Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Arenlezer achter de maaiers (1951)

Informatie terzijde

Titelpagina van Arenlezer achter de maaiers
Afbeelding van Arenlezer achter de maaiersToon afbeelding van titelpagina van Arenlezer achter de maaiers

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.99 MB)

Scans (10.26 MB)

XML (0.38 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

verhalen
non-fictie/theologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Arenlezer achter de maaiers

(1951)–Bertus Aafjes–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Aan de Rode Zee

 
God voerde het volk om in de richting van de woestijn naar de Rietzee
 
EX. 13:18

Als ik bedenk welke geschiedenis uit het Oude Testament de diepste indruk op mij maakte als kind, dan is het ongetwijfeld de doortocht door de Rode Zee. En toen ik op een gloeiende Julidag aan het eenzame strand van die zee stond en er urenlang bivakkeerde onder het zeil van een tent, kijkend naar het Sinaïgebergte, dat aan de andere oever van de zee flauw zichtbaar was in het verblindende licht, had ik levendig het gevoel op de plek te staan van waaruit eens Mozes en het volk van Israël door de zee naar de woestijn van Sinaï trokken. Toch is het verre van waarschijnlijk dat ik, op die plek staande, mij bevond op de plaats waar eens de schoot van de zee zich opende om het volk van Israël doortocht te verlenen. En wel om de eenvoudige reden, dat de gebeurtenis waarschijnlijk niet eens plaats vond in de Rode Zee. Want de oorspronkelijke Hebreeuwse tekst van het Oude Testament noemt het woord Rode Zee in het geheel niet. In de oorspronkelijke tekst is sprake van ‘Rietzee’ of ‘Biezenzee’ en de lezer zal daarbij moeten denken aan één der vele meren, die zich tussen de Rode Zee (de Golf van Suez) en de Middellandse-Zeekust uitstrekken. Het zijn zoutmeren en lagunemeren, die hun watertoevoer danken aan de nabijheid van de Middellandse Zee. Aan één van deze uitge-

[pagina 61]
[p. 61]

strekte binnenmeren moet dan het wonder van de doortocht plaats gevonden hebben. Eerst de Griekse vertaling van het Oude Testament vertaalt het woord ‘Rietzee’ door ‘Rode Zee’ en daarmee is de Rode Zee tot de traditionele plek van de doortocht geworden. Wij willen echter dit keer de tekst-critische overwegingen niet laten gelden en ons houden aan de zee, die de traditie als de plaats van de doortocht bestempelde. De Rode Zee is niet rood, zoals men als kind wel eens pleegt te denken. Zij is diepblauw en toch hangt er een mysterieuze rode gloed over dit blauw. Het is de weerschijn der roodachtige gebergten, die deze zee omringen. Het is een geheel andere zee dan bij voorbeeld onze Noordzee. Op een hete dag is er nauwelijks enige branding en het water loopt met een licht zuchtje op het strand dood. Bij het zwemmen blijft men bijna op het water drijven vanwege het grote zoutgehalte, maar men moet oppassen voor de haaien en koraalriffen. Ook de schelpenwereld is een geheel andere dan die van het Noordzeestrand. Men treft er een grote variatie kinkhorentjes aan, waarvan sommige er precies uitzien als wonderlijke Hindoetempels, andere als een moskeekoepel met minaret. Ook liggen er grote takken zeekoraal op het strand. Het strand van de Rode Zee is niet breed, maar een schelpenliefhebber kan er ware schatten vinden.

Het strand loopt over in een schaarse plantengroei: een enkele magere accacia en wat vetplanten. Daarachter rijst hoog en roodachtig het gebergte op, dat de zee omringt en dat aan het water die mysterieuze rode glans verleent. Geen sprietje groen spruit uit het gebergte. Het is nog precies zoals het geweest moet zijn in zijn eerste staat, toen God de wereld schiep. Verderop loopt het strand onmiddellijk over in de woestijn. Als men scherp en aandachtig over de zee heenkijkt, ziet men aan de andere oever een tweede woestijn. Het is de woestijn van het schiereiland Sinaï. Ergens links is een trillend streepje groen zichtbaar. Het is een oase aan de overzijde met een bron.

[pagina 62]
[p. 62]

Maar eens was het water bitter en ondrinkbaar tot Mozes er een hout in wierp. En het werd zoet. Nog verder weg in het trillende licht rijst een rostgebergte omhoog uit het schiereiland. Het is grijs, grijs-wit. Boven de andere rotsen uit klimt een berg met een krijtwitte top als droeg hij een hoed van sneeuw. Het is het Sinaïgebergte. Daar klom Mozes tegenop en ontving van God de stenen tafelen. Het is een vreemde gewaarwording urenlang in de trillende hitte te kijken naar de woestijn, waarin het volk van Israël veertig jaar rondzwierf. Als men enkele malen een hete dag in de woestijn heeft doorgebracht, dan begrijpt men dat er moeilijk een ergere straf denkbaar is dan deze Odyssee door een zee van gloeiend zand.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken