Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Wondsdach 29 Junii 1575.

Bij den heren lieutenant gewest om verclaringe, van des bij sijn ed. ge. sich to gedragen up avende Sacramenti den ersten Junii; hiirvan syndici acta¹⁾.

Noch persisteert, dat consules Rolteman, Ubbena, syndicus ende ick morgen solden an sijn edel gest. verreysen²⁾. Nota, dat van de 3000 gl., voer twe jaeren geleent, een obligatie van 3900 onder der stadt segell gemaeckt, te betalen den 13 Martii anno 76, in hoopnung sijn ed. de accepteren soll, derwijlen de stadt idts geen geldt voerhandts.

1) Zie aldaar. De syndicus maakt daar melding van een muiterij welke volgens de luitenant in de stad dreigde. De luitenant ontkende evenwel, dat hij daarover met de stadhouder gesproken had.

2) Pro reconciliatione, volgens het dagboek van de syndicus. Re infecta keerden zij op 2 juli 1575 terug.