Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Dinxsdach 13 Julii 1557.

B. ende R. sampt T., S.M. ende B.v.d.g. hebben voer noetwendich angesehen, dattet placcaet, der tofueringe der proviande belangende, in den Umlanden ongepubliceert blijve, dewijle de stapell der vette waren binnen deser stadt gelegen is ende anders sodane uuthfueringe van den vette waren uuth den Ommelanden tegens der stadt vrijheyden ghescheen werde; willen oeck samptlyck van der stadt wegen den hoefftluden, ummedat se de publicatie berusten ende achterwege laten, handthaven ende een hoefft wesen¹⁾.

1) Tegenoverde hoofdmannen de hand er aan houden, dat ze de publicatie achterwege laten en dat ze hun ondergeschikt zijn.