Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Wondsdach 18 Maii 1558.

Den Oldtampster karckvogeden de swaricheyden van het graven der grafften van Heerpoerte bes ant Hoernsterdiep voergheholden ende derhalven een halff jaer upkumpsten van der karckenghoeder van se begheerdt, desulve binnen 8 daghen in des rentemesters handen tho brengen, datwelcke se dan, na etzlyke voergewante doch neet anghenomene oersaken hoerer weygheringhe, consenteert ende bewillighet.

Grijsemonnyken ende Grijsevrouwen³⁾) ingelijken, to weten Grijsemonnyken 100 emb.gl. ende Grijsevrouwen 50, affgeesschet in 14 dagen tho betalen, actum de 25 Maii 1558.

3) De verhouding tussen het Grijzemonnikenklooster te Termunten en het Grijzevrouwenklooster te Midwolda is niet duidelijk. Vergel. A. Willebrands, De St-Benedictusabdij te Menterwold, in Cîteaux in de Nederlanden VII, 1956, blz. 215. Zie hierna 16 mei 1574.

[p. 89]

Den Ghorechters ingelijken de helffte van eenen jaere upkumpsten affgevordert uuth elcke kercke ende van Essen 100 emb. gl., actum den 27 Maii 1558.

De proest van Hilligerlee is eerst voer sijn karcke ende cloester 100 daler, daerna endtlyck 100 emder gl. affgefurdert ende daerbij ghebleven.