerd tot de kunst van zijn eigen, Vlaamse land - en dat stellen we vast als een zeer grote vooruitgang in z'n loopbaan. Maar, naar ons oordeel heeft hij zichzelf noch niet geheel weergevonden - hij zoekt noch - hij is nu, op dit ogenblik, noch niet tot die hoogte gekomen, tot waar hij onfeilbaar stijgen zál. Niet op enkele jaren komt 'n artiest, die zijn iedeaal zó hoog houdt, tot volle rijpheid! De weg, die hij tot noch toe afgelegd heeft, is verbazend, maar juist omdat uit heel zijn werk een grote, heerlike belofte spreekt, mogen wij, evenmin als hijzelf, ons vergenoegen met het werk, dat hij leverde op de weg, die naar hoger voert. Dit zij intussen gezegd, dat z'n nieuwste schilderijen ons verheugen als weelderige oazen op zijn lange en moeielike tocht.
Frans Maréchal, een jong, heel weinig bekend kunstenaar, verdient de volle aandacht. Enkel etsen en tekeningen stelde hij ten toon. Zijn etsen vooral rekenen we tot de beste, tot de eigenaardigste vooral, die heden in ons land gemaakt worden. Hij heeft een scherp oog en een vaste hand, en weet met licht en schaduw te werken op 'n manier, die soms aan Rembrandt's trant herinnert. Meest schetst hij tiepen uit het Maasland, die steeds juist getroffen, maar meestal erg vulgeer zijn. Liever zien we dan ook z'n landschappen, lichteffekten bij dag en bij nacht - waaronder ware pareltjes in hun aard. Merkwaardig ook z'n tekeningen, o.a. die voor versierde aanvangletters, - zonderling soms, maar steeds zeer gesoigneerd van uitvoering.
Van Carolus Trémerie waren hier enkele goede schilderijen aanwezig. 't Zijn eenvoudige landschappen of stadsgezichten, zonder méér. Maar er ligt steeds 'n tedere bekoring over, die aantrekt en in 'n gemoedelike stemming brengt. Z'n Gezicht in 't oude Gent b.v., een dode achterbuurt aan 'n stil water, is 'n heel verdienstelik werk.
Biezondere vermelding verdient het houtwerk met de vuurstift versierd door wijlen Mev. Clara Cogen-Ledeganck, de moeder van Mev. Anna de Weert, alsook de plakbrieven van deze laatste, en de door Doudelet geïllustreerde boeken.
Een in alle opzichten welgeslaagde tentoonstelling dus, die dan ook biezonder druk bezocht werd, en daardoor veel zal bijgedragen hebben tot de ontwikkeling van 't publiek en - tot het bestrijden van velerlei vooroordelen.