Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .xxiij. Capittel.

1

Ga naar margenoot+DOen heeft Iesus gesproken totten scaren, ende tot zijn discipulen, Ga naar margenoot+

2

segghende Op den stoel van Moyses zijn geseten die Scriben ende Pharizeen,

3

daer om al dat si v gebieden te houden, hout dat, ende doetet, maer na haer wercken en wilt niet doen. Ga naar margenoot+ Want si seggent, ende en doent niet.

4

Want si binden te samen groote lasten, ende swaer om te draghen, ende leggen die op die scouderen der menschen, maer met haer vinger en willen si die niet rueren.

5

Want alle haer wercken doen si om vanden menschen ghepresen te worden. Want si verbreyden haer Philacteria, ende si maken grootte zoomen,

6

ende si beminnen dye eerste plaetsen in die auontmalen. Ende die eerste plaetsen in die synagogen,

7

ende groetinghen op die merct, ende worden ghenoemt van die menschen, Rabbi

8

En wilt ghi lieden niet genoemt worden Rabbi, Want een is v meester. Ende ghy zijt al te samen broeders.

9

En wilt v ghenen vader noemen opter aerden, want een is uwe vader die welcke inden hemel is. Ga naar margenoot+

10

En wilt niet geheeten worden meesters, want een isser v meester, Ga naar margenoot+ Christus.

11

Die die grootste is onder v, sal v dienaer worden.

12

Ende die hem verheft, sal veroetmoedicht worden. Ende die hem verootmoedicht, sal verheuen worden. *

13

Ga naar margenoot++ Wee v scriben ende pharizeen hypocriten, dye daer sluyt dat rijc der hemelen voor die menschen, want ghi daer niet in en gaet, ende die daer toe comen, en laet ghi niet ingaen.

14

Wee v scriben ende pharizeen hypocriten, die welck eedt die huysen der weduwen, lange gebeden biddende. Ga naar margenoot+ Daer om sult ghi swaerliker ordeel ontfangen.

15

Wee v scriben ende pharizeen hypocriten, want ghi omgaet die zee ende dat lant, om eenen te brengen tot uwer wet, ende als hijt geworden is, so maect ghi hem een soon des hels, tweemael meer dan ghi zijt. [kolom]

16

Wee v blinde leytslieden, want ghi segt. Al die ghene die daer sweert by den tempel, dat is niet, mer die daer sweert bi dat gout des tempels, die is schuldich.

17

O dwase ende blinde, want wat is meerder, dat goudt oft den tempel, welcke tgout heylich maect?

18

Ende al die ghene die daer sweert by dat outaer dat is niet, maer al die ghene die daer sweeret by die gaue, welcke opt outaer is, die is schuldich.

19

Ga naar margenoot+O blinde: want wat is meerder, die gaue oft outaer, twelck de gaef heylich maect?

20

Daer om die daer sweert by dat outaer, die sweert bi dat, ende by al tghene datter op is.

21

Ende die daer sweert by den tempel, die sweert by die, ende bi die ghene die daer in woent.

22

Ende die daer sweert by den hemel, Ga naar margenoot+ die sweert bi den stoel Gods, ende by die ghene die daer op sidt.

23

Wee v scriben ende pharizeen hypocriten, die daer vertient mentham, ende anijs, ende camijn, ende dattet swaerste was van die wet, achter gelaten hebt, dat ordeel, barmherticheyt ende dat geloof. Dit moetmen doen. Ende dat ander niet achter laten. *

24

Blinde leytslieden, cleysende een mugge ende verslindende een cameel.

25

Wee v scriben, Ga naar margenoot+ ende pharizeen hypocriten, want ghi reynicht tbuytenste des croes ende des scotels, maer binnen zijdi vol rouerije ende onreynicheyts

26

Ghi blinde pharizeen, reynicht eerst dat binnen den napt ende scotel is, op dat die buytenste van dese reyn mogen worden.

27

Wee v scriben ende pharizeen hypocriten, want ghi zijt gelijc die witte grauen die van buten schoon schijnen mer van binnen zijnse vol doode beenen ende alle onreynicheyt.

28

Also schijnt ghi van buyten rechtuerdich den menschen, mer van binnen zijt ghi vol geueynstheyt, ende boosheyt.

29

Wee v scriben ende pharizeen hypocriten Want ghi timmert die grauen der propheten ende verciert die grauen der rechtuerdigen,

30

Ga naar margenoot+ende segget. Hadden wi geweest in dye dagen van onse vaderen, wi en souden niet geweest zijn haer gesellen in dat bloet der propheten.

31

Aldus zijt ghi v seluen een ghetuych, dat ghi zijt kinderen der ghenen, die welcke die propheten ghedoot hebben.

32

Ende veruult ghi die mate uwer vaderen.

33

Ghi serpenten ende geslacht der slanghen, hoe sult ghi ontulieden dat ordeel der hellen?

34

+ Daer om seg ic v, siet, ick sende tot v propheten ende wisen, ende scriben, ende sommige van haer suldy dooden ende cruycen, ende somige van haer suldy geesselen in v synagogen, ende sultse veruolghen van deen stadt in die ander,

35

op

[pagina C4v]
[p. C4v]

dat op v come alle rechtuerdich bloet, dwelke wt gestort is op der aerden, van dat bloet des rechtuerdigen Abels, tot dat bloet van Zacharie des soons Barachie, die ghi doot geslagen hebt, tusschen den tempel ende dat outaer.

36

Voorwaer segge ic v, al dese dinghen sullen comen op dit geslacht.

37

Ierusalem Ierusalem, die dootslaet die Propheten, Ga naar margenoot+ ende steenicht den ghenen die tot v ghesonden zijn. Hoe dicwils hebbe ic willen vergaderen v sonen, ghelijck een hinne verghadert haer kiekenen onder haer vloghelen? Ende ghy en hebt nyet ghewilt.

38

Siet v huys sal v woest ghelaten worden,

39

want ick segghe v: Ghy en sult mi hier nae nyet meer sien, ter tijt toe dat ghi segghet. Ghebenedijt is hy, die daer coemt inden name des Heeren. *

margenoot+
A
margenoot+
Luce. xi.g Mar. xij.

margenoot+
Luce. xx.f

margenoot+
Iaco. iij.a.

margenoot+
Lu. xiiij.c

margenoot+
B

margenoot+
Luce. xi.g

margenoot+
C

margenoot+
Luce. xi.f

margenoot+
Luc. xi.f.

margenoot+
D

margenoot+
Luce. xiij.a


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken