Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 13 (1900)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 13
Afbeelding van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 13Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 13

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (15.49 MB)

Scans (744.69 MB)

ebook (15.29 MB)

XML (0.84 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 13

(1900)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Kunstnieuws

Schilderijen van oude Nederlandse meesters



DE PRINS

uit Prinzessin auf der Erbse, - geïllustreerd door M. Dasio uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).

DE PRINS
uit Prinzessin auf der Erbse, - geïllustreerd door M. Dasio uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).


Ongeveer één jaar geleden had te Rome de veiling plaats van de verzameling schilderijen, tapijten en kunstwerken van alle aard, nagelaten door wijlen Markgraaf Alessandro Pallavicino Grimaldi. Bij die gelegenheid kwamen ook onder de hamer verscheidene doeken en panelen van Vlaamse en Hollandse meesters, en daaronder was er zelfs meer dan één, dat wij zo gaarne voor een van onze Zuidnederlandse muzeeën hadden zien aankopen, evenals dit - gelukkig - het geval was met de Afdoening van 't Kruis, toen noch aan Mabuse, sedert op betere grond toegeschreven aan R.V. d. Weyden en aangekocht voor 24000 fr. voor het Staats-Muzeum te Brussel.

Het kan zijn nut hebben, hier - met het oog op latere... veilingen, de tietels van de overige aldaar verkochte Vlaamse en Hollandse schilderijen op te tekenen, - die altans van de voornaamste. Behouden wij daarbij de nummers van het kataloog.

44bis, Pieter Breughel, de Oude (1550-1600). - Een herder, die op de vlucht gaat, terwijl zijn kudde door vossen wordt aangetast, - verkocht voor 1700 fr.

49bis, Lukas van Leiden (1494-1533), Portret van een roodgekaproend man die een jenoffel in de hand houdt, - verkocht voor 14,000 fr.

72, Karel Dujardin, - Landschap met waterval, boeren en kudden.

109, Onbekend, - de H. Famielie, uitrustend op de vlucht naar Egipte, in een zeer zonderling, fantasties land -

[pagina 281]
[p. 281]



DE OUDE KONING

uit Die Prinzessin auf der Erbse, - geïllustreerd door M. Dasio (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).

DE OUDE KONING
uit Die Prinzessin auf der Erbse, - geïllustreerd door M. Dasio (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).


schap met water, rotsen en een slot op een berg.

136, Onbekend, - St. Jeroen met zijn leeuw vóór een kruisbeeld knielend.

145, P. Breughel, de Oude, - H. Antonius in de woestijn bekoord.

147, N. Maes, - Portret van een gepruikt Edelman.

182, Frans Pourbus (1510-1583), - Portret van een man met een wit kraagje, - 810 fr.

183, Onbekend Holl., - Portret van een dame met grote Spaanse kraag, - 460 fr.

209, Mierevelt, - Portret van een man (borststuk).

222, Heda (1594-1680), - Stilleven (een keukentafel).

277, Wouwermans (1620-1628), - twee stuks: Jacht en Rust op de Jacht.

285, Jan of Fluwelen Breughel (1589-1643), - De Maagd Maria en 't Kindje in een bos- en bloemrijk landschap.

286, Q. Matsijs (toegeschreven aan -), O.L. Vr. met haar kindje (Sponsa Virgo Mater Dei), onder een hemel te midden van biddende vrouwen op een plein in een Vlaamse stad.

[pagina 282]
[p. 282]


Uit Der Abt im Wildbad

in Des Weyland Nürnberger Handwerkmeisters Hans Sachsens lustige Schwänke, geïllustreerd door George Barlösius (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).
Uit Der Abt im Wildbad
in Des Weyland Nürnberger Handwerkmeisters Hans Sachsens lustige Schwänke, geïllustreerd door George Barlösius (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).


Een schilderij, dat wij geensins voor een werk van de grootste van alle Antwerpse meesters kunnen erkennen.

Nr 293 wordt vermeld als van een onbekend Duits meester. Het stelt voor een O.L. Vr. haar Kindje omhelzend en herinnert van zeer nabij aan Quintens Magdalena in het van Ertborn-kabienet te Antwerpen.

Ook nr 279, O.L. Vr. en Jezus door Holbein, verdient vermeld te worden.

Nieuwe meubels

Onder dit opschrift verscheen in een van de voornaamste Noordnederlandse dagbladen, namelik Het algemeen Handelsblad, een opstel, met hetwelk wij - om de belangrijkheid van zijn inhoud - gaarne onze lezers laten kennis maken. Wij nemen het dus onveranderd over.

‘In de groote zaal van het gebouw der Maatschappij voor Bouwkunst in de Marnixstraat, zijn thans - tot 2 November a.s. - de meubelen te zien van de firma van Wijngaarden & Co, wier fabriek men tegenwoordig naar Weesp sporende, even vóór het station rechts ziet liggen. Deze firma voert ontwerpen van architecten - een bouwmeester bouwt tegenwoordig zoo goed stoelen

[pagina 283]
[p. 283]

als kerken - uit, maar zij heeft ook menschen die zelf ontwerpen. Wat hier te zien is, zijn ontwerpen van de firma zelf, tot welke de schilder van Hoytema heeft meegewerkt.

In ons land heeft men nooit meegedaan met dien vermicelli-stijl, waartoe die Engelsch-Belgische krulmeubelen behooren, die voor den werkman zoo onnatuurlijk zijn bij het maken, en in het gebruik zoo vol stofnesten en hinderlijke uitsteeksels. Men is het bij ons ditmaal evenals vroeger bijna altijd gaan zoeken in eenvoud en natuurlijkheid. Dat kon men te Parijs zien in de étalage van de firma van Wisselingh,

Uit Die Fünsinger Bauern in Des weyland Nürnberger Handwerkmeisters Hans Sachsens lustige Schwänke, geïllustreerd door Georg Barlösius (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).

Uit Die Fünsinger Bauern in Des weyland Nürnberger Handwerkmeisters Hans Sachsens lustige Schwänke, geïllustreerd door Georg Barlösius (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).


dat zict men nu in 't Binnenhuis dat is ook weer te bemerken in de meubelen van de firma van Wijngaarden en Co. Men kan zelfs zeggen, dat hier iets te bemerken is van een te sterke reactie tegen de gecapitonneerde behangersmeubelen. Wanneer wij ons moeten bepalen tot deze meubelen, dan zullen wij afstand moeten doen van eens even na het eten heel gemakkelijk te zitten. En dikke, wollige tapijten passen ook niet onder deze rechtvaardige eikenhouten stoelen met rieten zittingen, zooals wij tegenwoordig nog slechts op onze keukensteulen vinden.

Het zal misschien heel goed zijn van

[pagina 284]
[p. 284]

dit alles af te zien, van crapauds, waarin zich heel wat vuil en stof verzamelt, van onhygiënische tapijten, die beter door houten vloeren of linoleum werden vervangen, maar velen onzer zullen daar nog zoo gauw niet aan willen. Tenzij de mode het decreteert..., maar dan is het ook weer niet voor lang.

Intusschen is men er in geslaagd, deze meubelen aantrekkelijk genoeg te maken. Zij zijn, zooals gezegd, zoo eenvoudig en natuurlijk van vorm als het maar mogelijk is. En er is niets onechts aan, dat kan ieder dadelijk zien: de wijze waarop de eene stijl aan den

Uit Der Mönch Zweifel mit seinem Heiligthum in Des weyland Nürnbergen Handwerkmeisters Hans Sachsens lustige Schwänke, geïllustreerd door Georg Barlösius (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).

Uit Der Mönch Zweifel mit seinem Heiligthum in Des weyland Nürnbergen Handwerkmeisters Hans Sachsens lustige Schwänke, geïllustreerd door Georg Barlösius (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).


anderen is vastgemaakt, en doorheen gestoken en met een pin bevestigd, laat men duidelijk zien; het is zelfs de vraag of het niet wat te opzettelijk geschiedt, waar men die pin nog een eindje laat uitsteken. Voor de versiering nu heeft men de paneelen in de stoelruggen, in de bankleuningen, in de deuren der kasten, de luiken der kamerschutten in verschillende kleuren gebijtst en dit òf dof gelaten òf gepolitoerd. En in dit hout, dat wit is, zijn de eenvoudige versieringen van van Hoytema, aan de dieren- of plantenwereld ontleend, uitgesneden. Wat van Hoytema zoo dik-

[pagina 285]
[p. 285]



Uit Deutsche Wanderlieder, - geïllustreerd door Hans von Volkmann (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).

Uit Deutsche Wanderlieder, - geïllustreerd door Hans von Volkmann (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).


wijls geteekend heeft, wat men hier op een aantal teekeningen van hem ook nog weer zien kan, pauwen, kraanvogels, valken, slingerapen, azalea's zonnebloemen, irissen, enz. vindt men in die karmijnroode, donkerpaarse, belgele of groene vlakken op eenvoudige manier uitgesneden. En tegen het doffe eikenhout of het zeer donkere gepolitoerde mahonihout doen de meeste dezer maar weinig bewerkte vlakken heel goed. In de zaal van de Maatschappij van Bouwkunst is nu een heele verzameling van deze meubels uitgestald en al die met vakken in verschillende kleur versierde stoelen en banken en kasten geven iets zeer vroolijks en keurigs. Dat kan men bij het kiezen van een ameublement in dezen.... stijl, als men reeds zoo noemen wij, ook bereiken door meubelen te nemen met vlakken in verschillende kleuren.

Zal dat een warmen, gezelligen, confortabelen indruk maken? Misschien niet zooals een werkelijk goed ingerichte Louis XV-kamer, maar zooals hier onlangs werd opgemerht, daarin passen wij niet meer. Bij deze stoelen met rieten zitting past geen Axminster tapijt met sierlijke dessins, wel een vloermat met een effen of in weinige kleuren gehouden Oostersch karpet, of

[pagina 286]
[p. 286]

ook een vilten vloerbekleeding. Wat dat betreft moet opgemerkt worden, dat er hier stoelen zijn van warmrood mahoniehout met deftig donkerpaars rugvlak, waarbij het riet van de zitting ons ook te koud en te armoedig staat. Maar dat daargelaten - misschien worden nog eens andere, leeren of lakensche zittingen voor zulke stoelen gezonden - de vraag is, of deze meubelen met de omgeving, die zij vereischen, zullen blijken te behooren bij ons, menschen van den aanvang der 20e eeuw. Wij zouden er niets tegen hebben; het meeste hier komt ons, hoewel soms nog iets te hoekig en te opzettelijk in één richting gestuurd, mooi en aantrekkelijk voor.



Uit Deutsche Wanderlieder, - geïllustreerd door Hans von Volkmann (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).
Uit Deutsche Wanderlieder, - geïllustreerd door Hans von Volkmann (uitgaaf Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).


Dat onze jongere kunstenaars reeds vrij lang aan kamerversiering en meubelontwerpen werken, daarvan hebben wij dezer dagen een zeer sprekend bewijs gehad. Door de tusschenkomst van de firma van Wisselingh hebben wij en een aantal bevoorrechten de kamerversieringen mogen zien, die de heer Dijsselhof heeft vervaardigd en ontworpen voor een kunstlievend Amsterdamsch medicus, die deze kamer thans naar een ander huis moet overbrengen.

De heer Dijsselhof heeft van deze kamer de wanden en het plafond versierd, de meubelen en de gordijnen en de kachel heeft hij ontworpen. Toen wij haar zagen was de kamer van al het

[pagina 287]
[p. 287]



Uit Deutsche Wanderlieder, - geïllustreerd door Hans von Volkmann (uitgaat Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).

Uit Deutsche Wanderlieder, - geïllustreerd door Hans von Volkmann (uitgaat Jungbrunnen van Fischer und Franke, Berlijn).


andere dan de kast, tafels, schrijftafel, stoelen, leunstoel, zitbankje ontdaan. Maar veel meer dan er was, behalve natuurlijk de voorwerpen van dagelijksch gebruik voor een werkkamer, zou men er niet gewenscht hebben. Op een rugkussentje op den leunstoel stond een gulden spreuk geborduurd van William Morris, die ried: “Heb niets in uw huis, waarvan gij niet weet, dat het nuttig of gelooft, dat het schoon is” Meer schoone dingen nu dan door de kamerversiering zelve hier al waren zouden hierbij niet gestaan hebben.

Want dat moet gezegd, een versiering als deze draagt een zeer eigenaardig karakter. De wanden zijn betimmerd met een lambrizeering van natuurlijk, licht geelbruin hout, waarin zwarte figuren zijn gewerkt; voor een deel zijn die figuren bloemenranden en dan zijn de harten van die bloemen de koperen schroeven waarmee de betimmering aan den muur is bevestigd. De betimmering, die boven met een kwartboog naar de zoldering overloopt, omlijst een aantal vakken, die gevuld zijn met gebatikte stof. De teekening daarvan stelt dieren voor, en is in den trant ongeveer van het bekende kamerschut van Dijsselhof. Zij is in blauw en bruin op het grijswitte doek gewerkt en op

[pagina 288]
[p. 288]

sommige plaatsen met garen in de kleur met kleine steekjes wat opgehaald. Prachtig van teekening zijn vooral een randen met visschen en een vak met langstaartige fazanten.

De meubelen zijn van eikenhout van ongeveer denzelfden geelachtigen tint als de betimmering. Zij zijn zeer eenvoudig en logisch van vorm, de stoelen bekleed met lichtgrijze stof, de gordijnen zijn blauw met een grijs gewerkten rand - blauw is de overheerschende kleur. Alleen in de zoldering, die evenwel in zeer lichte tinten is gehoude, is iets rood en groen. De kachel is hoogst eenvoudig: een lage, breede kachel, waarvan de klep als die van een cilinderbureau naar boven wordt geschoven, zonder eenige versiering.

Men zal begrijpen, dat hier geen andere versiering past. Onlangs schreef J.K. in De Kroniek, naar aanleiding van Het Binnenhuis: “de menigte begint toch in te zien, dat het in welgemeubeld vertrek aangenamer leven is dan in een salon met goed goud-omlijste Marissen.” Daartegen merkte in het volgend nummer K.G. op, dat het met den schoonheidszin van den heer J.K. treurig gesteld is, wanneer hij om de gouden lijsten de Marissen wil verwijderen en daarvoor de meubelen uit Het Binnenhuis, die nog slechts als proeven moeten worden beschouwd in de plaats brengen. Wij voor ons genieten te veel van een Jacob Maris, om zijn stukken nu nu zoo maar even aan kant te zetten. Maar het is waar, dat zij in een naar nieuwe denkbeelden gemeubeld vertrek volstrekt niet zouden passen. In de door Dijsselhof versierde kamer heelemaal niet. Daar zijn de vakken, die de betimmering openliet, gevuld met stukken gebatikte stof, die zelf kunstwerken zijn, van geheel andere orde maar evengoed kunstwerken als een Maris. Maar niet iedere versieringskunstenaar is een Dijsselhof, niet ieder werkt met zooveel fantazie, maakt van een kamer als deze een zoo rijk geheel.Ga naar voetnoot*) Anderen evenwel zullen een eenvoudiger geheel makend, waar voorwerpen van versiering nog wel welkom zouden zijn, toch niet licht een kamer zoo versieren, dat er Marissen in gouden lijsten in kunnen hangen. En dien kant gaan wij toch uit, daarin heeft o.i. J.K. ten volle gelijk. Richt in gedachteneen kamer in zoo, dat bijv. de meubelen der firma van Wijngaarden en Co er het best in passen, en waarschijnlijk zult ge er geen plaats vinden voor een Jacob Maris in een gouden lijst.

Maeterlinck, zoo vertelde mij onlangs iemand, heeft in zijn buitenhuis bij de Normandische kust, kamers, waarvan de muren boven een hard rood of groen gelakte houten lambrizeering gewit zijn, met ramen uit kleine ruitjes bestaande, waarvoor paarse gordijntjes hangen van het goed, waarvan de boerinnen bij ons nog wel jakken dragen, en een rijtje bloempotten er vóór, met meubelen ook rood of groen geverfd en met rieten zittingen; daar past aan den muur hoogstens een litho in kleur van Melchers in een bruinhouten lijstje, of iets dergelijks - zeker geen Maris. Toch zal onze bewondering voor de groote kunst van de laatste 30 jaar der negentiende eeuw een beweging in deze richting niet tegenhouden, wanneer zij eenmaal in de lucht zit.

Gelukkig, indien wij dan kunstenaars zullen blijken te hebben als Dijsselhof, om ons in de goede richting te sturen.’





voetnoot*)
Dat er gedeelten van de houtbetimmering zijn, die met hun zwarte figuren een onrustigen indruk maken, doet hier niets ter zake.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken