Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .xxvi. Capittel.

[kolom]

1

Ga naar margenoot+DEn tabernacule sal aldus ghemaect worden. Ghi sult maken .x. gordinen van ghetwijnt costelijcke side ende goutbloemen, geele side ende Ga naar margenoot* purpure, ende van peerslaken twe mael geuerwet gescakeert baerduerwerck)

2

Die lengde van eender gordinen sal hebben xxviij. cubitus, ende die breide sal wesen .iiij. cubitus, van eender maten sullen alle die gardinen wesen,

3

ende men sal die vijf gardinen tsamen voegen, deen aen den anderen.

4

Ga naar margenoot+Ende ghi sult litskens maken van geelder siden, aen elcken hoec der gardinen, daer si tsamen geuoecht sullen zijn, datse twee ende twee aen haer hoecxkens tsamengehecht mogen worden.

5

Vijftich litskens aen elc gordine, also dat die een de ander tsamen vatte.

6

Ende ghi sult vijftich gulden gardijn ringen maken, daermen die gardinen mede tsamen hechten sal, die een aen die andere, op dattet eenen tabernakel worde.

7

Ghi sult ooc elf Ga naar margenoot* haren cleederen) maken om te decken tdack des tabernakels

8

Die lengde des eens Ga naar margenoot+ haren cleet) sal wesen .xxx. cubitus, ende die breede vier cubitus. Die mate alder haren cleederen sal gelijc zijn.

9

Die vijf suldi aen malcanderen voeghen, ende die ses ooc aen malcanderen, soo dat ghi tseste Ga naar margenoot* haren cleet) dubbel maect voor aen dat dack.

10

Ende ghi sult aen elc haren cleet vijftich litskens maken aen haer zoomen dat si metten zoomen aen malcanderen geuoecht worden.

11

Ende ghi sult L. coperen gardijn ringhen maken, daer die litskens mede met malcanderen geuoecht worden. Ga naar margenoot+ Dat van alle dese dinghen een tente worde.

12

Maer datter ouerschiet vanden haren cleederen die om tdac bereit worden (dat is) vanden grootsten haren cleet, vander eender helft suldi dachterste deel des tabernakels decken,

13

op beide siden een cubitus lanck, dattet ouerscot si op des tabernakels siden, ende bedeckense op beide siden.

14

Ouer dit decsel suldi maken van roode rams vellen, ende daer toe noch een decsel van vellen die gheel zijn als goubloemen.

15

Ghi sult ooc gescaefde barderen maken totten tabernakel, van vueren houte die staen sullen.

16

Ga naar margenoot+Thien cubitus lanc sal een bart zijn, ende ander haluen breet,

17

twee scroeuen sal een bart hebben, dat deen aen dander geuoecht mach worden. Ende in deser manieren salmen alle die barderen totten tabernakel bereiden.

18

Vanden welcken sullender twintich in die zuytside zijn,

19

dien suldi .xl silueren fundament voeten ghieten, te weten, twee fundament voeten onder elc bart aen zijn twee hoecken.

20

Aen die ander side noortwaert sullen oock twintich barderen staen,

21

ende daer onder veertich silueren voeten, te weten,

[pagina e5v]
[p. e5v]

twee voeten onder elc bart.

22

Ga naar margenoot+Maer achter aen den tabernakel westwaert, suldi ses effen barderen maken,

23

ende noch twee ander barderen achter aen die twee hoecken des tabernakels,

24

dat elck bart met sinen hoecbart gheuoecht worde, ende van onder tot bouen gelijc te samen comen met eender crammen,

25

also datter achter barderen zijn met haeren silueren voeten, ende der voeten sesthien, twee onder elc bart.

26

Ende ghi sult Ga naar margenoot* hantboomen) maken van vueren houte, vijf totten barderen op eender siden des tabernakels,

27

ende vijf totten barderen op dander side des tabernakels, ende vijf totten barderen achter aen den tabernakel westwaert.

28

Ende ghi sult die hantboomen midden aen die barderen lancs door steken, ende alle te samen vaten vanden eenen hoeck totten anderen.

29

Ga naar margenoot+Ende ghi sult die barderen met goude vergulden, ende haer ringen van goude maken, datmen die hantboomen daer inne doe, ende die hantboomen suldi met goude vergulden

30

ende also suldi dan den tabernakel op rechten, na dat beworp dat ghi ghesien hebt opten berch.

31

Ghi sult ooc maken een voorhancsel van gheelder siden, van scarlaken ende peerse side tweemael gheuerwet, ende ghetweernder witter siden, Ga naar margenoot* met verheuen barduerwerc met schone verandelbaerheden te samen geuoecht,

32

ende sultse) aen vier calommen van vueren houte hanghen, die vergult zijn sullen, ende si sullen gulden knopen, ende vier silueren voeten hebben.

33

Ende ghi sult dat voorhancsel met haecken aen hechten, ende dye Arcke des ghetuyghenis binnen dat voorhancsel setten, datter v een onderscheyt si tusschen den heylighen, ende den alderheylichsten.

34

Ga naar margenoot+Ende ghi sult den ghenaden stoel, op die Arcke des getuygenis setten inden alderheilichsten.

35

Ende die tafel suldi setten buyten den voorhancsele, ende den candelaer tegen die tafel ouer, ten zuyden waert van den tabernacule, ende dye tafele sal staen teghent noorden

36

Ende ghi sult ooc maken een cleet inden inganc des tabernakels, ghebreyt van geelder siden, roset root, scarlaken, ende getweernder witter siden, verheuen baerduerwerck.

37

Ende ghi sult vijf pilaren van vueren houte maken ende vergulden, voor die welcke dat cleet sal wtgespreyt worden. Wiens hooft knopen gouden sullen zijn, ende die fundament voeten metalen.

[kolom]

§ Die forme des altaers, ende van die zale des tabernakels ende van die olie der lampen.

margenoot+
A
margenoot*
th. scarlaken roset root. Cherubim suldi costelijc daer aen maken

margenoot+
B

margenoot*
th. gardinen van geiten hare.

margenoot+
th. gardinen

margenoot*
th. gardinen

margenoot+
C

margenoot+
D

margenoot+
E

margenoot*
th. rijchelen

margenoot+
F

margenoot*
the. ende sult Cherubim daer aen maken costelic, ende sullet

margenoot+
G


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken