Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .xl. Cap.

1

Ga naar margenoot+DAt woort dat vanden HEERE tot Ieremiam geschiede, na dien dat hi gelaten was van Nabusardan den velthooftman van Rama, ende doen hi hem geuangen in ketenen wech nam, in die middewaert van allen dyen luyden die ouer voeren van Hierusalem ende van Iuda, ende in Babilonien gheleyt werden,

2

Dus nam die velthooftman Ieremiam, ende seyde tot hem.

Die HEERE uwe God heeft dit quaet gesproken op dese stat,

3

ende de HEERE heuet toe gebrocht, ende gedaen, also hijt gesproken heeft, want ghi luyden hebt den HEERE gesondicht, ende en hebt zijn stemme niet gehoort, Daer om is v dit woort geschiet,

4

Nv hier om, siet ic heb v huyden ontbonden vanden ketenen, die aen v handen zijn.

Ga naar margenoot+ Behaget v, dat ghi met mi coemt in Babilonien, soo coemt, ende ic sal mijn oogen op [kolom] v slaen, Ende ist dattet v nyet en genoecht met mi te comen in Babilonien, so blijft hier, Siet alle dat lant is in uwen aenscouwen, Dat ghi kiesen sult werwaert dat v genoecht te gaen gaet derwaert,

5

Ende en wilt met mi niet comen, maer woont bi Godoliam Ahicams sone, die Saphans sone was, dien de coninck van Babilonien gesedt heeft bouen die steden van Iuda. Hier om woont met hem int midden vanden volcke, oft so werwaert dat v genoecht te gaen, gaet derwaert, Ende dye prince des heyrs gaf hem spise ende ghiften, ende liet hem gaen.

6

Ga naar margenoot+Ende Ieremias quam tot Godoliam Ahicans sone in Masphat, ende woonde met hem int midden van dat volc, dat gelaten was inden lande,

7

Doen dit hoorden alle die princen vanden heyre, die gestroeyt waren inden lantscapen, si ende haer gesellen, dat die coninc van Babilonien bouen dat lant geset hadde Godoliam Ahicams sone, ende dat hi hem beuolen hadde, die mannen ende die vrouwen, ende die cleyne kinderen ende vanden armen lieden vanden lande, die nyet ouergeuoert en waren in Babilonien,

8

so quamen si tot Godoliam in Masphat, ende Ismael Nathanie sone, ende Iohannan, ende Iouathan Caree sonen, ende Sareas, Anehumeths sone ende Ephai sonen, des Nebphahtiters sonen, Ga naar margenoot* ende Ieconias) Malehahiters sone, si ende haer mannen,

9

Ende Godolias Ahicams sone, die Saphans sone was swoer hem ende haren ghesellen ende seyde, En wilt niet ontsien te dienen den Caldeeuschen.

Ga naar margenoot+ Woont int lant, ende dient den coninc van Babilonien, ende tsal v wel gaen,

10

Siet ic woone in Masphat, om dat ic antwoorden sal ter Caldeeuscher geboden, diemen tot ons seynt, Maer leeft ghi den wijngaert, ende vergadert Ga naar margenoot* den oogst) ende die olye, ende bewaert in uwen vaten, ende woont in uwen steden die ghi hout

11

Maer ooc alle die Ioden die waren in Moab ende onder Ammonens kinderen, ende in Idumeen, ende in allen lantscapen, doen si hoorden dat die coninc van Babilonien gegeuen hadde die ouer bleuen in Iuda, ende dat hi bouen hen gesedt hadde Godoliam Ahicams sone, die Saphans sone was,

12

So quamen alle dye Ioden weder wt allen steden, daer si toe geuloden waren, ende si quamen int lant van Iuda tot Godoliam in Masphat, ende si vergaderden zeer veel wijns ende Ga naar margenoot* oogsts)

13

Ende Iohannan Caree sone, ende alle dye princen vanden heyr, die verstroeyt waren inden lantschappen, quamen tot Godoliam in Masphat,

14

ende seyden hem, Ghy sult we-

[pagina O4r]
[p. O4r]

ten dat Baalis dye Coninck van Ammons kinderen, heeft ghesonden Ismael Nathanias sone, om v Ga naar margenoot* ziele te slaen) Ende Godolias Ahicans sone, en geloofde hen niet,

15

Ende Iohannan Caree sone, seyde Ga naar margenoot* ouer deen side) tot Godoliam in Masphat, seggende, Ic sal gaen ende verslaen Ismael Nathanie sone, dattet niemant en weet, op dat hi v Ga naar margenoot* ziele niet doot en slae) ende dat dan niet verstroeyt en worden alle die Ioden, die tot v vergadert zijn, ende die ouerghebleuen van Iuda sullen verghaen?

16

Ende Godolias Ahicans sone seyde tot Iohannan Caree sone, En wilt dyt woort niet doen, Want ghi spreect valschelijck van Ismael.

§ Hoe Ismael Godoliam doodede, ende .lxxx. mannen, die in Iherusalem quamen, thiene behoudende, Ende hoe Iohannan Caree sone Ismael iaechde, met .viij. mannen die tot Egypten vloden.

margenoot+
A

margenoot+
B

margenoot+
C

margenoot*
th. Iesanie.

margenoot+
D

margenoot*
th. vruchten

margenoot*
th. vruchten

margenoot*
the. te vermoorden

margenoot*
th. heymelijck
margenoot*
the. en vermoorde.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken