Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 43 (1994)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 43
Afbeelding van Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 43Toon afbeelding van titelpagina van Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 43

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (14.80 MB)

Scans (58.98 MB)

ebook (17.08 MB)

XML (1.71 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek
non-fictie/kunstgeschiedenis
non-fictie/muziek-ballet-toneel-film-tv


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 43

(1994)– [tijdschrift] Vlaanderen. Kunsttijdschrift–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 99]
[p. 99]

Poëtisch Bericht

Samenstelling: Fernand Florizoone en Chris Torfs

 

Iedereen mag gedichten ter selectie sturen aan: Tijdschrift ‘Vlaanderen’, Redactiesecretariaat ‘Ter Hoogserleie’, Hondstraat 6 - 8700 Tielt.

Behalve naar de gevestigde namen gaat de aandacht in het bijzonder naar nieuw en creatief talent. Alle ingezonden gedichten moeten in machineschrift (tikmachine of printer) en in tweevoud afgeleverd worden.

Neem voor ieder gedicht een ander blad en schrijf op ieder blad uw naam en volledig adres.

Ingestuurde gedichten worden niet teruggezonden en over ingezonden werk wordt niet gecorrespondeerd, noch getelefoneerd. Aan de auteurs van de gepubliceerde gedichten wordt achteraf een honorarium uitbetaald.

Ockeghem
 
1
 
 
 
Ik draag een naam. De wereld weet niet waar
 
wanneer geboren, wel dat ik ontslapen
 
ben en in gewijde aarde begraven
 
 
 
van een veel verder land. En toch bezweer
 
ik weiden hoeven landerijen, oorden
 
als ter Schoor en Doorenkensvelt te Voorde
 
 
 
van oudsher loten van de moedergrond.
 
Nog zie ik luyden woordeloos gebogen
 
over klei en zand met in hun ogen
 
 
 
niets dan de vaste zorg om het bestaan
 
geborgen in 't gebinte van mijn naam.
 
 
 
2
 
 
 
Vaak is het paradijs me weer nabij
 
in geur van beuken berken canada's
 
en met de kleur getooid van primula's
 
 
 
de eerste teerheid in het voorjaarsgras,
 
onaangeraakt dotter- en boterbloemen.
 
En 's zomers het genadeloze zoemen
 
 
 
van bijen. O weemoed van de vlinderjacht
 
of stekelbaarsjes in de elzebroeken
 
over drie sloten springen paadjes zoeken
 
 
 
nog dieper in het bos de bron ter Rief
 
de speelse tover: word ik ridder dief.
 
 
 
3
 
 
 
Die onverwachte tocht naar 't Triepenbos,
 
vader vertelde, velerlei gevaren
 
waarom er heksen en kobolden waren
 
 
 
in de verbeelding werkzaam slechts bij nacht.
 
Maar ik werd door andere angst bewogen:
 
de kracht van water zonder mededogen
 
 
 
een kind tot zich nam dat terstond verdronk
 
gelokt door een tapijt vol hinderlagen,
 
het groene kroos nu toegedekt met vragen.
 
 
 
Het was alsof ik nog twee vingers zag
 
een antwoord wees dat op de bodem lag.
 
 
 
4
 
 
 
Zo overdadig warm scheen weer de zon.
 
Hij zocht wat schaduw in een tent van lover,
 
de lome blaren listig spreidend over
 
 
 
de takken als altijd. En toch dit vreemd
 
ervaren. Het gras, de mieren, insekten
 
allerhande, het dak met twijgen wekten
 
 
 
in hem de humus van geborgenheid
 
besprenkeld met een geur vol welbehagen
 
en rozen die aan waterboorden lagen.
 
 
 
Het leek alsof hij hier een antwoord vond,
 
daarnaast geen andere wereld meer bestond.
 
 
 
5
 
 
 
Twee werelden argeloos naast elkaar.
 
De rivier onverstoorbaar door de meersen
 
haar loop bepaalt. Elk ogenblik wil heersen
 
 
 
over de tijd. Wat stilstaat haakt zich los
 
uit het verband, dat in het klare stromen
 
van water zichzelf herkent. Meegenomen
 
 
 
de ziel, wordt oever monding. De regelmaat
 
verdwijnt in klaver- en in korenvelden.
 
Een vroege onrust die zich aan komt melden
 
 
 
wast aan. Het schaakbord wenkt het zweeft verbleekt
 
als klokgelui de morgen openbreekt.
 
 
 
Rudolf van de Perre
[pagina 100]
[p. 100]
Winteravond
 
voor de Moerbeekse dichter
 
 
 
Stil nu, stil
 
laat het bos nu zichzelf zijn.
 
De dennen schragen de wolken.
 
De bomen slapen
 
met de wind aan hun zij.
 
Zompig. Het paard
 
in zichzelf verzonken.
 
Overhoort de geluiden.
 
In de haard knistert het houtvuur.
 
Alles is nu verzameld
 
alles is nu nabij
 
de vérgezichten de mensen
 
de dingen.
 
In de hoeken
 
wonen de engelen.
 
Hun ademen is hoorbaar.
 
 
 
Gaby Leijnse
Leegvloeigedicht
 
en ik dacht: dat is de ontregeling
 
van het water: gisteren nog kwam
 
het tot aan de dijk: nu heeft het
 
zich ver teruggetrokken: zoals
 
iemand onvoorzien uit het gezicht
 
van de wereld is weggegaan om:
 
onopvallend wellicht ergens verder
 
en geruisloos als niets te bestaan
 
 
 
misschien, dacht ik, is er een lek
 
in de onderlagen, waardoor de zee
 
leegloopt en het water het heelal
 
ijsijpelt, zoals bij een mens in
 
verval: tenslotte, gaat alles lek:
 
 
 
het uitgestrekte geheugen, alsook
 
de beweging van een glimlach die
 
er niet helemaal meer komt of het
 
wandelen van twee aan twee voeten
 
als onvoorzien de leegvloei begint
 
 
 
Hervé J. Casier
Balans
 
Het sterven van mijn vader
 
was mijn eerste dood. In mei.
 
 
 
Wat van ons beiden overschoot
 
was lange tijd mijn moeder.
 
 
 
Nu heersen rust en hindernis
 
van pijn om leegten in te vullen.
 
 
 
Paul Vanderschaeghe
 
 
 
Uit ‘Het huis van de moeder’ (in voorbereiding)
Slaapje
 
kijk hoe mijn kind te slapen ligt
 
en hoe ons huis anders ademt
 
anders geurt en hoe glanzend
 
de glimlach op dit broos gezicht
 
 
 
kijk hoe begerig je met graaiende
 
vingertjes de wereld onthaalt
 
en hoe uit het gloeien van je huid
 
de warmte huivert en straalt
 
 
 
kijk hoe een kind tussen aarde
 
en wolken een spoor trekt
 
en als een kleurige vlieger
 
tekens tegen de wolken schrijft
 
 
 
Denijs Van Killegem
Emmaüs
 
Leerlingen trokken Jeruzalems
 
poorten achter zich dicht.
 
Ichtus was verdronken. Hem
 
niet meer zoekend in ochtendlicht.
 
Woorden en tekenen ontwricht.
 
Zij kwamen in een dorp dat Emmaüs heet
 
waar Jezus hen de ogen opendeed.
 
 
 
Mark Delrue

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Rudolf van de Perre

  • Denijs van Killegem

  • Mark Delrue

  • HervĂ© J. Casier

  • Paul Vanderschaeghe