Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .xl. Capitel.

1

Ga naar margenoot+ENde het ghebuerde daer na, dat twee dienaers die scencmeester des conincs van Egipten ende die backermeester misdeden teghen haeren heere den coninc van Egipten,

2

Ende Pharao wesende ouer hen toornich, (want die eene was ghestelt ouer die schenckers, ende die ander ouer die backers)

3

sontse inden kercker des Ga naar margenoot* ouersten der ruytheren) daer Ioseph gheuanghen lach,

4

ende die Ga naar margenoot* kerckermeester) stelde Ioseph ouer [kolom] hen, dat hi hen diende, Ga naar margenoot* Als sommighe tijden ouerloopen waren, ende dese vast inder gheuanckenissen waren.)

5

Ga naar margenoot+Ende het droomde hen beyden in eender nacht, eenen yeghelijcken eenen droom, ende een yeglijcs droom had zijn bediedinghe na dat hen namaels ghebuerde,

6

Als nv des morghens Ioseph tot hen binnen quam ende sach dat si droeuich saghen,

7

vraechde hi hen, ende sprack, Waeromme is uwe ghelate droeuigher, dant pleghe te zijn?

8

Si antwoordeden, Wi hebben ghedroomt, ende en hebben niemant die ons dat wtlegghe, Ioseph sprack, En behoort dat wtlegghen niet Gode toe, vertelt toch mi, wat ghi ghesien hebt in uwen droom.

9

Doen vertelde die schencker aldereerste sinen droom, Ioseph, ende seyde tot hem, Ic sach eenen wijnstoc voor mi,

10

die hadde drie rancken, ende hi groeyde, wies, ende bloemede, ende zijn druyuen werden rijp,

11

Ende hadde Pharaos Cop in mijn handt, ende ic namse, ende dructese wt in den Cop dien ic in mijn handt hadde, ende ghaf den Cop Pharao in die handt.

12

Ioseph sprack, dat is die bediedenisse Ga naar margenoot+ Drie rancken, zijn drie daghen,

13

na drie daghen, sal Pharao Ga naar margenoot* uwen dienst gedencken) ende v weder aen uwe officie stellen, op dat ghi hem weder den cop in die hant gheeft, soo ghi te voren deet,

14

Maer ghedenct mijnder, wanneer dat v wel gaet, ende doet bermherticheyt aen mi, dat ghi Pharao vermaent, dat hi mi wt desen kercker brenghe,

15

want ic ben heymelijc gestolen wt den Ebreuschen lande ende sonder scult hier in desen kercker geset.

16

Als die backer sach, dat hi den droom wiselijcken beduyt hadde, sprack hi tot Ioseph Ick sach in minen droom, dat ic droech drie coruen met mele op mijn hooft,

17

ende inden ouersten korf alderley ghebacken spyse diemen met conste der backerien maken mach, ende die voghelen aten wt den korue op mijn hooft.

18

Ga naar margenoot+Ioseph antwoorde, ende sprac, dit is die bediedinghe, drie koruen zijn drie daghen,

19

ende na drie dagen sal Pharao uwe hooft Ga naar margenoot* af nemen) ende v aen die galghe hanghen, ende die voghelen sullen uwe vleesch verschooren.

20

Ende het gheschiede des derden daechs doen hielt Pharao zijnder gheboorten dach ende hi bereyde een groote maeltijt alle sinen knechten, ende onder die houeringhe, so ghedachte hi des meesters vanden schenckeren, ende des ouersten vanden backeren,

21

ende stelde den eenen weder in zijn plaetse, dat hi den

[pagina c3v]
[p. c3v]

Cop Pharaoni in zijn hant gaf

22

Ga naar margenoot* Maer den anderen hinc hi aen die ghalge, ende alsoo is waer gheuonden des voorsegghers waerheit)

23

Maer de scencker Ga naar margenoot* alst hem wel ginc) verghadt Ioseph sinen bedieder.

§ Hoe Ioseph die droomen Pharaoni wtleyt, ende ouer alle Egypten gestelt wort Vander thiende, ende hem wort geboren Manasses ende Ephraim.

margenoot+
A

margenoot*
theb. hoefmeesters huys

margenoot*
theb. hoefmeester
margenoot*
the. ende saten somighe dagen

margenoot+
B

margenoot+
C

margenoot*
theb. Vwe hooft verheffen

margenoot+
D

margenoot*
the. te verheffen

margenoot*
the. Maer den ouersten backer liet hi hangen gelijck hen Ioseph beduyt hadde

margenoot*
ten is nyet int hebr.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken